28 februari 2019

29-02-1944 De kriegswichtige haren van Frl. Kuschel


Uit Jans dagboek:

Dinsdag 29 Februari 1944
Onze tropenkamer hebben we vandaag heerlijk heet gestookt, 53ºC. We willen wel eens zien, hoe hoog we kunnen komen. Maar bij 50ºC begint het onaangenaam te worden, het is net of je vuur ademt.
Riess (Oswalds Chef) had in een kast nog een oude, zelfregistrerende hygro- en thermometer staan, die ze uit den brand van het Chm/E lab gered hadden. We hebben dat ding vandaag weer gebruiksklaar gemaakt. Alleen voor de hygrometer hadden we haar nodig (vrouwenhaar, zooals Riess voorschreef). Dus hebben we Fräulein Kuschel overtuigd van het “Kriegswichtige” van haar haren, en haar voor de “totalen Krieg” een bos haar afgezet.

Later bleek het apparaat goed te werken: 


Oos gaat naar de Beethovenzaal:
Geen alarm vandaag.




28-02-1944 Jan: Wat Dr de Bruin aan Oswald schreef, is maar al te waar.


Maandag 28 Februari 1944.
Slechte berichten uit Holland: Beemster en Purmer onder water; Zeeland idem dito komma met een sterretje, wordt zelfs al geëvacueerd. Ik zie de toestand vrij somber in, want al is de kwestie misschien maar van korte duur, de bodem is voor de eerste paar jaren verpest door het zout van het zeewater. Zoo gaat Holland naar de bliksem toe.
Hopelijk blijft het hierbij, maar ik heb er een zwaar hoofd in. Het ergste zou ik het vinden als Amsterdam en Berlijn aan verschillende zijden van het front zouden komen te liggen, en er geen verbinding meer zou zijn. Wat Dr de Bruin aan Oswald schreef, is maar al te waar: “Als de invasie hier mocht komen, zitten jullie daar in Berlijn veiliger dan wij hier in Holland”


27 februari 2019

26-02-1944 Frl. Kuschel had geen zin.

Jan:

Zaterdagolland gevlucht 26 Februari 1944.
Vanmorgen kregen Oswald en ik heel onverwachts een kaart voor de staatsoper: voor Fidelio. Het was een KdF voorstelling en de chemotechnikerin van Chm/E, Frl. Kuschel had geen zin, we accepteerden het natuurlijk dankbaar. We zaten koninklijk: 1e rang loge.

Kaartje van Oos


Kaartje van Jan


Alarm na de voorstelling: van 20:05 tot 21:20.

26 februari 2019

25-02-1944 In October j.l. naar Holland gevlucht; daar opgepakt en heeft 10 weken in Amersfoort gezeten.

Uit Jans dagboek

Vrijdag 25 Februari 1944.
Er is een nieuwe Hollandse student in de barak bijgekomen: Jan v.d. Braak. Deze is in October j.l. naar Holland gevlucht; daar opgepakt en heeft 10 weken in Amersfoort gezeten. Hij had werkelijk niet mogen klagen over de behandeling. Hij ziet er uit als Hollands welvaren, alleen zijn hoofd is kaal


25 februari 2019

Berlijn 25 Febr '44 Brief 48½ Verrukkelijk gegeten. Vier platte dingen, met een witte en een donkere kant, en oogjes op de donkere kant.


