31 maart 2019

Utrecht 21 Maart 1944 van Mams Tenzij op heel verrassende wijze de vrede plotseling uit den hemel daalde!


Utrecht 21-3-‘44
Lieve Oosje,
Gisteren werd paps verrast door de stem van Klaas aan de telefoon. Wij waren opgetogen zulke versche berichten van je te hebben; als er maar niet te veel narigheid uit de lucht komt vallen, zijn wij gerust over je. Vanmorgen kwam er weer een pakje. Inhoud: een boek, een paar lege trommels, zeeppoeder en een paar boekjes en weer de noodige sigaretten en wat tabak. Paps is er goed mee. Je bent een pure schat dat je dat stuurt, maar kom je zelf niet te kort, daardoor? Ik ben weer een paar dagen knock out geweest. Mijn ingewanden weer. Ik zal voorzichtig moeten worden, want het is een beetje lastig. De dokter heeft mij een wondermiddel voorgeschreven: Aplona. Schitteren eenvoudig. Succes verzekerd. Ik zou willen dat Gr.père dat ook nam. Ik heb aan mme. Lecointe geschreven, maar ’t is de vraag of zij ’t in Frankrijk hebben. Ik heb gedacht dat jij het misschien wel zou kunnen laten sturen aan je Gr.père door een apotheker. Het zal je misschien wel een hoop welbespraaktheid kosten om het gedaan te krijgen, maar je kunt geloof ik nog al aardig je woord doen, niet? Alleen weet je misschien waar Gr.père nu zit? Je brief met doktersattest is goed aangekomen. Ik geloof niet dat ik er veel aan heb. ’t Is n.l. een beetje oud. Gr.père zal nu wel niets nieuws sturen denk ik. Ik schrijf nu geregeld met Parijs, naar Lec.  3 Place de la Nation, en naar cousine Henriette (Tardres, rue Heri Monnier 14, (19ème) in de hoop dat zij Gr.père op de hoogte houden. ’t Is anders erg zielig met hem gesteld. Ik heb vanmorgen de dames Fischer opgebeld. Zij weten nog niet wanneer hun neef over komt, maar zij zullen mij direct vertellen als hij er is. Als hij niet naar Utr komt kan ik desnoods wel naar Velp om hem te spreken als het wenschelijk is. Zij hebben in Velp ook geen telefoon meer. Het wordt hoe langer hoe treuriger met ons gesteld! Zoolang wij hem nog hebben, in Utr, moeten wij er maar van profiteren; maar hoe lang nog? Waarschijnlijk niet zoo heel lang, tenzij op heel verrassende wijze de vrede plotseling uit den hemel daalde! Stel je voor, Oos, zoo ineens heel onverwachts Vrede! Wat zou dat een feest zij! Soms denk ik wel eens dat het best zou kunnen, en dan ben ik plotseling heel optimistisch. Ik ben zoo’n beetje begonnen schoon te maken; ik zou vandaag een flinke werkster krijgen, die 2 hele dagen per week zou komen. Dat zou schitterend geweest zijn; maar…. zij is niet verschenen. Ben benieuwd of zij ziek is of dat zij een betere mevrouw heeft kunnen krijgen!! ’t Is tegenwoordig een toer. Gelukkig dat mijn getrouwe Grietje mij nog helpt. Die mag ik wel houden! Nu lieve Oosje, het is alweer over twaalven. Prak maken, maar weer. ’t Is een geluk dat wij geen gebrek aan aardappelen hebben. Dag lieve Puk; wij zijn erg blij met de goede berichten die Klaas meebracht en omhelzen je in gedachten zoo stevig als maar kan. Een boel pakkerts van
je Moeder.

P.S. wij denken aan al je raadgevingen, maar hoè die ten uitvoer te brengen? ’t Is niet eenvoudig!

30 maart 2019

Berlijn 30 Mrt '44 Kaarten 61 en 62 Ik heb stukje spul opgestuurd om bandenplak van te maken. Oplossen in benzol.


61
Donderdag 30 Mrt 44
Lieve P. M. en L.
Sinds mijn vorige brief weer niets van jullie gehoord, de post maakt weer grapjes. De toestand verandert hier anders wel wat, op verschillende gebieden. Dat het voorjaar wordt merken we wel, maar het wil nog maar geen mooi weer worden. Op het ogenblik sneeuwt het b.v. weer! Er is in de hele winter niet zoveel sneeuw gevallen als in de laatste weken. Maar knoppen een de bomen beginnen al dik te worden, het voorjaar zal dus niet lang meer op zich laten wachten. Jammer dat ik hier geen bijen heb, ik zal me maar eens gaan indringen bij een imker. Het is alleen jammer dat ik zo weinig vrije tijd heb, zodat er wel weer niets van komen zal.
Van Grpère ook geen bericht sinds 1 Maart. Gelukkig dat Mams nu over Parijs bericht heeft.
Maandag heb ik een paket verstuurd met …… jammer dat ik het verklap, maar jullie hebt het waarschijnlijk al ontvangen, er zit n.l. 4 kg brood in. Het is natuurlijk zo hard als steen, maar dat is niet erg, roosteren, of eerst nat maken en weer bakken. Het is zuur brood, jammer maar geroosterd merk je er niets meer van. Als jullie er weg mee weten, en dat denk ik wel, zal ik proberen nog meer te sturen. Het zal echter niet meer zo eenvoudig te krijgen zijn als deze keer, ik heb het n.l. gekregen van Jan E. in ruil heb ik hem wat sigaretten gegeven.

62
Zo, verder maar weer op een nieuwe briefkaart. Ik ben net klaar met het maken van een thermostaat. Voor een nieuwe proef leek het me makkelijker, en ik pruts wel graag wat met electriciteit. De baas vond het niet nodig, maar toen ik er mee bezig was, vond hij het wel goed. Ach, je leert er altijd wel wat van. Maar waar was ik gebleven, ja, over het brood. Als jullie het goed gebruiken kunt zal ik dus nog meer sturen. Ik heb zoveel vertrouwen in de hak-capaciteiten van Paps en de kook idem van Mams dat ze er samen wel wat eetbaars uit brouwen zullen.
Steeds meer vrienden gaan er naar huis. Na Klaas Booy en Cor Wiegers is nu ook Jan Nijman naar huis. Jan Egberts, zijn slaapje, zou bijna ook gegaan zijn, maar de papieren waren niet in orde. Je bent nu net ingesteld op al je vrienden, en daar gaan ze me allemaal naar huis. Dan wil je zelf ook, dat begrijpen jullie wel, maar er is voorlopig nog geen kijk op. Henk Huizinga gaat vanavond met buitengewoon verlof, zijn moeder is ziek.
Vanmorgen kon ik hier op de fabriek een doosje poeder kopen, het zag er wel goed uit, ik zal het naar huis sturen. Van tijd tot tijd kan je van dergelijke dingen kopen, dat is om de mensen zoet te houden. Een weckfles heb ik in het voorlaatste pak gestuurd, ik hoop dat alles goed aankomt. Verder een stukje spul om bandenplak van te maken. Oplossen in benzol. Ik hoop dat ik spoedig brieven van jullie krijg. De verbinding met Holland na bombardementen gaat niet erg goed meer, naar ik hoorde. Fischer is weer met verlof.
Veel liefs
Oswald

29 maart 2019

29 Maart 1944 Jan: Als er alarm gegeven wordt hollen ze als hysterici naar de kelder


Woensdag 29 Maart 1944
Vanmiddag alarm van 1.35-1.55. Niets gebeurd. Het is typisch zooals de Duitsers zelf de kantjes eraf lopen. Als er alarm gegeven wordt hollen ze als hysterici naar de kelder, en als er afgeblazen wordt komen ze voetje voor voetje weer naar boven. Vanmiddag had niemend zin om de kelder uit te komen. Vanavond hebben we weer eens een zwaar gesprek gevoerd over de oorlog in Holland.

