31 januari 2019

Berlijn 31 Jan. ‘44 Brief 37 Je probeert je er aan te onttrekken, maar het alarm beheerst je hele leven, en dat is op den duur zenuwslopend.


Maandag  31 Jan. ‘44
37
Lieve Paps Mams en Lily.

Alweer een paar dagen verder, en ik schrijf maar weer eens, om jullie gerust te stellen, al helpt dat niet veel. Verder schijnt het vandaag dan toch definitief de laatste dag te zijn dat we brieven afgeven kunnen zonder beperkingen. Ik zal ook Grandpère nog even wat schrijven.
Gisteren in de Staatsoper geweest, waar ik echt genoten heb, even heb ik aan jullie moeten denken, toen er alarm kwam, omdat ik datum en uur in één van mijn brieven geschreven heb. Nu is er niets gebeurd, ’s middags, de grote aanvallen kwamen pas ’s avonds, toen we al weer thuis waren. Deze keer niet bij ons in de buurt. Ik heb nog geprobeerd mijnheer Ficher te bereiken. Maar dat ging niet. Er heen reizen gaat practisch niet door de slechte verbinding, en verder is de telefoon overbelast. Zaterdag kreeg ik geen gehoor. Ik heb ook niet veel puf meer om daar achteraan te sjouwen, het is iedere dag hetzelfde, en gerust worden jullie toch niet meer. Vanavond probeer ik nog een keer te bellen.
Nog steeds kan ik er niet over uit, dat Frau Schlegel uitgebrand is. Het is nog al meegevallen, alleen de bovenverdieping is uitgebrand, (parterre staat nog) maar het huis is toch ontruimd. Een gedeelte van het dak staat nog, het huis kan na de oorlog wel weer opgebouwd worden. Ik heb Frau Schlegel niet te spreken gekregen, het huis was totaal verlaten.
Vandaag is het o.a. de verjaardag van Arike, ik had toch wel gehoopt deze onder iets gunstiger omstandigheden door te brengen. Het ziet er niet naar uit dat we met verlof zullen kunnen gaan, militaire gebeurtenissen werpen hun schaduw vooruit. Het kan zijn dat het al afgelopen is in Mei, maar ik denk dat het spul dan pas goed begint.
Wat leven we hier toch een gek leven. Ik heb lang gezocht naar een vergelijking, b.v. met een zigeunerleven, maar het gaat allemaal niet op. Het ene moment zit je in de schuilkelder te sidderen bij iedere bom, dan sta je in de rook en as, je gaat slapen alsof er niets aan de hand is, en je gaat de volgende dag weer aan het werk, en b.v. naar een opera, waar je dan weer het mooiste te zien krijgt wat er op dit gebied te koop is. Die tegenstellingen, die zijn haast niet te verwerken. Ik heb weer kaarten gekocht voor andere opera’s, maar je moet er rekening mee houden dat alles vannacht afgebrand is. Niemand kan je op het moment zeggen of de Staatsopera er nog staat, dat ze er gisteren nog stond is geen garantie! En zo sukkel je maar verder de tijd door, als het donker is zit je gewoon te wachten tot er alarm komt. Je probeert je er aan te onttrekken, maar het alarm beheerst je hele leven, en dat is op den duur zenuwslopend. We wachten dan ook op de volle maan, die ons een weekje rust zal verschaffen, naar we verwachten.
Er is verder sinds mijn vorige brief weinig te vertellen, geen groot nieuws en geen klein nieuws. De lust om lange brieven te schrijven is nog niet teruggekeerd, ik schrijf de laatste dagen toch veel omdat er telkens gezegd wordt dat het de laatste gelegenheid is. In het vervolg zullen er dus meer briefkaarten komen.

Veel liefs en tot ziens
Oswald


Jan schrijft in zijn dagboek:

Maandag 31 Januari 1944
De hele ochtend heb ik geklooid als nooit te voren. Er was niets voor me te doen, en ik had geen zin mijn kleren smerig te maken, zoodat ik niet meehielp aan het dichtmaken van de kapotte ruiten met karton. Ik heb dan ook maar zoo’n beetje rondgelopen van Oswald naar Cor en terug.
Daarna ben ik gaan graven in onze puinhoopen, en heb mijn lepel, mes en vork weer aan het licht gebracht. Het mes is waarschijnlijk niet meer te gebruiken, lepel en vork wel.
Reinartz begon ook te graven, en vischte triomfantelijk de sleutel van de W.C. op. “Ja … das Leben geht weiter”. …



30 januari 2019

30 Jan. 1944

Oos gaat vandaag naar de opera.



Jan schrijft in zijn dagboek:


Zondag 31 Januari 1944
Vanmiddag alarm van 12.10 – 1.00 Juist tijdens de rede van de Führer. Maar er werd niet geschoten, …
Zojuist komt het bericht dat er bij ons in de barak 47 Françaises zullen worden ondergebracht, en wel verdeeld over de kamers, daar er anders geen plaats is! Duitschland is toch maar wel het land van de vrije moraal!
Vanavond alarm van 8.00 – 9.10. Juist werd de rede van den Führer weer uitgezonden. De Duitschland Sender viel echter niet uit, de Berliner Sender wel. …

29 januari 2019

Berlijn 29 Jan. ‘44 Brief 36. Onderweg gezien dat het aloude huis Plugk–Harttugstraße 7 volledig uitgebrand is!

Vannacht alarm van 03:00 tot 04:20
29 Jan. ‘44
36
Beste allemaal.

De fabriek staat er nog, wat mijn afdeling betreft, en mijn barak ook. Stil is het in de straten en in de winkels. Alleen de openbare vervoermiddellen zijn overvol. Ik ben nog niet in Berlijn zelf geweest, na de laatste aanvallen, hoe het er daar uitziet weet ik niet. Maar ongeveer 40 zware bommen kwamen bij ons in de buurt terecht, zodat we genoeg aan ons zelf hadden. Het percentage blindgangers is enorm, maar zo is het al erg genoeg. Kapotte ruiten en daken maken het leven voor vele mensen moeilijk. Vooral als het regent, zoals nu. Algemeen wordt er door de bevolking enorm veel gepresteerd wat betreft blussen en elkaar helpen huizen ontruimen. Wat de oorlog betreft maken we hier dus meer mee dan menig soldaat. De verloren bezittingen zullen niet makkelijk weer vervangen kunnen worden. Maar daarover kun je eigenlijk niet spreken. Het belangrijkste is dat de oorlog een eind neemt vóór we allemaal beesten geworden zijn. Durft iemand nu nog hopen dat het bijtijds zal zijn? Het zal helaas echter wel niet op tijd zijn.