Berlijn  25 Febr '44
Lieve Paps. Mams en Lily

Na een gezellige brief even een kaartje met huiselijke mededelingen. Gisteren heb ik zo verrukkelijk gegeten dat ik het even schrijven moet. Ik liep nog met een paar bonnen voor vis in mijn zak, en omdat ik toch langs een winkel kwam kocht ik maar wat van dat spul. Het was duur, ik wist niet eens wat het wel was toen ik thuis kwam, maar het viel best mee: vier platte dingen, met een witte en een donkere kant, en oogjes op de donkere kant, volgens vakmensen scholletjes geheten. Verder vier zoute haringen! De laatste interesseerden me niet zo erg, maar de scholletjes waren geschikt om er mijn bakkunsten op te proberen. Het gevolg was dat ik me weer bijna een ingewandstoornis gegeten heb. Bob heeft mijn vreugde gedeeld. Het schoonmaken was niet eenvoudig met een stomp mes, maar zeker de moeite waard. Ja, we hebben hier wel meer extratjes dan jullie denk ik.
Bob heeft zich geabonneerd op de Rotterdamse Courant, zodat we nu wat beter op de hoogte zijn met wat er in Holland gebeurt.
Zondag ga ik als het mooi weer is, de barak en zijn bewoners fotograferen. Jan de Muinck –Keizer heeft volgens de arts een zweer in zijn 12 vingerige darm, we hopen dat hij ziekteverlof krijgt. Je ziet hem deze ziekte niet direct aan, maar hij heeft soms veel pijn.
Tot de volgende keer
Veel liefs
Oswald




24 februari 2019

Zeist 12 Februari 1944 Brief van To Wij hier kunnen ons werkelijk bij benadering geen voorstelling maken van hoe het in Berlijn is.