27 maart 2019

Berlijn 22 Maart 1944 Aan Lily: Lieve zus, wil je er voor waken dat mijn brieven niet verloren gaan?


Berlijn 22 Maart 1944
Lieve Lily
Nu ik weer eens een lange brief van je gekregen heb, en er is toevallig weer een gelegenheid een extra brief te sturen, voel ik de behoefte ook weer een persoonlijk woordje tot je te richten, dat zal je wel goed vinden denk ik. Ik kom net weer eens uit de schuilkelder, die alarmen overdag zijn niet erg leuk, maar je vergeet het net zo snel als anders, je denkt er eenvoudig niet meer aan na een half uurtje. Jan de Broer en ik hebben op het ogenblik maar één vrees, en dat is, dat ze het Schiller theater, waar we morgen de Faust moeten zien, in elkaar gegooid hebben. Verder danken we natuurlijk aan onze vrienden in andere stadsgedeelten, maar ach, die angst stompt ook al gauw af.
Er is op het ogenblik een heel stel vrienden van me dat naar Holland is Ernst, Klaas, daar heggen jullie misschien wel bericht van. Dan komt Jan de Muinck-Keizer, die vertrekt morgen, en verder ook nog Cor Wiegers, een van het stel in mijn barak, die vertrekt ook binnenkort voor goed. Hij heeft als hulp-predikant een baantje gekregen. Klaas en Cor Wiegers wonen wat ver weg, maar Jan de Muinck moet je maar eens gaan opzoeken in Bilthoven. Ga maar eens met Paps een fietstochtje maken, en dan stap je maar eens af. Mijnheer de M. is een aardige man, hij is hier geweest. De rest van de familie ken ik niet. Je zult zien hoe leuk het is van iemand die er geweest is weer nieuws te horen. Paps kan hem dan ook eens wat vragen.
Je bent bij Arie geweest schrijf je. Erg leuk, het is een echte gezellige vent die Arie. Maar het is te dwaas dat jij bij hem moet komen, hij had toch wel minstens naar Utrecht kunnen gaan. Wat dit betreft is het een rare vent hoor. Hij geeft zich helemaal geen rekenschap van de andere partij daar wel van denkt. Hij vindt het leuk om te praten en verder niets. Maar als kameraad is het een verduiveld aardige vent.
Zondag l.l. heb ik de opera “Meistersinger van Nürnberg” gezien voor de tweede maal. De muziek is prachtig Furtwängler had de leiding, het was dus zo mooi als het maar kan. Wagner kan je dus pas waarderen als je zijn opera’s gezien hebt. Zo iets geweldigs, zo massaal, dat de muziek dat ook wel moet zijn. Voor de Mattheus passion heb ik ook weer kaartjes, ik ben blij dat we vorig jaar samen nog een en ander bestudeerd hebben. Voeren jullie weer iets op in het klein, of is de fam. v.d. Elst daar niet meer voor te vinden? Het is jammer dat je die opera’s hier niet met me kunt zien, ik ben overtuigd dat ik later in mijn leven niet meer in staat zal zijn zulke prachtige opvoeringen te horen. Ik ben dankbaar dat ik in Berlijn zit, wat deze kant van de zaak betreft. De tegenstelling met de ruïnes, die je direct ziet als je buiten komt, vergalt wel veel, maar er blijft erg veel moois te genieten. Gelukkig is mijn werk zo, dat ik er nog plezier aan heb, jongens als Pels moeten van 6 tot 6 werken, en hebben dus geen puf meer nog in de rij te gaan staan op Zondagmorgen. Hij krijgt dan ook wel eens kaarten van me aangeboden.
Lieve zus, wil je er voor waken dat mijn brieven niet verloren gaan? Ik wil ze bewaren voor later, als een soort dagboek. Hier kom ik er niet toe zoiets te schrijven.
Wat die juffrouw betreft, geven jullie de wens te kennen alleen heren op kamers te willen hebben, deze wens kan niemand je kwalijk nemen, en dan ben je van die vieze vrouwen af. Zulke toestanden kunnen ze zich hier niet voorstellen, ik vertel dan ook aan iedereen die het horen wil om ze wat meer op de hoogte te stellen van de toestand bij ons!
Het gedicht Honestrum Petimus Usque is niet lang, dat kun je best even overschrijven! Ik geloof dat jullie een boekje op het oog hebt, dat is niet de bedoeling. De muziek van Badings zal wel niet te vinden zijn.
Nu zus, tot schrijvens maar weer, ik heb haast, ik heb het steeds druk hier. Dit is maar het beste ook. Zoveel mogelijk opsteken en je niet door de tijden laten neerslaan, moreel hoog blijven staan en de ellende die er om je heen te vergeten. Dat is het waar ik bewust naar streef, om zelf onbeschadigd uit deze tijd tevoorschijn te komen.
Tot ziens lieve zus, hopelijk duurt het niet te lang voor ik verlof krijg
Je broertje
Oswald

Maandag 27 Maart 1944. Jan : Handwerkkransje


Jan:

Maandag 27 Maart 1944.
’s Avonds hebben we een naaikransje georganiseerd. Het is veel gezelliger om met zijn allen te naaien dan in je eentje.



Utrecht 13 Maart 1944 van Lily Er staan heel veel lettertjes in deze brief, maar per slot v rekening staat er niet veel in

Oeps, de 22e heeft Oos al op deze brief van Lily gereageerd, schrijft hij zelf.