Zaterdag middag.
Inderdaad, Paps heeft gelijk, als hij ergens in een brief schrijft dat jullie je niet goed kunt voorstellen wat we hier meemaken. Daarvoor zijn geen woorden te vinden. Niet alleen tijdens het vallen van de bommen, maar vooral ook later. Stel je maar eens voor. Vannacht geslapen van half elf tot drie, en van 5 tot 7. Daarna naar de fabriek, waar de verwarming het niet doet, en waar de ruiten gedeeltelijk kapot zijn. Na het werk geprobeerd met Bob in Köpenick te eten, wat niet ging, restaurants gesloten. Toen met de tram bus naar mijn vroegere woonplaats. Onderweg gezien dat het aloude huis Plugk–Harttugstraße 7 volledig uitgebrand is! Ons bezoek van Maandag was dus net op tijd. Je moet hier geluk hebben, een week eerder en we hadden beiden onze zomerspullen verloren! Wat er met die arme vrouw gebeurd is, en de twee “Bombenbeschädigten” die ze in huis had, het zal wel ellende troef zijn. Die oude moeder van 92 jaar zal het wel niet overleefd hebben denk ik. En dan te denken dat ik bijna zo eigenwijs geweest ben daar te willen blijven wonen! Nu zit ik te eten. Tegenover me zit een oude dame die haar vork niet meer vast kan houden van de vermoeidheid, en constant zit te zuchten en te steunen. Kennelijk gisteren alles of een gedeelte verloren, en een paar dagen niet kunnen slapen. Je hoeft er niet meer naar te vragen, je ziet het de mensen aan, als je een beetje “geoefend” oog hebt.
Ja, Donderdagavond was het wel heel erg deze keer, zo èrg dichtbij. En er zijn erge dingen gebeurd. De twee grote arbeiderslagers zijn beide zwaar beschadigd. In één daarvan is er een brandbom in een houten schuilkelder geslagen, een fosforbom, terwijl de schuilkelder op slot zat! De man die de sleutel had was maar naar een betere schuilkelder gegaan. Deze man zal opgehangen worden als hij gevonden wordt, hij is voortvluchtig. Het dak van die schuilkelder bestaat uit planken met een laagje zand erover, volstrekt onvoldoende. De directeur heeft zich persoonlijk van deze ramp die ± 100 mannen, (Fransen en Belgen) het leven heeft gekost, op de hoogte gesteld en zoekt de verantwoordelijke personen. Als het kalf verdronken is … Veel van deze wantoestanden liggen aan de Lagerfürer, de onze zou beslist de hele A.E.G. op zijn kop gezet hebben voor zo’n schuilkelder die onvoldoende is. Wat dit betreft kan ik me geen betere kampleiding voorstellen, ze zorgt dat we alles krijgen waar we recht op hebben.
Dit zijn zo de dingen die mij direct raken. De barak staat er nog, ik heb mijn werk nog als vroeger, theoretisch is er dus niet veel gebeurd. Ik ben wel benieuwd hoe het Jan, Klaas en Kees gaat.
In de barak is het ook koud, de stoker is uitgebrand en krijgt dus een week verlof, zodat we deze tijd zonder verwarming moeten doen. Maar we zijn erg dankbaar dat we het leven er vanaf gebracht hebben, de rest is eigenlijk bijzaak. Gisterenmiddag, tussen twee zware bombardementen dus, ben ik naar een concert geweest! Het gekke was, dat de chef het niet eens gek vond me daarvoor vrij te geven! De pastorale van Beethoven en een pianoconcert van Chopin onder leiding van Herman Abentroht. Vooral de tegenstelling met al die ellende maakte deze middag onvergetelijk. We vragen ons af hoe lang die ellende nog door kan gaan. De bommen komen steeds dichterbij, telkens brandt er wat af, en wijzelf zijn nog gespaard. Kan dat wel zo doorgaan? Vandaag zal ik een zwaar pak naar huis sturen met dingen die ik niet steeds naar de schuilkelder wil slepen. Mijn zenuwen ben ik nu weer de baas al is mijn methode twijfelachtig van aard: tijdens het vallen van de bommen houd ik tegenwoordig mijn oren dicht! Dapper hè! Het is de beste oplossing als je in een stinkende kelder zit en niets kunt doen dan afwachten wat er gebeurt. Het is beter een baantje te hebben als brandwacht, dan heb je tenminste een plicht, en je aandacht is op iets anders gevestigd.
Lieve ouders en verdere familie, ik hoop dat ik de verjaardag van Mams weer thuis kan vieren, en niet hier op de manier van vier jaar terug. Mensen die zich op zo’n verjaardag verheugen zij niet waard dat ze het zelf goed hebben, het zijn geen mensen meer.
Veel liefs
Oswald




28 januari 2019

28 Jan. 1944 Jan : We hebben ditmaal midden in het bombardement gezeten.

Vandaag gaat Oos naar een concert



Jan schreef gisteren in zijn dagboek:


Donderdag 27 Januari 1944

… Vanavond alarm van 8.05 – 8.20. Het was ontzettend. We hebben ditmaal midden in het bombardement gezeten. Elk ogenblik hoorde je de bommen fluiten, en overal vlak in de buurt waren er inslagen. Alle respect voor de vrouwen, die in de sprlittergraben zaten. Ze hebben geen gil gegeven. Maar ik heb toch verschillende ogenblikken behoorlijk in mijn naad gezeten. Bovendien is de loopgraaf tegenwoordig niet meer verlicht, dus zaten we in het pikkedonker. Enfin, ook voor dit keer zijn we er weer goed afgekomen.

De barakken hadden dit maal wat meer schade dan anders: een paar plafonds naar beneden, en hier en daar kijk je tusschen vloer en muur naar buiten. In de buurt brandde het overal, en Ad den Besten en ik gingen eens kijken of we ook konden helpen hier of daar. Na veel moeite vonden we iemand die onze hulp gebruiken kon. Eerst bij de politie – brandweer. We hebben ons in stilte doodgelachen. Een echt Duitsche organisatie: op papier klopte alles, maar in de practijk niets: niemand wist waar hij hoorde, er was geen water, de slangen pasten niet enz. enz. enz. We hebben in stille devotie een paar minuten geluisterd naar wat een Haubtmann aan uitdrukkingen van zijn tong liet rollen. Toen er daar voor ons niets meer te doen was, gingen we meubels slepen. Daar we alpino’s op hadden, werden we algemeen uitgescholden voor Franschen. Er liepen prachttypes rond: o.a. een man in pyama met een hoge hoed. …


En vandaag:


Vrijdag 28 Januari 1944
Om 6 uur werden we door Frau Becker uitgeklopt, omdat we naar de fabriek moesten loopen. Overal langs de Spree heeft het gebrand. De fabriek zag er erg uit. Het gebouw A4, waar ik ook zat, is voor de helft uitgebrand, alle zes verdiepingen door. Het vuur is door de brandmuur gestuit, die langs het Gummilab liep. De Versuchsmischerei staat nog. Het lab zelf was een rokende puinhoop. Toch, alle principes ten spijt, vond ik het even een onaangename gewaarwording, om tusschen de puinhopen van de kamers, waar je acht maanden gewerkt hebt, rond te lopen. Het defoapparaat was een verwrongen hoop ijzer. … De Buna Abbau is “restlos erledigt”.
De werkbrandweer heeft zich niet al te erg ingespannen, niettegenstaande hun nationaliteit heb ik bijna geen Duitser gezien, die niet inwendig grijnsde.
Een ontzettende geschiedenis heeft zich in het AEG Lager Mühlenberg afgespeeld: tweehonderd doden. Oorzaak: de schuilloopgraaf. Deze was inplaats van in beton, voorzien van een dak van gevlochten teen, gedekt met een laagje zand. Bovendien waren de deuren afgesloten, en toen het goed begon smeerden de Duitsers, die de sleutels hadden hem. Er viel een phophorbom {brandbom} in de kelder, met gevolg dat er een paniek ontstond. Resultaat: 200 doden, in hoofdzaak Franschen en Belgen. 

 Ik ben kwijtgeraakt: mijn werkjasje, werkbroek met riem, een kleerenhaak, een handdoek, 2 pakjes zeeppoeder, 3 stukjes zeep, een tube scheercrème, en mijn mes, vork en lepel. Het meeste spijt het me van het jasje, de riem, de kleerenhaak en het eetgerei, de rest kan me minder schelen.

27 januari 2019

Berlijn 27 Jan. 1944 Brief 35 Zakjes zand en emmers water, en volle badkuipen zijn geen nutteloze instellingen bij een begin van brand.


Berlijn 27 Jan. 1944
35
Lieve Paps, Mams en Lily.