Een van de nichtjes aan de overkant, To, schrijft aan Oos:
Zeist 12 Februari 1944
Lieve Oswald,
‘k Heb zojuist een heel regiment brieven gelezen die je de laatste tijd hebt gestuurd; en nu moet ik je beslist schrijven ook al kan ik weinig ter opbeuring en versterking zeggen, want wij hier kunnen ons werkelijk bij benadering geen voorstelling maken van hoe het in Berlijn is; als ik je brieven lees word ik helemaal naar van binnen, en ik schaam me dat ik hier zo prinsheerlijk en rustig in bed lig en al in de put zit als de dokter zegt dat ik nog maar een poosje geduld moet hebben. Als er hier luchtalarm is en ‘t afweergeschut eens gaat denk je bij je zelf, stel je nu eens voor dat ze het op ons gemunt hadden, maar in jezelf weet je dat dat toch niet zo is en blijf je er rustig bij in bed liggen. ‘k Zal dus nu hier maar geen diepzinnige beschouwingen gaan houden, je weet toch wel dat we steeds aan je denken en proberen met je mee te voelen. Zou er werkelijk kans bestaan dat je van het jaar verlof krijgt? Dat zou even fijn zijn; als ik dan maar beter ben tegen die tijd, zo niet dan kom je me opzoeken hoor! ‘k Zal nu maar weer eens ’t één en ander over mezelf gaan vertellen, want veel meer beleef ik niet. ‘k Mag sinds gisteren naar de WC lopen (4 x per dag) ; wat is dat gek als je eerst 6 weken op bed gelegen hebt. Mijn benenprikkelen, mijn voeten doen pijn en ik zwabber over de gang; na ± 5 m. heb ik de WC bereikt en zijg ik daar dood moe neer. Dan weer terug naar mijn bed; alles trilt aan me en ik heb een spierpijn, gewoon niet leuk meer. ‘k Had me er wel op verheugd dat ik nu niet meer, op dat punt, afhankelijk zou zijn van de zusters, maar zo af en toe heb ik heimwee naar mijn oude vertrouwde po, die 6 weken lang lief en leed met me heeft gedeeld. Nu we een maal voor de WC op mogen laten ze ons ’s middags ook maar … en gezicht wassen aan de wastafel (vroeger ging dit in bed met een kom) en ’s morgen tandenpoetsen aan de kraan. ’t Is alles wel erg vermoeiend en gemakkelijk voor de verpleegsters. Ze hebben ons een beetje aan ons lot overgelaten vandaag, misschien wel niet met opzet, maar toch is ’t niet leuk, want je gaat je zo gauw te veel voelen; als je ziek bent; ook al voel ik me best op bed, heb je veel meer behoefte aan hartelijkheid; ’t is gewoon idioot, maar als niemand lief tegen me is, krijg ik steeds het gevoel dat ik er om moet huilen; ik zal maar denken dat ’t zwakte is; hoewel ik in 4 weken 37 ons ben aangekomen (na eerst 10 pont afgevallen te zijn). Van middag zijn Paps en mams geweest met ’t auto’tje; in angst en beven want nu eens reed hij 40 km, dan weer 20km, als ’t erg langzaam gaat moet je goed oppassen dat hij niet helemaal stil gaat staan want dan wil hij niet meer verder. Tot mams grote verontwaardiging was paps ’t contactsleuteltje verloren, hij kon het tenminste nergens vinden; toen hij dit vertelde in den garage zei de garagist, oh dat geeft niet, ik heb wel een lange spijker, daar gaat ’t ook mee; en jawel, daar ging hij. Solide spul! ‘k Heb gedroomd dat je weer thuis was, in Ouderkerk, jullie zaten allemaal doodstil op een stoel tegen de muur, en keken mij stom verbaasd aan toen ik binnen kwam. Jullie waren helemaal niet blij, dat jij er weer was en toen ik reuze enthousiast je om de hals vloog, deed je net of ik gek was. ’t was een grote desillusie voor me dat snap je. ‘k kan me werkelijk niet voorstellen dat je al zo’n tijd weg bent; ik begrijp eigenlijk niet, dat wij hier allemaal maar zo kalm verder leven, terwijl jullie daar de vreselijkste dingen doormaken. We praten over de tijd dat je er weer zal zijn en denken er helemaal niet aan, dat er tegen die tijd zo ontzettend veel veranderd kan zijn voor ons. ‘k Denk wel eens dat je nooit had moeten weggaan, maar dan had je hier ook geen rustig moment gehad en hadden je ouders net zo goed in angst gezeten. Je hebt ’t er tot nu toe zo goed af gebracht en daarom hopen we maar dat ’t verder ook goed zal gaan, want: hoop verloren, al verloren; kan je niet buiten Berlijn gaan wonen of werk krijgen of is dat niet mogelijk? Wim vroeg hoe of ’t met je was, hij is denk ik, je adres kwijt. Hij woont nu Triftstrasse 64. Berlin Wittenau. Hij zit in zijn laatste brief nogal in de put, hoopt ook op verlof. Wim heeft altijd er zo’n slag van om van die verheven dingen te zeggen om je moed in te spreken; dat is nu eenmaal zij manier van doen: eigenlijk geloof ik dat hij ’t alleen maar doet omdat hij met zichzelf niet goed raad weet; hij was altijd zo op zijn gemakje gesteld en nu valt het natuurlijk helemaal niet mee; niet dat ’t voor een ander wel meevalt, maar Wim was altijd zo’n “mooie jongen”, ik kan ’t me niet voorstellen dat hij daar ook in Berlijn zit. ‘k Geloof dat ik altijd met watjes in mijn oren zou lopen en met mijn ogen dicht; ik kan me best voorstellen dat die Duitse vrouwen, die hier wel in ’t ziekenhuis liggen, zo hard en onverschillig zijn, dat moet haast wel als je je eigen land, waar je van houdt, zo helemaal kapot ziet gooien. Wat is oorlog toch iets verschrikkelijks!