Utrecht 13 Maart 1944


Lieve Oos,
Ziezo, eindelijk heb ik de euvele moed gevat je weer eens te schrijven. Mijn schaamte is groot en diep dat ik het niet eerder gedaan heb, maar ik geloof toch dat je ´t minder akelig vindt om géén brief van me te krijgen dan een brief vol pessimisme! Maar nu ben ik er toch weer helemaal bovenop, geestelijk dan, lichamelijk nog niet, maar daar maak ik me niet druk om, want ik hoor van alle kanten dat je van geelzucht 2 à 3 maanden beroerd blijft. Dus het zal slijten, het is niets bijzonders. Vorige week ben ik naar A´dam geweest, zondagmiddag. De treinen waren helemaal niet vol, heen en terug een boemel’, en heb Arie een bezoek gebracht, op zijn verzoek. Tegenwoordig ontbieden de heren der schepping de dames bij zich thuis, in pl. v. dat ze er zelf naar toe gaan, maar enfin het is onvermijdelijk, de omstandigheden brengen dat met zich mee. Jij was onbewust de drijfveer van dit hele geval; hierbij verzoek ik je vriendelijk om wat meer over Jan Klaas en Pels te schrijven. Want daar weten we helemaal niets van. Ik weet niet eens wat Klaas voor werk doet enz.
Enfin, het bezoekje was erg gezellig, ik heb vijf koekjes en zes borstplaatjes en twee kopjes echte thee van mevrouw gekregen (ze zijn geëvacueerd uit den Haag, de hele Waalsdorperweg trouwens, de Dolken zitten nu in Delft) en er is zéér veel en genoeglijk gepraat, zelf zo dat mijnheer oude verhalen op ging dissen, dus ik viel in de smaak, met verlof. Een mooi verhaar is dat van Arie toen hij vijf jaar was en voor ’t eerst in ’t water ging zwemmen. Hij had het thuis op bed geleerd (in Indië) van vriendjes en dacht dat hij het al reuze goed kon. Toen ging hij met pa naar ’t zwembad plonsde meteen ’t water in en zonk natuurlijk als een baksteen: zelf vertelde hij dat hij er werkelijk helemaal niets van snapte, gewoon, op z’n bips op de bodem van ’t zwembad, zat te kijken naar alle luchtbelletjes die naar omhoog borrelden, en dacht: ja, nou ga ik dood hè. Gelukkig haalde pa hem gauw omhoog. Maar ik vind het echt iets om nooit te vergeten als je als kind zoiets overkomen is. Tussen haakjes, ze wonen schuin tegenover de plaats waar vroeger Neruis, maar waar nu helaas alleen maar een aantal palen 20 cm boven het water uitsteken. Dat is alles wat er van jullie geliefde Neruis over is. Er was daar in huis geen enkele lopende klok, ik had mijn horloge vergeten aan te doen. Enfin, we waren aangewezen op ’t horloge van mijnheer, voor de trein. Ik had ruimschoots de tijd. A. bracht me weg, en we kuierden doodgemoedereerd zijn geliefde Amsteldijk af. Maar toen we onder ’t viaduct v h Amstelstation liepen klonk er een denderend geraas boven onze hoofden, en tot mijn groten schrik merkte ik dat dat de trein was die ik hebben moest. Pa’s horloge bleek niet zuiver op de graad geweest te zijn. Het afscheid was dus wat je noemt in vliegende vaart; maar ik hèb hem nog gehaald! De trein bedoel ik. Met verlies van een van de mooiste sjaaltjes die ik bezat. Dat was een domper, want niets vind ik zo ergerlijk als ’t simpele feit dat je iets gewoon verliest. Nu loopt natuurlijk iemand anders er mee te pronken; mijn vertrouwen in de eerlijkheid van de mensen ben ik volkomen kwijt; ik begin met te veronderstellen dat ze oneerlijk zijn. Dan valt het tegengestelde altijd mee. A. is nog het perron op gegaan om te kijken of ik niet toch de trein gemist had en drie kwartier alleen zou moeten wachten maar hij heeft het sjaaltje nergens zien liggen. Nou ja, als er geen erger dingen op de wereld waren, zou het nogal meevallen. Vind je niet dat ik vreselijk veel en klein schrijf? Ik hoop dat je ’t lezen kan. Deze lange brief is om de schade in te halen. Denk je er aan om in ’t vervolg op ieder kantje je naam en adres te schrijven en de taal waarin ’t geschreven is, anders sturen ze de brieven niet verder. Dit is absoluut waar, aangezien we in jouw brieven telkens papiertjes krijgen met dreigementen. En ’t is een kleine moeite om het te voorkomen. We hebben weer een juf op kamers. Ze is er nu één week, en naar we allen zwaar vermoeden heeft ze vannacht een vent bij zich gehad. Geweldig aardig als je zoiets onder je dak hebt. Grietje Brink, die zoiets voor het eerst meemaakte barste ongeveer van verontwaardiging, maar wij, door de wol geverfde lieden, hadden er slechts een dédaigneux glimlachje voor over, tot Grietjes grote verbazing!
Ziezo, ik zal nu maar deze brief af gaan maken, dan breng ik hem zo naar de post en ga dan To een bezoekje brengen. Ze is vanmorgen thuis gekomen en zal binnen kort wel weer de oude zijn, gelukkig voor haar. Het hagelt op het ogenblik op een vreselijke manier, echt maartse buien zijn het. De knoppen van de perenboompjes zijn al zo aan het opzwellen ondanks de kou, en de vogels zingen zo lenteachtig, maar als je dan buiten komt is het zo akelig koud. Daarnet, toen ik op de fiets van les kwam, werd ik in de Ramstraat bijna getorpedeerd door een bakfiets op houten wielen bestuurd door … Frans Twaalfhoven. Ik lach me toch altijd een ongeluk om dat jog. Een vriendje zat voorop met allebei zijn benen uitgespreid, om ’t evenwicht te bewaren, en hard dat ze gingen, dwz. het aantal wentelingen van de as per seconde was fantastisch, maar aangezien ze “al zigzagend” door de Ramstraat stoven schoten ze per slot van rekening nog niet hard op. Dat gezicht van hem, toen hij mij opeens zag, was om een filmpje van te nemen. Hij schrok omdat hij een fiets zag, en gaf toen met een benauwd gezicht gauw een ruk naar rechts aan de bakfiets, zag toen dat ik het was, en kreeg een geweldige lachbui, maar was op ’t zelfde moment alweer meters van me verwijderd en racete bijna het rechter trottoir op. Ik kon haast niet meer verder van ’t lachen. Zulke kleinigheden maken je het leven weer draaglijk! Trouwens mijn leraar oude talen is toch zo’n rare vent, zo ontzaglijk geestig daar heb je geen flauw idee van. Hij kan soms opeens áchter elkaar zo’n geweldige massa nonsens uitkramen, aaneengeregen mopjes, dat ik niet meer kan van het lachen, en zowat onder tafel lig. Het wil wat zeggen, als je privaat les hebt, dat je daar net zo’n lol kunt hebben als je vroeger wel eens op school had.
Maar nu Oos, ga ik ophouden, want ik moet weer even hard werken voor dat ik dit epistel weg breng. “Men” is bezig te zoeken naar Honestum Petimus Usque maar drukwerken mogen niet zo verstuurd worden, dat moet door de uitgever of de boekhandel geschieden, zodat we zullen proberen een nieuw exemplaar op de kop te tikken. Enfin, de moed maar niet verloren. Er staan heel veel lettertjes in deze brief, maar per slot v rekening staat er niet veel in, zoals gewoonlijk het geval is met mijn brieven. Sorry voor mijn langen stilzwijgen, je weet de reden, ik heb zo om je in angst gezeten. De laatste dagen hebben wij hier ook weer rust, maar ’t begin v d vorige week was bar en boos. Die oorlog moet maar gauw uit zijn, en kom maar gauw weer thuis broertje. Tussen haakjes, ik heb er nog een broertje bij, mijn aquarium vriendje van 3 jaar jonger. We zijn nu broer en zus; het is een wonderlijk manneke, desondanks heeft hij een apart plaatsje in mijn hart! Nu nog Oosel, zoentjes van Lily en groeten aan de anderen, schrijf nog eens wat over hen, dan weet ik wat meer.

26 maart 2019

Zondag 26 Maart 1944. Jan: Het is uitgesproken rotwerk, en de hele dag heb je dubbel erg de smoor in de hele toestand

Jan: 

Zondag 26 Maart 1944.
Vanmorgen naar het Schlesischer Bahnhof geweest om Cor Wiegers weg te brengen. Het is uitgesproken rotwerk, en de hele dag heb je dubbel erg de smoor in de hele toestand, en wilde je ook graag in Holland zitten. Enfin, voor Cor ben ik erg blij. Voor ons zal het een heele verandering worden, Cor was een beste kameraad, en we waren heelemaal op elkaar ingesteld. Als je zoo 3½ maand naast elkaar geslapen en met elkaar geleefd hebt, gaat zoo’n afscheid niet maar zo luchtig.

Mogelijk is deze foto op het station gemaakt:



25 maart 2019

Berlijn 25 Maart 1944 Brief 60 Denken jullie er aan dat je mijn brieven bewaart, dan heb ik later, (als de boel niet afbrandt) een overzicht.

Berlijn 25 Maart 1944
60
Lieve Paps, Mams en Lily
De zon straalt weer vrolijk aan de hemel, en het land is nog bedekt met een laagje sneeuw, zodat het er sprookjesachtig uit ziet, vanuit mij hoge post. Wat een tegenstelling met gisterenavond, een van de wonden van de grote vernietiging. Stelselmatig wordt alles kapot gemaakt, er zal pas rust komen als we er niet meer zijn. Gelukkig dat een mens alles zo snel weer vergeet, als hij er goed van af gekomen is, zoals vannacht.
Tegenwoordig weten we een beetje wat er gaande is, over de telefoon wordt tegenwoordig bekend gemaakt of een grote aanval te verwachten is of niet. Men sluit zijn radiotoestel op de telefoon aan, en hoort dan hoeveel vliegtuigen er in aantocht zijn, en waar ze zijn. Wanneer echter het bericht “Große Verbände“ doorkomt, klinkt het erg onaardig. Toch is het beter als je weet waar je aan toe bent.
Verder geen nieuws. Jullie weet waarschijnlijk al dat Cor Wiegers naar Holland vertrekt, voor goed, hij heeft een baantje als hulpprediker gekregen. Morgen gaan we hem naar de trein brengen. We zullen hem eerst nog fotograferen met zijn koffers en al.