Toen ik gisteren een brief aan Lily wilde posten zonder “Kontrolkarte” ging dit niet, ik heb dus al een stempel in mijn kaart staan. Ik haast me dus nog een brief aan jullie allemaal te schrijven, en ik zal proberen hem vanavond op een ander postkantoor dat niet zo “bij” is, te posten.
Sinds mijn vorige brief is er natuurlijk weinig nieuws te vertellen, alles gaat zo zijn gangetje. Het is erg slecht weer de laatste tijd, regenachtig en met veel wind, zodat we wat dat betreft aan Holland herinnerd worden. Het begint ’s avonds al wat later licht te blijven, en we hopen dat spoedig weer de zomertijd ingevoerd zal worden, dan kunnen we ons ’s avonds weer wat vrijer bewegen. Het is op het ogenblik zo dat we nauwelijks buitenshuis kunnen gaan eten, want om zeven uur is er al kans op alarm.
Maandag zijn we (Bob en ik) naar vroegere hospita geweest, waar we nog wat zomerkleren hadden hangen. Ze heeft veel kapotte ruiten, en overal scherven in de muren. Op de kamer waar wij het laatst zaten is nu een tweede bommenslachtoffer ingekwartierd. Één zoon zit in Roemenië, voor korte tijd, de andere zit al in het Oosten aan het front. Zulke mensen hebben het niet makkelijk, de zwaarste tijden komen nog. Ja, we hebben nu weer bijna een week rust. Waaraan we dat te danken hebben weten we natuurlijk niet, maar het zou me wel aangenaam zijn als we van deze nachtelijke bezoeken verschoond bleven. De opperchef, de chef en de souschef zijn nu allemaal uit hun huis gebomd, zodat de rest van het lab. personeel ook wel aan de beurt zal komen denk ik. Je ziet hier zoveel ellende om je heen, dat je wel graag eens naar huis zou willen om de zaak zo te organiseren dat er niet zo erg veel ellende kan ontstaan. Ik zal proberen jullie enkele raadgevingen op het hart te drukken. Ten eerste: de zakjes zand en emmers water, en volle badkuipen zij geen nutteloze instellingen, maar kunnen beslissend zijn bij het begin van brand. 2e Het is zeer aan te bevelen een schuilkelder te maken in de tuin (buitenshuis!) een privé schuilkelder dus, waar de belangrijkste dingen blijvend opgeborgen worden, en waarin het gezin plus koffers plaats kunnen nemen. Het is waarschijnlijk niet meer mogelijk zo’n ding te bouwen, maar het zou wel de beste oplossing zijn. 3e Als er bombardementen te verwachten zijn is het niet verstandig in bed te blijven. Als de bommen eenmaal vallen is het te laat om in de kelder te gaan. Nu hoor ik dat er in Holland tegenwoordig voortdurend alarm is, dan wordt het natuurlijk moeilijk. Jullie vragen je misschien af waarom ik me bezorgd maak, omdat er nog niets aan de hand is, maar het kan komen en dan is het te laat om te schrijven. Als de oorlog in Holland komt dan maken jullie nog veel erger dingen mee dan ik hier, en hier is het al niet om aan te zien wat er geleden wordt. Maar er zit niets anders op dan gelaten af te wachten wat er gebeurt. Proberen jullie nog, het risico wat te verdelen door een gedeelte van de bezittingen ergens anders op te slaan. Dan is het verlies ten minste niet 100%, zoals hier vaak voorkomt als mensen toevallig niet thuis zijn. Tot zover mijn raadgevingen.
Brief Paps van 7 Jan. ontvangen, van Mams nog niets na kerstmis. De niet aangetekende brieven doen er erg lang over, ongeveer een maand. Ik zou graag met Paps de perspectieven van de fabriek eens bespreken, dat is één van de dingen waarop ik me bij terugkomst verheug. Ik heb al een programma opgesteld van wat er allemaal gebeuren moet in die paar dagen verlof, en dat is niet zuinig. Ik schrijf maar vast op, omdat ik anders niet weet wat ik doen moet als ik thuis zit en overal aan denk als ik weer hier zit. Jullie ziet, ik reken al op verlof, al is de kans eigenlijk gering, maar je moet nu eenmaal altijd blijven hopen.
Gisteren kreeg ik een nieuwjaarswens terug van de nichten uit de hoge Alpen. Ze sturen van tijd tot tijd pakjes aan Grandpère, en maken het verder best. Ik moest jullie de groeten van hen overbrengen.
Volgens jullie berichten moet er nog een pakje onderweg zijn hierheen, maar ik zie nog niets komen. Het zal wel weer een maandje duren, zoals gewoonlijk. Eventuele pakketten moeten jullie maar weer gewoon met de spoorwegen sturen, dat is het beste.
Laatst zag ik bij mijn bezoek aan de vroegere hospita tamme kastanjes liggen. Die had ze zonder bon en in onbeperkte hoeveelheid kunnen krijgen, maar ze waren nu uitverkocht. Ze wist niet goed wat ze met die dingen doen moest, en dan te denken dat ze waarschijnlijk uit Fr. komen en dat Grandpère ze broodnodig heeft!
Ik hoop dat ik deze brief nog zonder moeilijkheden kan posten, en ik hoop maar dat de raadgevingen aan het begin van deze brief overbodig zullen blijken te zijn.
Veel liefs
Oswald

Vandaag alarm van 20:05 tot 2120

25 januari 2019

25 Januari 1944 Jan: We hebben er een mooie vrije morgen uitgeklopt.


Dinsdag 25 Januari 1944.
Daar ik al een paar dagen wat last van mijn linkeroog had (een gevoel van druk over de heele oogbol) ben ik vanmorgen naar de oogarts geweest. Met Cor Wiegers. We hebben er een mooie vrije morgen uitgeklopt.
De oogarts schreef me wat druppeltjes voor.
Daarna een groote hoeveelheid koeken verorberd en een lekkere kop bouillon gedronken in Schöneweide, en tenslotte langzaam naar de fabriek terug gewandeld.
Dankzij mijn morgenwandelingetje had ik niets geen slaap; ik had eigenlijk verwacht onder de defobepalingen in te dutten, daar in vannacht maar van half één tot half zes geslapen had.

24 januari 2019

Amsterdam 14 Januari ‘44 van Arie: Breek je hoofd niet over de vraag of jullie indertijd goed gehandeld hebt. Er zijn er die het jullie kwalijk neemt.


Vandaag een kort alarm, van 12:15 tot 12:30
Een mede student, Arie van der Linden, schrijft aan de Lindenstrasse:
14 Januari ‘44
Amsterdam
Beste Knapen