13 Feb. ‘k heb lekker geslapen, alleen kreeg ik ’t tegen de morgen koud; ik heb toen op ’t klokje gekeken of ’t nog de moeite was om om een deken te bellen, en ik zag dat het ¼ over 3 was; dat kon dus nog best vond ik; en toen de zuster kwam zei ze dat het ½6 was; ik snapte er niets van, maar nu gaat me in eens een licht op: ik heb de wekker natuurlijk op zijn kant gehouden, in mijn slaperigheid. ’t Is zulk schitterend weer, ’t heeft een beetje wit gevroren, de sparren in de tuin zijn prachtig. Als ’t zulk weer is, wil ik altijd graag naar buiten, want dan is ’t net of ’t al lente is, maar ’t is pas Februari ’t is zo lekker stil buiten, in de verte hoor ik kippen kakelen, en een hond blaffen, verder niets, echt landelijk en Zondags; dat kan jij je natuurlijk niet begrijpen dat ‘t hier zo rustig zijn kan. En dan vind ik ’t ook geen wonder dat we zo weinig begrip hebben van de oorlog. We ondervinden er hier, gelukkig, nog niets van. En als ’t komt, zijn we nog niet zenuwachtig doordat we het altijd zo kalm hebben gehad. ‘k Zou me over ons maar geen zorgen maken, wie dan leeft die dan zorgt; ‘k heb altijd nog het gevoel dat we er wel heelhuids af zullen komen. ‘k Heb zo’n lekkere warme kruik aan mijn voeten, mijn grote teen had ’t zo koud gekregen, terwijl ik mijn morgendutje deed. ‘k Slaap van ½9 - ½10 ’s morgens, ’s middags van ½1 – 2 uur, em ’s nachts van ½10 – 7. ‘k Geloof niet dat ik dan te kort kom. Word maar niet jaloers op me, jouw tijd komt ook wel weer. Ik kreeg gisteren een kalender van mijn correspondentievriendin uit Zwitserlend. Een gezellige vrolijke bloemenkalender. ’t Is overal zomer op. Als ik er naar kijk heb ik zo’n gevoel dat ik weer ik Ponte Tresa ben; lekker warm was ’t daar,dat is wel één van de gezelligste vacanties geweest, die ik me herinner, hoewel ’t de laatste jaren in Ommen ook enig gehad hebben. Daar was ’t ook prettig, maar niet zo warm. ‘k Weet nog helemaal niet wat ik moet gaan doen als ik ziekenverlof heb; ik heb eigenlijk geen zin van de hele tijd thuis te blijven, want dan moet ik zo veel binnen zitten , want ik kan nog geen einden fietsen of lopen en en ik zou zo dolgraag ergens buiten zijn. ‘k Ga later maar ergens op een dorp wonen, dat lijkt me zo knus. Maar dat zal ook wel tegen vallen als je er eenmaal zit, maar daar denk ik nu niet aan. Nu heb ik al plezier bij de gedachte alleen. Kijk maar niet naar mijn kriebelig pootje. ‘k Lig op bed te schrijven. ’t Is wel een erg lange brief geworden, maar ik heb hier ook helemaal geen belevenissen op bed, maar gelukkig verveel ik me niet.
Hartelijke groeten en ettelijke zoenen van je
To

23 februari 2019

Waarover Oos niet naar huis schrijft

Jan schrijft in zijn dagboek:


Dinsdag 22 Frebruari 1944.
Vanochtend ontluisd. Om half 9 begon het spul. We waren met ons drieën, Cor Wiegers, Ad den Besten en ik. Bornewasser gaf voor asthma te hebben, en deed niet mee.
Wij dus met beddegoed, matrassen en kleren naar de ontluizing. Daar werden we binnengeloodst voor twee russinnetjes, (waarvan er één niet onknap was) en moesten ons uitkleden, wat ietwat genant was, maar tenslotte wen je aan alles. De kleren gingen de oven in en wij werden onder de douche geplant. We moesten ons met een of ander goedje voorinsmeren, en gingen toen naar de droogkamer, waar het eigenlijk vrij koud was. Onder een groot soort föhn zijn we in duurloop gedroogd. Daarna begon het eigenlijk goed. In de volgende kamer kregen we wat in ons handen, een of ander teerproduct (naftaline en zo) waarmee we onze behaarde delen in moesten wrijven. Het begon ontzettend te bijten, en ongeveer een kwartier was het hopeloos, alsof we met zwavelzuur waren ingesmeerd. Daarna werd het iets minder, en tenslotte werden we weer aangekleed. Al met al waren we 3 kwartier mooi geweest met de zaak.