Zaterdagmiddag.
Ziezo, eerst maar eens mij brief afmaken. Ik zit er erg ongelukkig bij, de tafel is al in beslag genomen door twee andere briefschrijvers. Vanmiddag heb ik met Jan de Boer door de stad gehold, we hebben taartjes gekocht, en verder films, magnesiumlicht en boeken. We bieden Cor Wiegers bij zijn afscheid een boek aan als herinnering, met onze handtekeningen er in. De groep “Lindenstraße” is al een gesloten groep geworden in deze maanden, we vinden het vooral jammer dat Cor weggaat omdat hij één van de ouderen was die meer de verbinding vormde tussen de heterogene elementen uit onze groep. We wilden hem morgen een eindje wegbrengen, tot buiten de stad, maar dat gaat niet, we krijgen geen kaartjes voor dit kleine stukje.
Gisteren op de tram, was er weer zo iets geks, dat echt de moeite waard is om te schrijven. We stonden er met vier man, en een meisje. N.l. twee studenten, een uitgeweken Rus een Belg en een Russisch meisje. Met de student sprak ik natuurlijk Hollands, met de Rus die in België uitgeweken was Frans, met de Russin Duits. De andere student sprak weer Duits met de Rus, en verder spraken de Belg en de Rus Vlaams, wat voor ons bijna niet te verstaan is, en de Rus met de Russin Russisch. Als dat nu geen spraakverwarring is, dan weet ik het niet! En het gekke is, dat je het eigenlijk helemaal niet merkt, als je er niet speciaal op let.
Donderdag ben ik met Jan de Boer naar een toneelvoorstelling geweest, we hebben de “Urfaust” (de eerste tekst van de Faust, zoals Goethe die in zijn jeugdjaren schreef) gezien, in het Schillertheater. Het theater is uitgebrand maar in de koffiekamer is in het klein een toneelzaal gemaakt die echt gezellig is. Je hebt meer het idee dat het een voorstelling is: onder ons”. De spelers waren uitstekend, en zoals jullie wel weten is het stuk prachtig. Ik had het al gelezen, maar op het toneel is het veel duidelijker, begrijpelijker. Jullie zullen wel vinden dat ik vervelend wordt met mijn verhalen over alle prachtige uitvoeringen die ik hier zie, jullie zelf zitten wat dat betreft op een droogje. Dit geldt vooral voor mensen als Barend en zo, ik kan me voorstellen dat ze jaloers zijn. Maar ja, zij hebben weer dingen die wij niet hebben.
Dit is de tweede brief deze week, ik verwen jullie veel te veel, merk ik. Denken jullie er aan dat je mijn brieven bewaart, dan heb ik later, (als de boel niet afbrandt) een overzicht van het belangrijkste dat hier zo gebeurt is. Zo ik neem nu weer eens afscheid, ik hoop dat jullie van Jan de Muinck-Keizer het een en ander gehoord hebt, vooral paps zal het wel leuk vinden het één en ander te horen. Doe de groeten aan de overkant, namens mij, met de opdracht beter te zijn als ik met verlof kom. Verder, groeten aan de medebewoners, Tante Anna en Grietje Brink, en veel liefs maar weer. Ad den Beste begint net een debat over determinatie!
Tot ziens
Oswald


Wel een uur alarm vandaag maar bronnen vermelden niet hoe laat.

24 maart 2019

24 Maart 1944 Jan : Vandaag bracht ik twee brieven weg, en kreeg ik daarvoor maar één stempeltje.


Jan schrijft in zijn dagboek:

Vrijdag 24 Maart 1944
Op het postkantoor zijn ze gelukkig nogal schappelijk met de 2 brieven per maand. Vandaag bracht ik twee brieven weg, en kreeg ik daarvoor maar één stempeltje.
Vanavond alarm van 9.00 – 11.15. Het was weer eens een ouderwetse luchtaanval van het kaliber van de Januari aanvallen gelukkig was het niet bij ons in de buurt. Toch heeft het Kabelwerk even gebrand, maar veel om het lijf had het niet.
Neuköln heeft behoorlijk gebrand; het Mercedespalast (de groote bioscoop) is geheel weg. Jan van den Braak, onze laatst aangekomen student (uit Amersfoort), die al zoo lang geroepen had om eens een groote luchtaanval mee te maken, was gisterenavond toch wel behoorlijk benauwd. Hij vond het al heel erg, terwijl wij het helemaal niet zoo bar vonden.

23 maart 2019

23 Maart 1944 Oos en Jan krijgen, als zo vaak, vrij en gaan naar de opera.


Eigenlijk is het absurd. De dwangarbeiders krijgen de namiddag vrij om naar de opera te gaan en dit is meer regel dan uitzondering.



Kaartje Oos

Kaartje Jan


De overlevering wil dat zich (op onbekende datum dus mogelijk vandaag) het volgende voor gedaan heeft:

Er zijn in de loop van de ochtend bommen gevallen en de fabriek is geraakt, waarbij een brandje uitgebroken is. Er wordt driftig geblust. Jan en Oos hebben kaartjes voor de opera die middag maar moeten eigenlijk helpen blussen. Zo onopvallend mogelijk zitten zij op het lab "bedrieglijk op werken lijkende schijnbewegingen" te maken. 
 Jan trekt de stoute schoenen aan en gaat naar de chef om vrij te vragen. Deze rijst, na het horen van de vraag, op uit zijn stoel met een blik of hij Jan een uitbrander zal geven maar zijgt terug in zijn stoel zonder iets te zeggen. Zuchtend pakt hij het boekje en schrijft twee passen als hier boven uit onder de woorden "Nah Sie kunnen ja auch nichts daführ". Jullie kunnen er ook niets aan doen.
Vijf minuten later marcheren de heren de Bruin en de Boer keurig in de pas (ze waren nagenoeg even lang) de poort uit terwijl de brand nog niet geblust is. Op naar de opera!

22 maart 2019

Berlijn 22-3-'44 Brief 59 Verder heb ik nog kaarten voor twee opvoeringen van de Mattheus passion

Vandaag weer eens serieus alarm. Van 13:45 tot 14:50 en er valt ook wat. 's Avonds weer, van 21:45 tot 22:25 maar er gebeurt niets.