Ik ben inderdaad, zooals in één van jullie brieven stond, door grote bedrijvigheid niet tot schrijven gekomen, maar thans zal ik mijn nalatigheid herstellen.
In de eerste plaats, zooals je ziet ben ik weer in Holland, en John en Dick met mij. Dick is al een paar maanden hier met ziekteverlof, welke tijd ik in Waldshut hem heb vervangen, daarbij ik echter zo’n stront kreeg en tenslotte voor saboteur uitgemaakt werd, dat ik de overall maar aangetrokken heb en mij onder de cementzakken geplaatst heb, waarbij ik intussen de vurige gewenschte rust vond, al kan ik ’s avonds van moeheid niet meer op m’n gat zitten.
John en ik wisten echter met Kerstmis na eindeloos gelul met verlof te gaan. Hij, John, is geopereerd. Over 2 mnd gaat z’n blinde darm eraan. Dit was een naburig abces n.l. Hij is zeker 3 mnd onder dak.
Ik zelf vond ook een oplossing en treed morgen in dienst als scheikundige op een research laboratorium. Ik heb ge ... ijnd maar daarover later meer.
Uit jullie brieven spreekt de vraag hoe ze hier leven. Een vraag die onder de hedendaagsche omstandigheden niet goed is te beantwoorden. In het kort – niet zoals jullie denken. Zo af en toe komt er eens eentje lucht happen op het huis. Verder zo zedig als maar mogelijk is het aardse bestaan zien te rekken. Koffiehuis wordt niet meer bezocht. Ook reizen doet men niet meer. Bioscopen worden niet slechts om principiële redenen vermeden.
Ik heb de zaak van 2 zijden bezien, maar breek je hoofd niet over de vraag of jullie indertijd goed gehandeld hebt. Er zijn er die het jullie kwalijk neemt, in het bijzonder het streven naar “hogerop” is onbegrijpelijk voor hen maar ze kennen niet de 11 uurige werkdag en de “lagerprut”. Ze vervelen zich gruwelijk en werken maar zo’n keertje, maar begrijpelijk is dan ook dat het hun onaangenaam treft te lezen dat jullie de geneugten van het theater zo rijkelijk geniet. Bijzonder lullig vonden ze een knaap die om z’n smoking gevraagd heeft. Ik geloof niet dat het een van jullie geweest is.
Tja – er is een groot verschil tussen de gaanders en de blijvers maar volgens mij zullen jullie later als alles goed en wel achter de rug is blij zijn gegaan te zijn al is je leven nu rot. Bij de “burgers” zijn er geen die jullie iets kwalijk nemen en de principiële studenten hennen vaak hun verantwoordelijkheid niet waarbij komt dat ze achteraf makkelijk praten hebben.
Jaap is zoals ik het nu zie per vergissing ondergedoken maar dat was niet nodig. ƒ10,- V.zl. is n.l. niet “ingeschreven”. Hij houdt zich wel gedeisd natuurlijk. Waldshut ligt voor mij dus in het verleden. Indertijd heb ik me “vrijwillig” laten bemiddelen omdat ik daar een uitkomst hoopte. Die was er niet zonder mijn “Arbeitskamaraden” in moeilijkheden of erger te brengen. Ik heb daarom een plaatsvervanger gesteld en blijf verder hier. Al is de zaak niet zo eenvoudig dit is toch het schema van mijn toestanden al heeft deze, laten we zeggen, mislukte poging mij een half jaar gekost. Ik heb twee voordelen.
1e de ervaring en 2e wat belangrijker is, ik ben niet meer aan de universiteit (waar ik niet weg mocht) verbonden. Ik ben er kort voor kerstmis geweest. Je kotst als je de troep ziet, vooral aan onze faculteit. Dat het 3e gesteld doel niet mocht gelukken – enfin ’t was misschien nauwelijks de moeite geweest. Eenmaal over de Rijn ben je er ook nog niet en zit je weer in een kamp als je niet over relaties beschikt.
Achteraf zal misschien dat wat ik nu heb nog wel beter blijken. Wie weet? Ik werk bij Jansen op het Instituut voor Volksvoeding.
Die St Nicolaaspaketten was weer een jofel idee van de heren. Het heeft ook John en mij weer even sterk getroffen als indertijd in het veldleger. Er zijn een paar o.a. Ben en Hessel, die niet daaraan hebben willen meewerken. Ben schrijft bijzonder principieel te zijn. Van Hessel kreeg ik hierover een brief. Hij stond op het standpunt dat de “bonloozen” eerder een extraatje moeten hebben, maar had generlei rancuneuze gevoelens.
Ik ga eindigen en wensch jullie sterkte, speciaal op de bijzonder moeilijke ogenblikken die de oorlog jullie brengt. Ik ben pessimist maar zoo erg lang hoeft het niet meer te duren. En als jullie met verlof mocht komen, ik ben ’s avonds altijd bij m’m ouders thuis Amsteldijk 87 schuin tegenover Neruis waarheen zij evacueerden. Ik hoop van harte jullie spoedig eens op de stoep te zien staan. Er valt zo veel te praten en de Vivat kring is de Vivat kring gebleven, waar men heerlijk koffiet en gezellig smoest. Hou je haaks
Witte Muizen
Arie
A.C. van der Linden

P.S. Adres afzender is verouderd. Ik heb nog geen verhuisvergunning en zal die wel niet krijgen ook.

23 januari 2019

Zondag 23 Jan. ‘44 Vervolg Brief 34. Ik heb de laatste tijd niet veel plezier meer in het brievenschrijven.


Zondag 23 Jan. ‘44
Vanmorgen om half 5 opgestaan om in de rij te gaan staan voor kaarten voor de opera, waar de volgende week zondag “Meistersinger” ten gehore gebracht wordt. Om elf uur was ik weer thuis. Het is wel zonde van de tijd, maar ik wil toch beslist eens een Wagner opera horen in de beste uitvoering die er te horen is. De voorstelling begint om 12 uur en duurt tot 5 uur! We hebben dus wel waar voor ons geld. Ik kon maar twee kaarten krijgen, gemiddeld sta je dus drie uur voor één kaart in de rij.
Verder gaat alles goed. Ik hoop dat jullie weer bericht gekregen hebt dat alles goed was na Donderdag. Ik heb de laatste tijd niet veel plezier meer in het brievenschrijven, ik weet niet hoe dat komt. Je merkt langzamerhand dat het contact, de gedachten uitwisseling, per brief toch maar erg slecht gaat, in ieder geval erg onvolledig. Jullie gezamenlijke brief van kerstmis vond ik erg aardig, maar ik ben toch blij dat ik deze brief niet op de kerstdag zelf kreeg, ik word er n.l. een beetje sentimenteel van, en dat is helemaal niet prettig. Je moet hier leven van het ene moment in het andere, anders heb je geen leven. Verder ontving ik de brief van Lily van 29 Dec., een prettige lange brief. Later bericht heb ik niet ontvangen, het nieuwe jaar zet dus slecht in. Ik ben benieuwd of de post in Holland nu ook sneller zal gaan, maar het zal wel weer ijdele hoop zijn. Ik sta versteld over de rust die er schijnbaar heerst bij de familie van Pump. Daar snappen we nu niets van hier. Ik ben erg benieuwd naar het schilderij van Lily , het lijkt me voor later erg leuk. Dat geval met dat pakje van me is erg gek, ik moest er hier ook nog maar eens naar vragen, maar ik vrees dat het gestolen is. Je kunt ook niemand weer vertrouwen tegenwoordig.
Van Hajo nog steeds geen brief ontvangen, die zal wel niet naar de post gebracht zijn of zoiets. Dat ik wel wat van mijn talen bij geleerd heb, merkte ik deze week. Bij de kapper vroeg de bediende, toen hij klaar was, en we een uitgebreid gesprek hadden, of ik “Fronterlauber” was, hij had niet gemerkt dat ik geen Duitser was! Dat is wel eens erg makkelijk. Veel plezier heb ik van mijn Frans. Het komt herhaaldelijk voor dat ik Hollands praat op de tram, en dan met een half oor luister naar de gesprekken van Fransen. Vooral de Françaises hebben er een handje van opmerkingen te maken over de passagiers. Als ik dan uitstap laat ik even merken dat ik ze helemaal verstaan heb, en dan heb ik echt “lol”. Aan Arike had ik een uitgebreide verjaardagsbrief geschreven, met een brief voor de hele No 100 familie er bij, maar ik kreeg hem terug, omdat er te veel papiertjes in zaten! Twee vel was maar toegestaan! Nu kan ik hem niet meer sturen, ik zal een kaartje sturen.
Gisteren heb ik een reusachtige bof gehad, ik heb n.l. een studieboek dat ik al een paar jaar zocht op de kop getikt. Het kostte wel wat moeite, omdat ik geen papieren had waarop tegenwoordig de studieboeken die de studenten kopen aangetekend worden, maar tenslotte heb ik de man kunnen overtuigen dat hij een uitzondering voor me moest maken. Het gaat om het leerboek van Karrer Org. Chemie. De bestelling bij Broese kan dus afgezegd worden.
Mijn adres heeft een aanvulling gekregen, er moet voor de stad een één staan in een cirkeltje, dat is ter vereenvoudiging van de bestelling. Kijk maar hoe ik het heb geschreven achterop de enveloppe.
Er schijnt weer “voor-alarm”te zijn, er is dus binnen 10 minuten alarm te verwachten.
Snel alles bij elkaar pakken, om tenminste tijd te hebben om naar de kelder te komen.
Veel liefs
Oswald