Zelf heeft Oos niet aan deze sessie deelgenomen maar hij zal ongetwijfeld een andere keer geweest zijn en nog gaan.
Uit het fotoboek van Oos

De Hahnen Konditorei en – Restaurant aan de Nollendorfplatz zijn beide geheel uitgebrand. Erg jammer, want je kon daar heerlijk eten. Het Museum für Luftfahrt is ook gedeeltelijk uitgebrand. De Do X staat er met aangebrande vleugels.
’s Avonds heb ik de familie Hagemann eens opgebeld, daar ik het eigenlijk niet langer verantwoord vond mijn koffer daar te laten staan. Die hebben ontzettende pech gehad: de meubels, die ze naar een expediteur gebracht hadden om van daar naar Sachsen te sturen zijn daar volkomen verbrand, terwijl hun huis zelf niets geen schade heeft.
Toen ik thuis kwam vond ik dat Frits H.V. die me het heugelijke nieuws vertelde, dat hij morgen met verlof ging, wegens ziekte van zijn moeder. (ik moet het maar niet al te serieus opvatten) Ik vond het fijn voor hem.




22 februari 2019

Berlijn Schöneweide 22- II -44 Brief 48 Zondag hoop ik te gaan photograferen.


48
Berlijn Schöneweide 22- II -44
Lieve P. M. L.
Wat gaat de tijd toch snel, 48 schrijf ik op deze brief. Toen ik de nummering begon dacht ik dat het er wel niet veel zouden worden. Gisteren waren we in een beste stemming, voor het eerst was het n.l. nog volkomen licht toen we uit de fabriek kwamen. Hoewel er wat sneeuw ligt, en het verder aardig koud is, gaf dat een voorjaarsgevoel, en dat is altijd erg prettig. Met Edward Engelkens (kamergenoot) ben ik toen een eindje gaan wandelen in het bos, en zo was de voorjaarsstemming compleet. Vandaag schijnt de zon weer prachtig, en al heb ik geen direct zonlicht, ik heb toch het uitzicht over de Spree met zijn bootjes en ijsschotsen.
Straks mag ik er even tussenuit om te proberen voor Gr.père iets gedaan te krijgen, wie weet. Wat zeggen jullie er van, als ik mijn verlof naar Holland verspeel met een verlof naar Grandpère? Het is niet prettig natuurlijk, maar enfin, het is nog niet zover. Laten we maar hopen dat de oorlog niet al te lang meer duurt, dan vallen al die problemen weg.
23-2-44                       
Gisteren een brief van Mams en een van Mijnheer en Mevrouw Henkels ontvangen. Brieven in het Frans schrijven heeft geen zin meer, mams, ik kan ze niet meer doorsturen. Schrijf eens briefkaarten die aan één zijde blanco zijn, dan vul ik adres van afzender en ontvanger in. Je moet deze kaarten dan in een enveloppe als een brief naar mij toe sturen. Doe het eens gauw, dan heb ik weer wat post voor Grandpère. Zelf schrijf ik iedere week, daarbij komt dan jullie post. Laten Lily en Maarten ook eens zulke briefkaarten schrijven, dat vindt Gr.père vast erg leuk. Als hij nu geëvacueerd wordt heeft hij niets meer dan onze brieven als troost.
Het is vervelend te moèten schrijven; dat merk ik nu weer als je wat weet begin je nog niet aan een brief, omdat het nog zolang duurt, en dan plotseling moèt je hem schrijven. Vervelende boel hoor! Ik heb een gewoon filmpje weten te bemachtigen, waarmee ik Zondag hoop te gaan photograferen. Het is eigenlijk te gek, dat ik nog geen enkele herinnering aan het lager en zijn bewoners heb, als het ding mogen afbrandt heb ik niets meer dat me ter reconstructie kan dienen. Ik zal dan ook maar snel een verzameling aan leggen. Die ik dan mee hoop te nemen als ik met verlof ga. Naar mijn beschrijvingen maken jullie je natuurlijk wel een indruk, maar foto’s zijn toch veel duidelijker.
Mams schrijft in haar brief over H. Tardres, waarvan ik nooit gehoord heb. Ik zal aan Grandpère een uittreksel uit deze brief schrijven. De pakjes waarover Mams schrijft zijn alle aangekomen, het paketje met “het spoor” heeft weer twee uur wachten gekost, het is ook altijd wat!
23-2-44                      Woensdagavond.
Heerlijk gegeten. Ik kreeg op 150 gram aan bonnen 300 gram kalfsvlees, dat ik direct gebraden heb. Er blijft niet veel van over hoor, bij kalfsvlees mogen ze best dubbele porties geven. Het was erg lekker, ik hoop dat het nog eens een keer toegewezen wordt. Meestal koop ik maar rookworst op mijn bonnen, die is overal voor te gebruiken.
Het zweet parelt weer op mijn hoofd, het is weer warm als ik weet niet hoe. Zo ongeveer als in de tropen. Op de fabriek moet ik tegenwoordig ook bij die temp. (40° C) werken. Gelukkig niet erg lang, alleen voor metingen en zo. Gek is dat, dan beslaan je kleren omdat die van veel lagere temperatuur zijn! Maar ik geloof, na deze ervaring, dat ik nooit naar Indië zal gaan Niks voor mij hoor!
Van de vader van Jan de Boer horen we dat de inundatieplannen waarschijnlijk wel door gaan. Hoe is het, is de boerderij van Knibbe onder water gezet? We horen hier zoiets. Het wordt tijd dat ik eens met verlof kom, anders herken ik ons landje niet meer.
Het spijt me, na alle briefkaarten die ik de laatste week geschreven heb weet ik niet meer wat ik schrijven moet. Ik ben weer bij de Heer Fischer geweest, zij kantoor is gedeeltelijk kapot, en hij zelf op reis.