59
Berlijn – 22 – 3 – ‘44
Lieve P. M. en L.

Het is al weer een weekje geleden dat we Klaas naar het station brachten, en dus wordt het weer tijd om te schrijven. Ja, dat was niet zo leuk daar bij die trein. Geen tranen van de kant van Klaas, hoor, zo gehecht was hij nu ook niet aan Berlijn. Je hebt hier zo’n gevoel gekregen van “samen uit samen thuis”, en dan is het niet leuk als er één verdwijnt. Op het perron werden zijn papieren al gecontroleerd. Klaas, die anders altijd precies weet hoeveel minuten je er over doet als je van deze hoek van de stad naar de andere moet, wist niet hoe laat zijn trein vertrok, zo was hij in de war! Het moet ook wel erg gek zijn, hoor, zo’n reis naar huis. Voor mij zal het wel niet lukken vóór het eind van den oorlog, en dan weet niemand hoe we zullen gaan. Klaas reisde tweede klas, als heer dus! Klaas vertrok half acht ’s avonds, na afloop ben ik met Jan E. {Egberts} even de stad in geweest, en ik heb geprobeerd zijn interesse op te wekken voor boeken (ook Engelse en Franse boeken zijn er te krijgen). Het is maar matig in goede aarde gevallen, Jan interesseert zich letterlijk voor niets meer. Het was zo’n boekwinkel waar je echt moet snuffelen om iets te vinden. Jan wordt dan direct gezellig, begint te fluiten en stak zijn pijp op. En dat hier in het stijve Berlijn, het was geen gezicht. We zijn toen een biertje gaan drinken, dat beviel hem beter. Voor Jan zou het ook erg goed zijn naar huis te gaan. Ik ben blij dat ik in een groep studenten beland ben, die zich er bij neer legt dat ze nu eenmaal hier zitten, en er dus van maken wat er van te maken valt. Als je dan toch hier zit, profiteer er dan van door te zien wat er in Berlijn te zien valt, houd er dan ten  minste van over dat je wat beter Duits spreekt dan anderen, enz. enz.
Nu is wat dat betreft onze groep in Köpenick wel een uitzondering. Gisterenavond b.v. hebben we weer een voordracht gehoord, van Edzard Engelkens. Eerst wilde hij niet spreken, het onderwerp had hem te weinig bevredigd. Toen stelde ik voor dat hij dan maar een improvisatie moest houden over een onderwerp dat wij dan zouden bepalen! Dat was te veel, en hij heeft zij lezing toch gehouden; de grondbeginselen van het recht. Er volgde een discussie op die ook zeer interessant was. Het is toch veel leuker zo hier je tijd door te komen dan hangende in de bioscoop, of kankerend in een café. Naar voorbeeld van de Amstelkring heeft steeds de spreker van de vorige avond de leiding.
Zondag ben ik met Bob ten tweeden male naar de Wagner opera de “Meistersinger” geweest, en ik vond het nog veel mooier dan de eerste keer. Ik vind het zo jammer dat Lily dit alles niet kan zien en horen, ze zou er nog veel meet uit halen dan ik. Morgen middag ga ik naar een opvoering van Goethe’s “Faust”. Verder heb ik nog kaarten voor twee opvoeringen van de Mattheus passion, ik ben dus weer voorzien. Ziezo nu nog even de brieven doorlezen en antwoord geven op eventuele vragen. Eerst nog even een vraag aan Paps, met zijn 20.000 citaten: Shakespeare heeft eens gezegd “was großen thun beschwärtzen gern den Kleinen” nu willen we graag de oorspronkelijke tekst hebben (op verzoek van Jan de Boer). Jan de Boer en ik zijn op het ogenblik bezig, schrik niet, een opera te schrijven! We zitten de laatste tijd meestal alleen, dus we hebben er de gelegenheid toe. Het wordt een heerlijke parodie op het werk hier. Het paket met mijn bruine pak (van 10 Maart) Zondag ontvangen, er zat weer heerlijk veel lekkers in, erg hartelijk dank hoor! Mijn oude pak zal ik maar hier houden, ik heb er niet veel meer aan thuis, en mocht in Holland alles afbranden, dan heb ik er hier nog veel aan. De appels zijn goed over gekomen, en dat zo laat in het jaar! Brief van 17 Maart van Mams ontvangen, een lange brief die de schade inhaalt, hartelijk dank hoor, hij is erg gezellig. Klaas heeft geelzucht, zit nu thuis. Jan Pels is bij de Knorr Bremse en heeft het slecht, maar moreel gaat het hem goed. Van paps brief van 14 Maart. Ik heb gisteren een paket naar huis gestuurd, sigaretten voor paps, erg slecht maar in de pijp te roken. Ik heb vergeten de koffie er in te sluiten. Ik zal eens proberen brood naar huis te sturen. Wat ga je in Ouderkerk maken? Berg ook je eigen spullen op en niet alleen die van de fabriek, b.v. in schietkatoenkisten, die je dan buitenshuis ingraaft of zo, zodat er beslist een bom op moet vallen voor het kapot gaat het ergste gevaar is altijd brand.
Veel liefs en veel dank voor alle brieven en pakjes
Oswald

P.S. Jan de Muinck-Keizer gaat morgen naar Holland, naar ik verneem, zijn moeder zal wel in de wolken zijn!
Vanmiddag weer in de kelder gezeten, hier is niets gebeurd
OB

De beide brieven uit Utrecht waar sprake van is zijn helaas verloren gegaan.
Een schietkatoen kist is een aan de binnenkant met gegalvaniseerd plaatstaal (blik dus) of zink, waterdicht bekleedde houten kist, waarvan het deksel ook bekleed is en met twee messing bouten dicht gemaakt kan worden. Deze kisten werden op de fabriek gebruikt om schietkatoen, katoen dat door nitreren explosief geworden is, in op te slaan. Voor Paps dus gemakkelijk verkrijgbaar, voor de rest van Holland niet; waarschijnlijk zelfs geheel onbekend. Een van deze kisten is bewaard gebleven maar die heeft duidelijk nooit ingegraven gezeten. Of men zich geheel aan de instructies van Oos gehouden heeft is dus twijfelachtig.

20 maart 2019

Maandag 20 Maart 1944 Jan: Oswald en ik hebben het plan opgevat om een toneelstuk te gaan schrijven.

Maandag 20 maart 1944
Met Ad was het weer minder vanmorgen. Hij slaakte de verzuchting: ”Zou ik ook niet op de zelfde wijze als Cor naar Holland kunnen komen? Hier houd ik het niet meer uit, want ik heb geen weerstand meer”. Gelukkig dat hij dit eindelijk zelf inziet, want als er één het nodig heeft om naar huis te gaan, omdat hij niet op zichzelf kan passen, dan is het Ad.
Vanmiddag hebben Oswald en ik het plan opgevat om een toneelstuk te gaan schrijven over de AEG in het vijfde oorlogsjaar. Ik ben benieuwd of we het ooit af zullen maken. We hebben het wel groots opgezet.

19 maart 2019

Zondag 19 Maart 1944 Jan: s’ Avonds weer eens een Luftwarnunkje.

Zondag 19 Maart 1944
Met Ad gaat het gelukkig iets beter, hoewel hij zich nog steeds ellendig voelt. 
s’ Avonds weer eens een Luftwarnunkje. We zijn vanwege het hevige schieten even in de kelder gegaan.

18 maart 2019

Zaterdag 18 Maart 1944 Jan: Ik heb trouwens er heel lang mee geaarzeld of ik nog boeken naar huis zou sturen

Zaterdag 18 Maart 1944
Pakket V naar het Schlesischer Bahnhof gebracht. Ik zal blij zijn, als dit goed overgekomen is, want er zitten o.a. in: “200 Jahre Berliner Staatsoper im Bilde” en de beide ballistiekboekjes. Ik heb trouwens er heel lang mee geaarzeld of ik nog boeken naar huis zou sturen, met het oog op eventuele oorlogshandelingen in Holland. Maar tenslotte heb ik het toch maar gewaagd.
’s Avonds kreeg Ad den Besten het ineens op zijn heupen door een acute angina te debiteren. Koorts 40,3º. We moesten dus ’s nachts om het uur compressen omleggen, en hadden derhalve een tamelijk onrustige nacht.

17 maart 2019

Berlijn Vrijdag 17-3-'44 Brief 58 : Berg belangrijke dingen op, zodat ze niet verbranden kunnen. Brand is de grootste vernietiger.