21 januari 2019

21 Januari 1944. Jan: Van huis nog steeds geen berichten.

Jan:


Vrijdag 21 Januari 1944.
… Van huis nog steeds geen berichten …
Vanavond het gekste alarm beleefd dat ik ooit heb meegemaakt. Duur van ±10.30 - ±11.30. Een alarmsignaal hoorden we heel ver weg, want de sirenes in Köpenick waren kapot. Om 5 vóór 11 begon enthousiast één sirene te loeien (alarmsignaal). Met de "Entwarnung” was het ook zoiets: we hebben niet minder dan vier maal vanuit de verte het alles-veilig-signaal gehoord, maar in Köpenick bleven de sirenes stom. In de verte waren ze trouwens nog zwaar aan het schieten. Ik geloof niet, dat de aanval op Berlijn gericht is.

20 januari 2019

Berlijn – Köpenick 20 Jan. 1944 Brief 34 De koelbloedigheid van vroeger is helemaal weg.


Berlijn – Köpenick  20 Jan. 1944
Lieve Paps, Mams en Lily,
 34
Daar moet ik me nu een grote verandering in mijn correspondentie brengen. Zoals jullie weten mogen wij in het vervolg maar twee brieven in de maand naar het buitenland sturen; dat is dus een grote tegenvaller. Vooral voor Grandpère is het erg, die zal nu voorlopig alleen briefkaarten van mij krijgen. Ik kan hem ééns in de maand een brief van Mams sturen, maar dan krijgen jullie ook maar ééns in de maand een brief van mij. Schrijf maar wat ik doen moet. Briefkaarten zijn gelukkig nog vrij, ik kan dus nog wel elke week schrijven. Laat mams een paar briefkaarten in het Frans schrijven voor Granspère, en ruimte laten voor adresverandering, ik zal dan proberen deze kaarten door te sturen. We moeten nu ook precies op tijd schrijven, zondag avond moet mijn brief klaar zijn, en dan wordt hij Maandag gepost door de Lagerführer. Er mag per brief maar één velletje papier in zitten, ik heb dus maar een groot vel uitgezocht.

Jan in zijn dagboek:

Dondrdag 20 Januari 1944.
Vanavond alarm van 7.05 – 8.30. we maken nu eens alle trappen van alarm door: eerst viel de Deutschland sender uit, toen gingen de lichten op straat uit, vervolgens kwam er melding van de fabriek, dat er vooralarm was, daarna kwam de “offentliche Luftwarnung, en uiteindelijk het alarm.
Het was weer hevig. Continu was er een gerommel van bomexplosies en afweergeschut.
In de kelder was het heel griezelig, de Franschen waren in volle vorm. Ik heb in ieder geval weer een prachtige Fransche uitdrukking geleerd:”tien ton blère”, oftewel: hou je bek {dus zoveel als “ta gueule!”}

Het is wel weer vlak bij ons in de buurt geweest, want een van de schoorstenen van Spindler aan de overkant van de Spree, is afgeknapt, dus daar is kennelijk iets tegenaan gekomen. Trouwens ik heb pijn aan mijn trommelvliezen van de luchtdruk.

Oos: Brief 34

21 Jan. ’44 
Gisteren avond is er weer gebombardeerd, en ik kan wel zeggen dat ik langzamerhand ook last van zenuwen begin te krijgen, de koelbloedigheid van vroeger is helemaal weg. Vooral het gevoel dat je er niets aan kunt doen, en gelaten af moet wachten waar of de bommen wel terecht zullen komen, maakt dat je gespannen zit te luisteren of je geen gefluit hoort, en daar wordt je nu precies gek van. Gelukkig heb ik vannacht goed kunnen slapen zodat ik vandaag weer het Heertje ben, maar je verliest alle lust om iets uit te voeren. Zelfs een brief schrijven is te veel gevergd. Hoe is het, ontvangen jullie nu snel bericht over onze gezondheid? En denken jullie er aan dit door te geven aan anderen, het bericht is voor alle ouders bedoeld.

Zondag 23 Jan. ‘44

19 januari 2019

19 Jan. 1944

Vanavond gaat Oos naar een concert.


Geen alarm vandaag.
Het lijkt dan misschien wel dat Oos belachelijk vaak naar het theater gaat maar misschien moeten wij ons in 2019 realiseren dat er in die tijd geen televisie was. Ook met radio-uitzendingen kon men de avonden niet vullen, want, als men er al een had, kwam daar alleen maar propaganda uit, die verre van de waarheid lag. De bioscoop was ook geen alternatief vanwege die zelfde propaganda.
Daarnaast wil de overlevering dat het vrij krijgen om naar de schouwburg of het concertgebouw te gaan zeker ook en argument was.

18 januari 2019

18 jan 1944

Als er nu één dag is waarop kennelijk niets noemenswaardigs gebeurd is dan is het Dinsdag 18 januari 1944. Zelfs Jan schrijft niets in zijn dagboek.
Dan maar iets over morgen:

Jan:


Woensdag 19 Januari 1944. 
Vanavond een pakket van huis ontvangen van 6 Januari, wat zeer welkom van inhoud was: vitamine- en kalktabletten, alsmede appels en een groote speculaaspop.

17 januari 2019

17 Januari 1944 Jan: Ik begin bang te worden, dat ze Toon Vromen opgepakt hebben.

Het zijn vaak die kleine opmerkingen in een dagboek die de beangstigende sfeer uit 1944 beter weergeven dan lange verhalen over dit of dat.

Jan:


Maandag 17 Januari 1944.
  Post heb ik sinds 8 Januari niet meer ontvangen. Ik begin bang te worden, dat ze Toon Vromen opgepakt hebben.


16 januari 2019

14 januari 2019

14-1-1944 Kontrollkarte für das Auslandsbriefverkehr.

Het zijn geen geruchten meer. Vandaag haalt Oos controlekaart voor het buitenlandse briefverkeer.


Vanavond alarm van 19:05 tot 20:20.

12 januari 2019

Berlijn 12-1-‘44 Brief 33. Er gaan hier geruchten, dat we binnen kort maar twee brieven per maand mogen schrijven.


33
Lieve Paps Mams en Lily,
12-1-‘44
Hoewel kort geleden is dat ik jullie schreef, begin ik toch maar weer omdat de brieven er niet allemaal even lang over doen. Mijn brief 32 moet jullie wel bereikt hebben. Er gaan hier geruchten, dat we binnen kort maar twee brieven per maand mogen schrijven. Als het waar is is het een schandaal, we worden dan behandeld als krijgsgevangenen, en niet als “vrije arbeiders” zoals we officieel genoemd worden.
Gisteren ben ik naar mijnheer Fisher geweest, dit bezoek is me zeer bevallen. Hij heeft regelmatig contact met Holland, en je hoort dus eens wat nieuws, vrijdag ga ik weer naar hem toe.
13 Jan. ’44
Gisteren en vandaag thuis gebleven, dikke keel. Frau Becker, de Lager Führerin heeft me met alle geweld onder de dekens gestopt en twee maal aan een zweetbad onderworpen. Na afloop schone lakens gekregen. Ja, de behandeling is hier prima. Mijn keel is weer beter, maar vandaag blijf ik nog op bed. Vanmiddag komt Jan eens kijken. Morgen blijf ik ook nog thuis, maar dan kan ik doen wat ik wil, dan zal ik weer eens wat orde op zaken stellen, knopen aanzetten, pakjes maken enz. enz. Ik stuur weer een pakje naar huis, waarin wat boeken, een potje en een tube huidcrême waarvan ik de kwaliteit niet kan garanderen (voor Mams of voor Lily), wat meel (voor witbrood) wat Italiaanse en Duitse sigaretten en een broek die van Maarten geweest is, en die hij wel terug wil hebben denk ik.