Veel liefs
Oswald

P.S. brief van tante Marie en Oom Theo (of liever gezegd Oom Thé, zoals hij zelf tekent!) ontvangen.
OB

Oom Theo is als officier bij de genie in voor-oologse jaren naar Indië geweest.

21 februari 2019

Utrecht 15-2-1944 Van Prof. Dr. J.M. Bijvoet U vraagt waarom er niets aan de Universiteit gebeurt. Dat is uit medeleven.


Prof. Dr. J.M. Bijvoet
Utrecht 15-2-1944

Beste Heer de Bruin

Ik was zeer verheugd met Nieuwjaar Uw brief te krijgen. Door een misverstand kreeg ik een naar ’t buitenland geschreven brief terug, waaruit ik opmaakte dat correspondentie niet goed meer mogelijk was. Nu ik bemerk dat dit niet zoo is, wil ik mijn verzuim herstellen en U zeer hartelijk een goed einde van dit jaar met al zijn ellenden wenschen. Ik hoorde van uw vader dat U de bombardementen nu ook van nabij hebt meegemaakt; moge er spoedig aan deze beproeving een einde komen. Laten U en Uw vrienden ervan overtuigd zijn hoe wij hier steeds in gedachten bij onze leerlingen zijn en hun de sterkte toewenschen om dit door te komen.
U vraagt waarom er niets aan de Universiteit gebeurt. Dat is uit medeleven met hen, die noodgedwongen daar nu niet zijn kunnen. Het overgroote deel van hen, die hier gebleven zijn, wil niet op de afwezigen vooruitkomen, de docenten willen natuurlijk niet graag doorgaan alsof het beste deel hunner leerlingen niet ontbrak en ver weg was. Bij ons op ‘t lab. beperkt de werkzaamheid zich tot de doctorandi. Tot nu toe is overigens weinig veranderd; zoo juist hoor ik dat het Gymnasium, dat ontruimd moet worden, zijn leerlingen voor de scheikunde lessen over ons lab. zal uitstorten!
Uw groeten heb ik Dr. Maesveld en den assistenten overgebracht, ze doen U hunne hartelijk terug. Mochten wij iets kunnen doen – het aan bieden van studiemateriaal zal op ’t ogenblik wel niet de juiste behoefte treffen – dan zouden wij niet graag daar onkundig van blijven.
Ik zal er mij niet minder op verheugen dan U, als ik U weer in de collegebanken zal mogen zien. Laten wij goeden moed houden in de verwachting, dat dat spoedig weer zoo zal zijn.
Mijn hartelijke groeten aan U en Uw lotgenooten