Afz. Oswald de Bruin
Aan: Dr G. de Bruin
Vrijdag morgen B. 17-3-‘44
Lindenstrasse 35
Maliebaan 127

1 Berlijn Köpenick
Utrecht


58
Lieve Paps, Mams en Lily enz. enz.
Na het korte briefje dat ik gisterenavond bij Kees schreef, wil ik toch even een echte brief schrijven. Zondag l.l. wist Klaas al te vertellen dat hij waarschijnlijk met verlof zou gaan maar wij geloofden er eigenlijk niet aan. Gisteren avond werd ik gebeld, en ik kreeg mededeling dat het feest toch doorging. Het is geweldig leuk voor Klaas, maar voor ons is het niet leuk er weer eentje te zien vertrekken. Vooral omdat je dan zelf zo aan je verlof gaat denken, en je realiseert je dat er voorlopig geen sprake van kan zijn. Alleen bijzonder verlof heeft nog een zekere kans.
Verder gaat alles hier zijn oude gangetje, de enige verandering is, dat de dagen wat langer worden, en dat we ons wat meer bewegen kunnen. We verlangen er echt naar weer te kunnen zwemmen en wandelen en zo, al zal dit niet zo onbezorgd meer kunnen zijn als vorig jaar. Ik wil graag een fiets hebben, maar ik zie voorlopig geen kans er een te veroveren. Mocht mijn fiets in Holland gevaar lopen gerequiseerd te worden, stuur hem dan maar naar hier, dan heb ik er tenminste nog wat plezier van. Het is in alle omstandigheden prettig een vervoermiddel bij je te hebben.
Hoewel de winter voorbij is, is ons animo voor de concerten, opera’s en schouwburgen nog niet minder geworden. Zondag ga ik (zoals ik reeds schreef) voor de tweede keer naar de “Meisterzinger”. Verder staan nog op het programma de Mattheus passion, en een opvoering van de Faust. Eigenlijk willen we alles zien wat mooi is, maar dat gaat helaas niet.
Mijn werk bevalt me nog steeds uitstekend, mijn chef laat me hoe langer hoe meer de vrije hand, zodat mijn werk op het ogenblik meer een phisisch-chemisch practicum lijkt. Steeds zijn er weer nieuwe dingen, maar de wetenschappelijke grondslag wordt vaak verwaarloosd, daar moet ik dan zelf maar uit zien te komen. Verder heb ik wat meer afleiding omdat de Boer nu in de kamer naast me werkt, en we vaak alleen zijn, zodat we wat kunnen praten.
Maandagavond was ik bij mijnheer Fischer, die waarschijnlijk paps wel opgebeld heeft als jullie deze brief ontvangen. Ik wist toen nog niet dat Klaas met verlof zou gaan, anders had ik niet dubbel bericht gestuurd.
Van Lily heb ik lang niets gehoord. Over mij hoeft ze zich heus niet ongerust te maken. Het is met de bombardementen zo, dat je wel aardig in angst zit maar zodra de sirenes “veilig” geblazen hebben valt alles van je af. Het bewijs is wel, dat we altijd het beste slapen na een bombardement. De kans dat je geraakt wordt is zelfs bij een geconcentreerd bombardement gering. Het kan zijn dat mijn laatste lange brief terug komt, omdat ik adres van afzender en taal niet genoteerd had, maar daarom schrijf ik nog eens: denken jullie er om dat je bij de eerste bom die je hoort naar de kelder vlucht en niet gaat kijken wat er gebeurt. Verder zou het verstandig zijn nu nog een schuilkelder te bouwen, maar ik vrees dat dit niet gaat. Berg verder belangrijke dingen op, zodat ze niet verbranden kunnen. Brand is de grootste vernietiger. Van Grand-père alleen maar gehoord (brief 19 Febr.) dat hij naar St Hippolyte wil, maar dat hij nog niet verhuisd was. Hij heeft van een neef een huis gehuurd. Naam en adres van neef zijn niet bekend, ik schrijf nog naar het oude adres. Mijn bewijsje dat Grand-père ziek is, is op weg naar jullie, ik hoop dat het doorkomt. Zelf kan ik nu niets meer bewijzen, wat Grand-père aangaat. Mijn briefkaart van gisteren avond trek ik in, in deze brief staat alles wat ik vertellen wil.
Vrijdag avond half zeven.
Na een heerlijke maaltijd bij het station van vertrek (soep en vis, pannekoeken toe!) ga ik naar Klaas om afscheid te nemen. Ik hoop dat ik zelf ook binnen niet al te lange tijd met deze trein mee kan!
Tot ziens Veel liefs
Oswald

16 maart 2019

Berlijn 14 / 17 Maart 1944 Brief 57 : Op het ogenblik doe ik moeite om hier een fiets te bemachtigen.


57
14-3-44
Lieve P. M. en L.
Juist heb ik mijn kaart 56 beëindigd en op de post gebracht, of er schiet me weer iets te binnen.
Op het ogenblik doe ik moeite om mijn hier een fiets te bemachtigen. Ik weet niet of dit me lukt, maar in ieder geval zou ik graag hebben dat jullie goed op mijn fiets passen, die in Holland is. Mocht deze gevaar lopen, dan moeten jullie hem direct hierheen sturen, dan kan ik er hier nog plezier van hebben.

17-3-44 Hoewel ik Klaas verzocht heb bericht mee te nemen voor jullie schrijf ik toch maar even een kaart. Omdat er wel eens iets verloren kan gaan. Alles gaat goed, vanavond breng ik Klaas naar de trein, de eerste van ons die verlof krijgt. Ik hoop dat het voor mij ook spoedig komt, al vrees ik dat het nog wel even duren zal. Denken jullie er aan mijn raadgevingen wat betreft de schuilkelder en zo op te volgen, denk niet dat je er nog tijd genoeg voor hebt, het kan ineens te laat zijn. Jan de Boer wil graag het boek La Mort van Maeterlick, in Holl. vertaling van me lenen. Willen jullie het sturen in het volgende paket? Het boek staat in mijn boekenkast. Kunnen jullie het gedicht Homestum Petinem Usque van Vereij niet te pakken krijgen? Als paps het aan ten Have vraagt krijgt hij het beslist.
Veel liefs en tot ziens
Oswald


14 maart 2019

Berlijn 14 Maart 44 Brief 56 Voor ons is het niet leuk als er één weg gaat. Samen uit samen thuis.


56
Berlijn 14 Maart 44
Zondagmorgen was ik al weer vroeg uit de veren om kaarten te halen voor de opera. Ik wil nog eens naar de “Meistersinger”. Na afloop ben ik naar de kerk geweest, naar de Dom, waar ik een goede preek gehoord heb. Naar mijn Waalse kerkje ben ik niet geweest, ik weet niet of het er nog staat, dat moet ik eerst weer eens onderzoeken. Zondagmiddag heb ik mijn dispuut weer op bezoek gehad. Klaas komt misschien met bijzonder verlof naar Holland, dan zullen jullie wel wat van hem horen. Voor ons is het niet leuk als er één weg gaat. Samen uit samen thuis. Je gaat dan weer denken hoe het wel zou zijn als je weer eens thuis kon zijn, en daarover kun je beter niet te veel denken. Gisterenavond was ik op bezoek bij Fischer, hij gaat aan het eind van deze week naar Holland, ik heb gevraagd of hij paps opbellen wil, dat lijkt me leuker dan een briefje. Ik ben benieuwd of mijn laatste twee brieven met papieren over de ziekte van Grandpère aankomen, of dat ik ze terug krijg, ik wist n.l. niet dat op ieder vel naam en adres v.d. afzender moet staan. De briefkaart van Mams heb ik doorgestuurd naar Gr.père.
Heeft mams mijn bruine pak al gestuurd, ik vraag er maar steeds om voor het geval er een brief verloren gaat ook mijn witte jas zou ik graag weer hier zien, als hij gerepareerd is. Schrijft Lily nog eens een gezellige huis tuin en keukenbrief vooral met veel huiselijk nieuws over de poes, en tuin enz. Ik heb niet voldoende bedankt voor het laatste pakje (van 24 Febr) Vooral de grote pot honing was erg welkom. Verder geen nieuws meer.
Tot de volgende brief,
Oswald





13 maart 2019

Berlijn 13 Maart 1944 Brief 55 Al met al was het zo’n ouderwetse avond waarbij er gelachen wordt en alle narigheid ver uit de gedachten is.