Incompleet
 Brief 32 niet gevonden



11 januari 2019

Jan in zijn dagboek. Het intrekken van de verloven is goddank op het laatste moment afgesprongen


Dinsdag 11 Jaunari 1944
Vanmorgen weer eens “öffentliche Luftwarnung” om 10 vóór 4 tot 20 over 4. De meesten waren nu zoo verstandig in hun bed te blijven liggen, maar de helden van Tsjechen en Serven holden natuurlijk onmiddellijk naar den schuilkelder. Dat zijn de bangsten, vooral toen er even geschoten werd. Ik vermoed dat het een paar verkenningsvliegtuigen geweest zijn want het was volle maan en een prachtige windstille wolkenloze nacht.
De ontluizing is een paar dagen uitgesteld. En het vrij krijgen ging tot onze spijt ook niet door. …
Eindelijk heb ik het beddegoed van de A.E.G. teruggebracht. Ze zeiden er gelukkig niets van, dat het niet gewasschen was. Tevens heb ik nog een pan gekocht voor thuis, die zullen ze daar wel kunnen gebruiken. Bovendien een kroes en wat eetgerei voor Reinartz. …
… Het intrekken van de verloven is goddank op het laatste moment afgesprongen, maar er worden nu borgen gesteld.

08 januari 2019

M’lier 23 Xbre 43 van Grand père. Espérons que si Dieu le permet j’aurais encore le plaisir de connaître cette enfant avant de disparaître!

M’lier 23 Xbre 43

Mon cher petit-fils,

Les cartes et lettres me sont bien parvenue; j’ai été
bien heureux d’ apprendre que toi et tes cher parents vous
êtes en bonne santé, malgré les privations de toutes sortes que
l’on endure un peu partout. Evidamment, le mal des
uns ne guérit pas celui des autres, mais, tout de même,
il nous aide à patienter, à nous résigner. Nous sommes
bien loin du règne de Dieu, règne de Vérité, de justice et
de Amour que l’on annonce à l’humanité depuis deux
mille ans et qui semble, actuellement, plus éloigné qu’il
n’a jamais été. Mais pourtant ce règne doit un jour
s’établier, et les tristes jours que nous vivons hâteroules
peut-être sa réalisation.
Pour le moment c’est une vague de matérialisme qui
passe sur le monde. On ne se présocupe pue de savoir ce
que l’on mangera et de quoi l’on se vêtira ; et l’on ait
bien excusable, car, en définitive, il faut manger pour
vivre et, pour manger il faut courir à droite et à gauche
et chercher ses ticket, ses bons, ses cartes, etc. ect., sans parler de
la monnaie qui joue, elle aussi, un rôle important. Ainsi les
hauteurs de l’idéalisme, il faut descendre sur la terre et
manger au pot-aux-feu, à quoi, jadis, on ne pensait
même pas. 
--//--
J’avais … avant d’aller en voyage une paire de molletières
en cuir, qui me serviraient pour la chasse(?) quand je …
Je suis allé en voyage; à mon retour je ne les ai plus
retrouvés! J’ai fait  … il y a quelque temps, un
dizaine de petits sacs pour mettre les denrées. J’en ai utilisé
3, et les autres sont disparus! Cela me met hors de moi,
C’est inouï, divine parmi les gens qui viennent chez
moi, je veux parler de la laveuse, le …, les
gens qui viennent pour donner un coup de main de
faire de manutention à la maison ou en jardin, il y
a des voleurs!  Et, avec … survenu à ma b… …
je n’ai 3 personnes de voisinage qui sont venus nous aider.
Alors? On est bien embarrassé. La plus simple honnê-
teté est en train de disparaître. C’est bien triste.
Le photo de Marty et de sa fillette m’a fait bien plaisir.
Elle … … bien, et la fillette m’a l’air bien mignonne.
Il va tarder de connaître cette enfant et aussi sa mère.
Espérons que si Dieu le permet j’aurais encore ce plaisir
avant de disparaître!
Mes baisers bien affectueux à toi, à tes parents, à toute
la famille, à qui je pense continuellement
Que dieu te garde, mon cher petit-fils.
Je t’ embrasse bien fort
Ton vieux et dévoué grand père
Genouy


Het handschrift van Paps mag dan wat moeilijk leesbaar zijn, dat van Grandpère is nog veel moeilijker. Zonder zeer gewaardeerde hulp was de schrijver dezes er niet uit gekomen, laat staan uit de vertaling.

Montpellier 23 December 1943
Lieve kleinzoon,
De kaarten en brieven zijn goed aangekomen; ik was blij te vernemen dat jij en je lieve ouders in goede gezondheid verkeren ondanks alle ontberingen die men overal lijdt. Natuurlijk vermindert het leed van de een dat van anderen niet, maar toch helpt het ons geduld te oefenen, om afstand te doen. We zijn ver verwijderd van de heerschappij van God, heerschappij van de waarheid, gerechtigheid en liefde die al tweeduizend jaar aan de mensheid is voorspeld, verder dan men ooit geweest is. Maar toch, die heerschappij zal zich ooit openbaren, de droevige dagen die we nu beleven bespoedigen misschien haar komst.
Voorlopig is het een golf van materialisme die over de wereld spoelt. Men houdt zich slechts bezig met wat er gegeten moet worden en waarmee men zich moet kleden; en dat is begrijpelijk, omdat men tenslotte moet eten om te leven en, om te eten, moet men van hot naar haar rennen om kaarten en bonnen, etc. etc. te halen, en geld, niet te vergeten, speelt ook een belangrijke rol. Dus, van de hoogte van het idealisme, moeten wij op aarde neerdalen en eten van de stoofpot, waar we, jaren geleden, niet eens aan dachten.
Voor ik op reis ging had ik een paar lederen beenwindsels, die goede diensten bewezen bij het jagen. Ik ben op reis gegaan; na terugkomst heb ik ze niet meer kunnen vinden! Ik heb enige tijd geleden … een tiental kleine zakken gehad om eten in te doen. Ik heb er drie gebruikt en de rest is verdwenen. Daarvan ben ik buiten mezelf. Het is ongeëvenaard, onder de mensen die bij me komen, ik bedoel de wasvrouw, de …, de mensen die komen helpen bij het onderhoud van het huis en de tuin, zijn dieven! … … daaronder zijn drie buren die me zijn komen helpen. Dat is allemaal heel pijnlijk. De meest eenvoudige eerlijkheid is aan het verdwijnen. Het is triest.
De foto van Maarten en zijn dochtertje doet me veel plezier. Ze … … , en ziet er schattig uit. Het zal wel even duren voor ik het kind en haar moeder leer kennen. Laten we hopen dat God mij toestaat ze te ontmoeten, voor mijn verscheiden!
Mijn liefhebbende kussen voor jou, je ouders en de hele familie, aan wie ik constant denk. Dat God je behoede, mijn lieve kleinzoon. Ik omhels je innig.
Je oude, toegewijde grootvader

Genouy


Bij het online controleren van de spelling van het Frans voor dief, schooier, kwam er uiteraard een toepasselijke reclame in beeld …. van een tweedehandsautohandelaar … ook een dief, schooier.