Uw J.M. Biijvoet

20 februari 2019

20 Febr. 1944


Oos gaat naar een operette

Vandaag twee keer alarm:
Vannacht, 02:40 tot 04:35
Vanmiddag 13:30 tot 14:05







19 februari 2019

Annecy 17-2-1944 Aan Olga : Sommes consternés mauvaises nouvelles Hector.

De rampspoed in het zuiden van Frankrijk neemt een dramatische wending. In Algerije is Hector, die al maanden ernstig ziek is, overleden. Op 30 december 1943 al. Bericht daarover heeft Olga niet direct naar haar broer kunnen, of misschien durven, sturen maar heeft dit aan Gaston Ponsard gedaan, een vijftien jaar jongere volle neef van Grand-père, die in Annecy woont.
De brief zelf is helaas verloren gegaan maar het antwoord aan Olga is bewaard gebleven.

Wanneer het bericht van overlijden in Annecy is aangekomen is dus onduidelijk maar lang voor 17-02-1944 zal het niet geweest zijn. Gaston wil zijn neef persoonlijk op de hoogte stellen en dat geeft nogal wat problemen. Hij denkt dat zijn cousin Oswald in St Hippolyte du Fort zit maar die schrijft op 19 Feb nog uit Montpellier. Het gaat dus nog wel even duren voor Gaston op reis kan, en mag (om te reizen had men toen een vergunning nodig), om Grand-père in te lichten. 


Demandeur
Ponsard Gaston
André Theuriet 7
Annecy – Haute Savoie
France

Sommes consternés mauvaises nouvelles Hector.
Prévenons son frère, a St Hippolyte du Fort, avec
ménagements. Sois courageux. Compte sur
notre profonde affection. Vous embrassons
affectueusement.

17-2-44

Destinaire

Docteur Eva Genouy
rue Perregaux 14
Bône – Constantine
Algérie




Zijn aangeslagen door slecht bericht over Hector.
Zullen zijn broer, in St Hipployte du Fort, met tact inlichten.
Wees moedig.
Wees verzekerd van onze diepe genegenheid.
Wij omhelzen u innig.



18 februari 2019

Berlin Schöneweide 18-2 ‘44 Briefkaarten 46 en 47 Op het ogenblik worden hier tegen “Päckchen” bezwaren gemaakt.


46
Berlin Schöneweide 18-2 ‘44
Lieve P.M.L.
Mijn brief 44 is toch weg gekomen, jullie ontvangen hem dus nog wel eens, al zal hij er veel langer over doen. De ellende van Grand-père spookt me nog steeds door mijn hoofd, en er zal wel weer een flink bombardement moeten komen voor mijn gedachten van hem weg zullen zijn. Vanmorgen schoot me plotseling te binnen dat jullie eens moeten proberen met de spoorwegen pakjes naar Grpère te sturen. Wie weet lukt dit. Op het ogenblik worden hier tegen “Päckchen” (pakjes beneden 1 Kg) bezwaren gemaakt. Vroeger betaalde ik altijd 2 Mark en dan ging het als een brief. Dit kan nu niet meer, omdat mijn kaart dan afgestempeld moet worden, en dan kan ik geen brieven meer naar huis sturen! Gewoon paket verkeer naar Z Fr is er niet. Ik zal hier ook proberen met de spoorwegen te verzenden. Verder geen nieuws.
Het weer is kouder geworden, ik geloof dat het eindelijk doorzet. Ik heb een kaart gekregen dat er een spoorweg-pakje voor me is. Sturen jullie niet te veel voor mijn bescheiden persoontje!
Tot de volgende keer
Oswald