De brieven 53 en 54 zijn helaas verloren gegaan, of nooit verstuurd, Oos is wel eens wat slordig met de nummering.

55
Berlijn 13 Maart 1944
Lieve P. M. en L.
Na mijn brief 53, die wat somber gesteld was, even een briefkaartje om te vertellen dat ik deze week een prettig weekend had. Zaterdag was Ad den Beste jarig, en dat werd een prachtig feest. ’s Middags was ik nog even in de stad om boeken te kopen. Een paar boeken van H.G. Wells in de oorspronkelijke taal was de buit. Met Jan de Boer heb ik toen gegeten, en ’s avonds was op de kamer van Ad het feest. Bier en koekjes en overvloed, en we hebben gerookt tot we elkaar niet meer konden zien, we moesten steeds voor ieder glas bier een kledingstuk inleveren (het werd steeds warmer in de kamer) Hans Bornewasser wilde natuurlijk niets afstaan, en toen ontstond er een gevecht met Bob waarbij Hans steeds meer verloor, en ten slotte maar in zijn onderbroek moest lopen. Het was géén gezicht, die lange magere jongen, de Benjamin van de troep, in zijn onderbroekje.
De Lagerfürerin noemt hem: “mein Riesen Baby”. Van die naaktloperij snappen jullie natuurlijk niet veel, maar dat is nu eenmaal heel gewoon in ons lager omdat het altijd warm is. Enfin, na afloop van het gevecht miste Hans een sleuteltje, waarop we allemaal gingen “helpen” zoeken. Het effect was prachtig, in drie minuten tijd was de inhoud van zijn kast + bed over de kamer verspreid, er stond niets meer op zijn plaats. We hebben ons een ongeluk gelachen. Verder had ik enorm succes met de mop van twee soldaten met het gouden horloge. Al met al was het zo’n ouderwetse avond waarbij er gelachen wordt en alle narigheid ver uit de gedachten is.
Veel liefs
Oswald


De overlevering wil het volgende omtrent de soldaten en het gouden horloge.

Een oudgediende stelt aan een nieuweling de volgende vraag:

Er waren eens twee soldaten,
die hadden tezamen één gouden horloge,
de één droeg het nu eens,
de ander dan wederom wel eens.
Toen kwam de oorlog,
de één redde het vaandel
de ander de generaal.
Van wie was nu het gouden horloge?

Er is op dit raadsel geen juist antwoord. Na ieder antwoord wordt de groen door alle omstanders verweten niet goed geluisterd te hebben en wordt het raadsel, al dan niet door de zelfde persoon, herhaald, zo veel mogelijk met exact de zelfde intonatie. Wanneer men dronken genoeg is, is de hilariteit bij de vijfde herhaling al groot, en loopt daarna alleen nog maar op.

12 maart 2019

Montpellier 19 / II / 44 van Grand-père: Pour combler le malheur je perds la vue, je ne vois presque plus de œil gauche.

 De brief die Oos de 10e uit Montpellier ontving. Dat is op zich opmerkelijk want die is van 19 februari en de 15e had Grand-père daar al weg moeten zijn.


Montpellier le 19 / II / 44
Mon cher petit-fils
Je reçois ta lettre du 31 / I / et suis heureux de
te savoir en vie et en santé, car je suis
toujours bien inquiet sur ton compte.
Ici je suis toujours à attendre une autorisation
pour me permettre d’aller à St Hippolyte ou j’ai
une maison, louée à mon cousin, pour moi.
Mais il faut, pour changer de place, une
quantité de formalités, en sorte que le temps
passe, et je ne pars pas.
Enfin il arrivera cea que Dieu voudra. Ma santé
toujours bien mauvaise. Je souffre beaucoup de
mes pieds; je ne peux presque plus marcher, et
l’entérite me joue de mauvais tours.
Pour combler le malheur je perds la vue,
je ne vois presque plus l’ œil gauche,
une veine de l’œil est obstruée par un
caillot de sang qui la bouche en sorte
que j’ai comme une grande tâche noire
devant la prunelle. Je suis allé consulter un
professeur oculiste et je suis sous traitement.
Mais je doute que la vue ne reviènne à l’œil,
qui est l’ œil gauche. J’y vois tres
mal et je verse le vin à côté des verres !
Ta mère se propose de venir me rejoindre.
Mais je redoute un tel voyage, car le froid
m’est très nuisible et je le redoute, en
plus il fait froid et plus je souffre.
Enfin je te tiendrai au courant de ce que je
ferai ou ne ferai pas. Je voudrais emporter
avec moi du linge et des vêtements, car on
ne sait pas, si l’on part, ce qui arrivera
dans la maison abandonnée.
Je t’ecris à la hâte, et tu excuseras mon
écriture, car j’y vois très mal.
Mille bons baisers de ton vieux grand-père,

Genouy 

Montpellier 19 / II / 44
Lieve kleinzoon,
Ik heb je brief van 31 jan. ontvangen en ben blij te weten dat je nog in leven en gezond bent want ik ben altijd bezorgd wat jou betreft. Hier wacht ik nog steeds op vergunning om naar St Hippolyte te gaan waar mijn neef een huis voor mij gehuurd heeft. Maar om te verhuizen is er een groot aantal formaliteiten nodig, zodat de tijd verstrijkt, en ik maar niet vertrek.
Enfin Gods wil geschiede. Mijn gezondheid is nog vrij slecht. Ik heb veel last van mijn voeten; ik kan bijna niet meer lopen, en een dunne darmontsteking speelt me parten.
En tot overmaat van ramp verlies ik het gezichtsvermogen, met mijn linker oog zie ik bijna niets meer, een ader in het oog is verstopt door een stolsel dat hem zodanig blokkeert dat ik een soort van grote zwarte vlek heb voor de pupil. Ik heb een professor oogheelkunde geconsulteerd en ik ben onder behandeling. Maar ik betwijfel of ik het zicht terug krijg in het oog, dat het linker oog is. Ik zie heel slecht en ik schenk de wijn naast de glazen!
Je moeder is van plan zich bij mij te voegen. Maar ik vrees zo’n reis, want de kou is erg schadelijk voor mij en ik vrees hem, bovendien hoe kouder het is hoe meer ik lijd.
Enfin, ik zal je op de hoogte houden van wat ik wel of niet doe. Ik zou linnengoed en kleding mee willen nemen, want je weet niet wat er, als je vertrekt, in het verlaten huis zal gebeuren.
Ik schrijf je in haast, en je zal me mijn handschrift moeten vergeven want ik zie erg slecht.
Duizend dikke kussen van je oude grootvader,

Genouy




11 maart 2019

Vervolg Brief 52 Denk niet te lichtvaardig over de kans dat de Maliebaan in puin verandert.