06 januari 2019

Vervolg brief 31. 5 Jan. 1944 Vanmiddag de Carmen gezien, in plaats van de Tannhäuser


5 Jan.
Vanmiddag de Carmen gezien, in plaats van de Tannhäuser, om de een of andere reden was er een verandering aangebracht.
6 Jan. 
Gisteren had ik juist één regel opgeschreven, of ik ontdekte dat ik eigenlijk nog te veel honger had om zo de nacht in te gaan, ik ben dus nog wat gaan kokkerellen, met het gevolg dat er weer niets van de brief gekomen is. Vannacht weer alarm gehad, we moeten er tegenwoordig bijna iedere nacht uit. Gevolg: Avonden korter, we gaan vroeg naar bed. We hopen nu met volle maan wat rustiger te slapen.
Ik vergat nog te bedanken voor een boekje dat ik via Broese gekregen heb, “Stijlparodieën” erg aardig. Aan wie heb ik dit te danken? Ik moet weer nodig aan Grandpère schrijven. Zijn laatste brief sluit ik hierbij in. Op het envelop stond, dat hij juist na het sluiten een briefkaart ontving. Ik stuur de zeep die ik hier krijg meest naar huis, maar zou ik nog een stukje zeep voor mijn gezicht van huis kunnen krijgen? Als dat er tenminste nog is…..
De verloven zijn weer eens gespert, ik denk wel niet dat er weer gewoon verlof komt vóór het einde van de oorlog. Toch denk ik de verjaardag van Mams wel weer thuis te vieren. Het is anders maar prettig dat we onze barak nog hebben, er zijn zo veel mensen, vooral buitenlanders, die het slecht hebben op het ogenblik. Groeten aan allen, niet te vergeten tante Anna. Is tante Anna niet een bekende van de dames Fischer? En dan maar weer tot de volgende keer.
Veel liefs
Oswald.




04 januari 2019

Berlijn – 4 Jan ‘44 Brief 31 Ik hoop nu maar dat de Staatsoper er nog een poosje blijft staan, want ik wil nog wel meer opera’s horen.

31
Berlijn – 4 Jan ‘434

Lieve Paps, Mams en Lily

Daar schrijf ik uit gewoonte nog 43, maar het is al weer lang en breed 1944. Ik ben jullie een verslag schuldig van de viering van oud en nieuw.
De fabriek sloot op Oudejaars avond om 12 uur, dus als op een Zaterdag. ’s Middags om drie uur ben ik naar de Dom geweest, dus de traditie getrouw, naar de kerk. Met een variatie op Goeree zou ik kunnen zeggen: preek goed, maar geen cent in het zakje. Na afloop ben ik nog wat door de stad gelopen, en ik heb nogmaals vast gesteld dat er enorm veel kapot is, maar dat er gelukkig ook nog veel staat. Verder heb je merkwaardige spelingen van het lot. De staats opera b.v. staat midden tussen ruïnes, terwijl er slechts een hoek van beschadigd is. De universiteit, er recht tegenover is wat beschadigd, maar staat er nog.
’s Avonds om een uur of negen, zijn we weer bij elkaar gekomen in Hirschgarten net als met Kerstmis. Met veel moeite was er een piano veroverd en naar het lager getransporteerd, er waren kaarsen, er was weer koek enz. enz. alles om iets het gevoel van feestelijkheid te geven. Henk Huizinga droeg voor, Ad den Besten las gedichten voor, Jaap Terborg speelde eigen composities op de piano, en verder werd er gezellig gepraat en bier gedronken. Om kwart voor twaalf hield Cor Wiegers nog een kleine speech, en toen werd in stilte gewacht op het aflopen van de wekker: het teken dat het twaalf uur was, en dat het jaar 1943 ten einde was.
Toen de wekker afgelopen was veranderde de stemming plotseling, iedereen was vrolijk, er kwam plotseling een feeststemming. Na de felicitaties nam ieder een kaars, de lichten van de grote zaal (waar de Tsjechen feest vierden) werden uit gedaan, en daar kwam de afdeling Hollanders van het lager in optocht de zaal in. De Tsjechen moesten wel gedacht hebben dat dit een nationaal gebruik was! Bij het licht van de kaarsen werden toen, met pianobegeleiding allerlei nationale liederen gezongen, besloten met het Wilhelmus. Later zongen de Tsjechen en de Fransen ook nog hun lied. Toen werd er nog lang nagefeest en de grote zaal, en om een uur of drie ging de afdeling Köpenick naar huis wandelen.
Nieuwjaarsdag was het beestenweer, sneeuw en regen, later een complete sneeuwstorm, zodat we maar thuis gebleven zijn.
Zondagmorgen ben ik naar Jan Egberts geweest, en ’s middags naar een operette: “Prinsessien Grethe”. Gelukkig dat er nog een paar schouwburgen bespeelbaar zijn, zodat er tenminste nog iets te beleven is in Berlijn. De voorstelling begon om drie uur, om half zeven waren we dus al lang en breed thuis (alarm is er op zijn vroegst om half acht). Het is alleen erg moeilijk aan kaarten te komen. We doen het dan ook altijd zo, dat we om de beurt in de rij gaan staan, en dan de kaarten aan elkaar overdoen. Zo kreeg ik een kaart aangeboden voor de “Tannhäuser”, waar ik morgen heen ga, gespeeld in de “Staatsoper”, de plaats waar je de Wagner muziek het beste kunt horen. Ik hoop nu maar dat dat gebouw er nog een poosje blijft staan, want ik wil nog wel meer opera’s horen.
Ziezo nu zijn jullie op de hoogte van mijn doen en laten de laatste dagen, ook Oud en nieuw is gezellig en zonder veel heimwee verlopen .
Gisteren een pakje van thuis ontvangen, waarin weer veel lekkers zat, waarvoor hartelijk dank. Ik heb het idee dat er het een en ander uit gegapt is, er zat n.l. geen papiertje met inhoudsopgave in, en het pak rammelde geweldig! Er zat in: een koek, drie appels een stuk kaas, en een lege hoek waar wel iets anders gezeten zal hebben. Deze proef valt dus niet erg best uit! Schrijven jullie wat er nog meer in zat?

Zoals ik al schreef, ben ik zondag naar de Waalse kerk geweest, waar een niet-predikant een preek gehouden heeft. Het is een merkwaardig man die Lindenborn, maar zijn preek was niet onaardig. Het gebouw is erg klein, het is meer een kapelletje. In Holland ken ik geen kerkjes van die afmeting. De sporen van een fosforbom zijn nog te zien, maar dat is een verschijnsel dat je overal ziet, dat valt niet meer op. Het publiek bestond uit een paar oude tantes (± 10) en dan ± 25 Fransen. Na afloop van de preek heb ik nog even met deze jongens kennis gemaakt. Er zijn wel veel losgelaten krijgsgevangenen bij, verder gewoon arbeiders zoals ik. Het zijn erg aardige jongens, hetgeen niet te verwonderen, de actieve protestanten uit Fr. zijn wel het puikje van het puikje. Ik moest proberen beter met ze in contact te komen, b.v. door ze eens op te gaan zoeken. Dit kan weer als de avonden wat langer worden. 13 Febr. is er weer een preek in het Frans, dan zal ik wat adressen vragen. Het is wel goed als ik eens met Fransen in aanraking kom die ook andere interesses hebben dan de vrouwen, want daar lijkt het erg op bij ons op de fabriek.
Aan kennissen ontbreekt het mij anders niet hier, wel aan tijd. Gisteren b.v. heb ik de hele dag op bed niets anders gedaan dan brieven gelezen en geschreven, en wat boeken gelezen. En dan is de dag al weer om. Als ik maar twee brieven in de maand mag schrijven wordt het wel veel eenvoudiger voor me! Morgen ga ik dan alle mogelijke karweitjes opknappen, en ’s avonds naar Fisher.
Ik ben op het ogenblijk bezig aan een litteratuur studie over het onderwerp waar ik mee bezig ben. Ik moet het nu nog zover zien te krijgen dat ik naar de Universiteit mag, om daar verder te zoeken, om dat hier niet alle tijdschriften aanwezig zijn. Ik ben benieuwd of het lukt.
Over de Staatsopera heb ik nog niet uitvoerig geschreven geloof ik. Of wel? Ik herinner me vaag dat ik al schreef dat er paarden op het toneel komen, en dat deze helemaal niet buiten proportie groot zijn. Het is werkelijk een echt dorp wat er op het toneel staat! Ik heb de smaak te pakken, ik zal me nu ook maar eens in de rij gaan staan van ’s morgens 5 tot negen, om goede plaatsen te krijgen.
Het is wel moeilijk juist op Zondag er zo vroeg uit te moeten, maar het resultaat is dan ook geweldig. Ik wil nu beslist eens een opera van Wagner zien, een van de geroemde opera’s, Lohengrin of zo. Het is een wonder dat de opera gespaard is gebleven, links en rechts is alles kapot.
Met een hoop dingen heb je echt het gevoel van: laat ik nu opschieten, anders kom ik te laat. En als je met kaarten in je zak loopt voor een concert of zo, en er is alarm, dan denk je direct aan je concert. Je wordt meer nationalist dan je ooit had gedacht te kunnen worden.
In mijn voorlaatste enveloppe (eigenlijk mag het al geen enveloppe meer heten, want er mankeert een stuk aan) gaat deze brief weg. Ik sluit er de laatste brief voor Gr.pere bij in. hij schrijft nu, wat ik al lang vreesde, n.l. dat ze hem van alle kanten bestelen. Dat is geen wonder, een ouden man is een dankbaar object in deze tijd.
Nu lieverts, ik weet niet veel meer te vertellen. De volgende brief gaat mee in die van Arike, dat is dan mijn laatste enveloppe, en dan volgen briefkaarten, ik kan niet doorgaan enveloppen te lenen, en kopen gaat niet. In mijn vorige brief scheef ik al, en ik herhaal dit nog maar eens voor het geval dat de brief verloren gaat, dat ik graag nog een stukje zeep, een stopnaald en wol voor mijn sokken wilde hebben. Tot de volgende keer, en laten we maar hopen dat er geen beperkingen in het briefverkeer komt.
Veel liefs
Oswald
P.S. groeten van Jan, die hier net is. {Jan Egberts} 


31
Mijn laatste enveloppen zijn als sneeuw voor de zon verdwenen. Nu nog even de brieven doorlezen die ik ontvangen heb, en dan maar weer gauw naar bed, want we zullen er wel weer uit moeten vannacht, en ik moet morgen in de opera niet zitten te slapen, dat is zonde!
Van Lilie een brief van 17 Dec. ontvangen. Stuur de brief van Barend maar naar mij toe, als dat kan. Ik wacht met spanning op de brief van Hajo, doe hem en de andere katteklantjes de groeten en wens ze een goed 1944.
Ik heb ook nog een brief van Mams gekregen, maar die kan ik niet vinden op het ogenblik (9 Dec, ontvangen 29 Dec.)

Deze brief is nog niet af ...

02 januari 2019

M’lier 14 Xbre 43 van Grand père Je suis toutjours sans nouvelles de mon frère et de ma sœur.


M’lier 14 Xbre 43

Mon cher petit-fils,

Voilá quelques temps que je suis sans nouvelles
de toi. Si tu ne m’as pas écrit depuis
juin, curvie moi un mot le plus tot possi-
ble, car je me fai du … à ton sujets.
J’espère que tu as de bonnes nouvelle de
la maison paternelles.
Ma senté toujoures bien précaire. Nous
avons ue des pluies assez fortes et maintenant
il fait froid, même tros froid pour
notre climat. Ma bonne c’été renversée
par un cycliste et depuis 15 jours elle
a été empêcheé de s’occuper du ménage.
Heureusement elle n’a pas ue des member
cassé et nous espérons qu’elle sera bientôt
rétablie.
La vie … toujours … dificile ici ;
 j’attand des pommes de terre ; mai les transporteur
en font dificilement; il y a … …
mois que je devrais avoir reçu mes pommes de
terre enfin! Espérons qu’elles finissont par arriver !

Je t’ écrie à la dernière adresse que tu m’as
donnée ; je pense que tu y loges toujours.
Je suis toutjours sans nouvelles de mon frère
et de ma sœur. Je ne save même pas oú ils
demeurent maintenant.
J’ai beaucoup de peine à me soigner,
parce qui m’est nécessaire ne ce trouve plus.
Enfin! à la garde de Dieu !
On ne voit pas encore quand et comment
finira cette affreuse guerre. Tout le monde
souhaite une paix prochaine de cette abomination;
mais il est possible que cette fin n’arrive pas
aussi vite qu’on le souhaiterait.
Donc il faut s’armer de patience et de
ré… et de confier en Dieu.
Dès que tu pourres envoir moi un
mot, sa… me fue grand plaisier.
Je t’embrasse bien affectueusement, toi et
tes cher parents que je voudrais bien revoir
avant de quiter ce furieux monde.
Baisers bien affectueus, ton grand-père
Genouy

Het aardige in de aanhef van deze brief is dat Grand-père Xbre  schrijft voor december. De "X" is bedoeld als het Romijnse cijfer voor tien, dix in het Frans. In de Romijnse kalender is december de tiende maand (na de voorjaars zonneëvening). In de loop der eeuwen hebben verschillende maanden andere namen gekregen. Ondanks dat wij met januari beginnen te tellen i.p.v. met maart, zijn de namen september, 7, oktober, 8, november, 9 en december gebleven.






Montpellier 14 December 1943
Lieve kleinzoon,
Ik heb al een tijd niets meer van je vernomen. Als je me sinds juni niet geschreven hebt schrijf me dan zo vlug mogelijk want ik maak me zorgen over jou. Ik hoop dat je goed nieuws hebt van je ouderlijk huis. Mijn gezondheid is nog steeds fragiel. Het heeft hier nogal hard geregend en nu is het koud, te koud zelfs voor ons klimaat.
Mijn dienstbode is door een fietser aangereden en heeft twee weken het huishouden niet kunnen doen. Gelukkig heeft zij niets gebroken en we hopen dat ze snel hersteld zal zijn.
Het leven {is hier nog steeds erg moeilijk} ; ik verwacht nog aardappelen maar het transport is moeilijk; … Laten we hopen dat ze uiteindelijk komen!

Ik schrijf naar het laatste adres dat je me gegeven hebt; ik denk dat je daar nog woont. Ik heb nog steeds geen bericht van mijn broer en mijn zuster. Ik weet zelfs niet waar ze nu wonen. Ik heb veel moeite mijzelf te verzorgen omdat, wat ik nodig heb niet meer te vinden is. God zal er voor zorgen.
Het is nog niet duidelijk wanneer en hoe aan deze vreselijke oorlog een einde komt. Iedereen hoopt op een snelle vrede na deze gruwel; maar het zou wel eens kunnen dat dit einde niet zo snel komt als men het zou hopen.
 Dus moeten wij ons wapenen met geduld en … en vertrouwen hebben in God.
Ik zou het heel fijn vinden als je me een briefje zou schrijven. Ik omhels jullie innig, jij, je lieve ouders die ik nog zo graag eens zou willen zien voor ik deze brandende wereld verlaat.
Liefhebbende kussen, je grootvader

Genouy


Oos gaat 's middags naar een operette. Officieel is het de avondvoorstelling maar die begint om drie uur, om voor het bombardement thuis te kunnen zijn.



Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...