Zaterdag 11 Maart
Gisterenavond een brief van Gr.père gekregen van 19 Feb ’44, zo zielig als ik nog nooit gezien heb. Hij schrijft dat hij in St Hippolyte een huis heeft gehuurd van zijn neef en dat hij op vergunning wacht om te verhuizen. Hij heeft veel pijn aan zijn voeten en kan bijna niet lopen. “pour comble de malleur je per la vue, je ne vois presque plus de l’oeil gauch, une veine de l’oeil est obstruée par un caillot de sang qui le bouche…etc”. Ik verwacht ieder ogenblik bericht dat die goede oude in zijn eentje is gestorven zonder een van zijn familieleden gezien te hebben. Maar ja, we staan machteloos. Ik denk nu weer dat ik beter die doktersverklaring naar Mams kan sturen, maar dan heb ik zelf weer niets meer, en voor Mams is het wel niet voldoende denk ik.
Ik ben niet in de stemming nog een prettige brief te schrijven, en de brief moet helaas gauw weg. Ik schrijf er ook als weer een paar dagen aan. Ik wil jullie dit alleen nog op het hart drukken: Denk niet te lichtvaardig over de kans dat de Maliebaan in puin verandert, en dat no. 127 afbrandt. Die kans acht ik zelfs groot. Nemen jullie als ’t je blieft tijdig maatregelen. Een behoorlijke schuilkelder bouwen gaat niet meer, tenzij ze van spoorhout gemaakt kunnen worden, waarvoor Maarten misschien zou kunnen zorgen. Belangrijk is echter, dat jullie de dierbare dingen opbergt op een plaats waar het niet kan branden. In deze tijden is de brand de alles vernielende factor. Denk nu niet direct aan het opbergen van het tafelzilver of zo, dat kan best verbranden, maar dank aan niet vervangbare dingen, als boeken de la met foto’s, schilderijen enz., zonder welke je later het gevoel zult hebben dat je bij vreemden op bezoek bent. Ik reken er op dat jullie mijn kist vol stopt met belangrijke dingen van mijn kamer, en deze brandvrij opbergt, b.v. op de fabriek in een kelder. Kruipen jullie toch vooral direct in de schuilkelder, als de eerste bommen vallen, een aanval duurt tegenwoordig maar een paar minuten meer. Betonnen schuilloopgraven zoals die langs het singel gebouwd zijn, zijn het beste!
Excuseer mijn sombere brief
Veel liefs
Oswald




10 maart 2019

Vervolg Brief 52 Denk toch vooral niet te licht over de luchtafweermaatregelen


10 Maart
Gisterenavond twee brieven ontvangen, een van mams, en een van paps (van resp. 29 Feb en 1 Maart). Beide brieven zijn niet vrolijk. Ik heb hier een bewijs van de arts van Gr.père dat hij in behandeling is, zal ik dit sturen? Maar dan is het ook met mijn pogingen afgelopen, dan heb ik geen bewijs meer. Verder zijn er geen Duitse autoriteiten in het bezette gebied, dat is een merkwaardige toestand. Ik heb er lang over nagedacht wat er gebeuren moet, maar de enige kans op … ligt hierin, dat ik mijn verlof naar Frankrijk neem, en zelfs dit is dubieus. Bij mij zit er n.l. nog de moeilijkheid bij, dat de fabriek me verlof moet geven, en dat gaat niet zo gauw. Op het ogenblik is overigens de toestand weer vervelender, er zijn geen verloven meer tot half Mei. Voor de verloven naar Frankrijk was het al zo, dat er twee maanden gewacht moest worden op een trein. Het vervoer van Gr.père naar Holland lijkt me niet mogelijk, bovendien moet er dan weer een vergunning komen voor verblijf van Gr.père, als Fransman, in Holland, en die krijg je zeker niet in Fr. Probeer dus voor alle zekerheid eerst die vergunning te krijgen. Verlof voor het aannemen zal ik niet krijgen, het is geen reden voor bijzonder verlof. Le Cornu zal me dan toch het genoegen moeten doen me apart aan te nemen, al heeft hij daar weinig zin in.
Ik heb nog steeds geen nieuw adres van Gr.père en schrijf nog naar het oude. Mams, schrijf je brieven aan Gr.père liever op briefkaarten die je in een enveloppe als brief verstuurt. Ik zal er wel het adres op zetten en dan kunnen ze naar Gr.père door gestuurd worden. Het is toch voor hem wel beter als hij direct brieven van zijn dochter krijgt.
Nu nog over antwoord aan paps. Gelukkig dat je de zaak niet zo somber ziet wat betreft de inundatie. Maar denk toch vooral niet te licht over de luchtafweermaatregelen. Ik kan me zo voorstellen dat niemand naar zulke raadgevingen luistert.

en weer breekt Oos het schrijven af

09 maart 2019

Berlijn 9 Maart 1944 Brief 52 Eerst was ik er bang voor dat ze nu beter zouden mikken.


Berlijn Donderdag 9 Maart 1944
52
Lieve Paps Mams en Lily.

Daar zit ik weer met een groot stuk wit papier voor me, en ik weet niet wat ik schrijven moet….. nu, dit is onzin, ik weet alleen niet waar ik beginnen moet. Eerst dan maar iets over het bezoek dat we nog steeds krijgen. Nu de luchtafweer met nachtjagers te veel verliezen oplevert, zijn de geallieerden wel gedwongen overdag te komen, staat in de krant. In ieder geval komen de aanvallen nu overdag. Eerst was ik er bang voor dat ze nu beter zouden mikken, en de fabriek zouden raken, m.a.w. dat we op de fabriek dus een kwade kans zouden maken, maar die vrees is ongegrond. De dag aanval is precies even onnauwkeurig als de nachtaanval. Het is natuurlijk de vraag hoe dit zich verder ontwikkelt. Vervelend is, dat we overdag niet voor onze spullen kunnen zorgen, we zijn afhankelijk van een paar man die toevallig thuis zijn. Gisteren was het prachtig helder weer, de hele dag, ’s avonds heb ik met J. de Boer nog een prachtige wandeling gemaakt. Maar vandaag hangt er een dikke mist. Over het algemeen is het klimaat hier wel prettig, we hebben geen klagen, het is zelden zulk slecht weer dat je niet kunt gaan wandelen als je daar zin in hebt. Het mankeert echter steeds aan tijd, dat is het enige wat we werkelijk te kort komen.


Oos onderbreekt zijn brief hier en gaat morgen verder.

Alarm van 12:45 tot 14:35

08 maart 2019

Berlijn 8 Maart 1944 Brief 51 Het lijkt er op dat mams weer wat te veel wil sturen.


Berlijn 8 – 3 – ‘44
51
Lieve P. M. L.
Zaterdag heb ik weer een pakje ontvangen van, naar ik meen 28 Febr. Het lijkt er op dat mams weer wat te veel wil sturen. Ik heb een groot pakket gemaakt voor Grandpère, ik wacht nu maar op het nieuwe adres, naar het oude wil ik niets sturen, angst voor verlies. Sinds 29 Jan. heb ik geen bericht van Grandpère, ik hoop niet dat hij me vergeet, omdat je ook via Parijs schrijft. Hij wacht misschien ook wel tot dat hij een nieuw adres heeft. Gisteren heb ik weer een paket naar huis gestuurd, met wat kapotte kleren, een paar lege busjes, een extra bedeling bonbons, ook wel bombons genoemd omdat we ze krijgen na een bombardement.
We hebben weer koffie gekregen, maar die stuur ik later misschien, eerst wil ik proberen met dit ruilmateriaal een fiets te veroveren.
De nummering van de briefkaarten en brieven is wat in de war geloof ik, ik zal hier naar mijn beste weten maar 51 op zetten, maar ik geloof dat ik al verder ben.
Gisteren hebben we een lezing georganiseerd, de eerste van een serie, iedere week één. Jan de Boer heeft gesproken over de mijnbouw. We waren allemaal erg tevreden over de proef. Stuur je mijn bruine pak in het volgende pakje, Mams? We zitten hier dik in het brood, de laatste tijd, willen jullie het roggebrood niet liever zelf opeten? De sigaretten die ik gestuurd heb zijn ten dele van zéér slechte kwaliteit, Paps moet ze maar uit elkaar halen en in zijn pijp stoppen.
Veel liefs
Oswald

Oswald de Bruin
Lindenstrasse 35
1 Berlijn - Köpenick

Vandaag alarm van 13:25 tot 15:50

De verslagen van de voordrachtencyclus zijn naar Amsterdam, de vader van Jan de Boer, opgestuurd. Die heeft ze uitgetypt (laten uittypen), gestencild en aan de ouders toegestuurd. Hierbij het verslag de eerste vergadering en van Jans lezing.  






Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...