47
Berlin Schönew 18-2-44
Lieve Paps Mams en Lily
Snel een tweede briefkaartje vandaag, in de pauze, omdat ik hoor dat er gelegenheid is deze kaart mee te geven. Ik ben een paar dagen van streek geweest met mijn ingewanden, maar ik ben nu weer in orde en werk weer. Van Grand-père evacuatie-berichten niet prettig, niets aan te doen. Verlof er heen gaat voorlopig niet. Uitvoerig bericht in mijn brieven.
Verder weinig nieuws, ik hoop dat jullie het thuis goed maken, en geen last van de oorlogshandelingen krijgen.
Veel liefs
Oswald


17 februari 2019

Berlijn 17 Feb. 44 Brief 45 Er is werkelijk niets aan te doen, het zal nu niet lukken naar Grand-père te gaan.

45
Berlijn 17 Feb. 44
Lieve P.M.L.
Mijn brief 44 heb ik nog niet kunnen verzenden, en daarom schrijf ik maar een kaart extra. Mijn kaart 43 met de brief van Gr.père zul jullie wel gekregen hebben, ik heb lang geaarzeld vóór ik jullie dit bericht doorstuurde. Er is werkelijk niets aan te doen, het zal nu niet lukken er heen te gaan. Ik heb gevraagd om officieel bericht, maar dat zal Grandpère wel niet voor elkaar krijgen. Ook heb ik de familie in de Alpen geschreven dat ze alsjeblieft wat op de gang van zaken letten, wat ze overigens uit zichzelf wel zullen doen. Het is het beste dat hij naar de Alpen gaat.
Mijn daagse pak is nu practisch geheel kapot, ik zou graag het oude bruine pak hierheen gestuurd zien, dan stuur ik dit pak terug. Er is weer een pakje naar huis onderweg, waar mijn fluit in zit (ik speel er toch nooit meer op) en een witte jas, die wat gerepareerd moet worden. Stuur die voorlopig maar niet terug. Postpapier hoeft mams niet meer te sturen! A raison van 2 brieven per maand heb ik voorlopig genoeg! Ik ben weer genezen van mijn ingewandsaandoening. Mijn heer Fischer is met verlof naar Holland geweest. Vandaar dat jullie geen bericht kregen. Sturen jullie het door naar de andere ouders, niet iedereen schijnt bericht te krijgen, Waarom hebben jullie nooit geschreven dat jullie wèl bericht van de dames F. kregen, ik hoor dat nu voor het eerst! We zitten langzamerhand uit te kijken naar verlof! Wat duurt dat toch lang!...
Veel liefs
Oswald.



Gisteren heeft Oos zich ziek gemeld. Jan schrijft in zijn dagboek:


Woensdag 16 Februari 1944.
Ik heb vandaag getranspireerd zooals ik nog nooit gedaan heb. Daar Oswald de Bruin ziek was, heb ik vandaag wat werk van hem moeten waarnemen. Dit was het meten van temperatuur en vochtigheid (door een Aspirations psychrometer, een combinatie van een natte en een droge thermometer) in de tropenkamer. Temperaturen van 35 – 40ºC met vochtigheden van 80 – 100% . Toch voel je je er niet onaangenaam, ik kan me nu voorstellen, hoe lekker het in een Turksch bad is.
Ad den Besten deed een onaangename ontdekking: 11 echte huidluizen en een wandluis in zijn hemd. Vooral die huidluizen vind ik iets zeer onaangenaams, we moeten er nu maar eens paal en perk aan stellen.


In het Nederlands heet de Aspirations psychrometer een Assmann psychrometer:




16 februari 2019

In Maart 1943 heeft Grandpère en Rodekruis brief aan zijn zuster en broer in Algerije, Olga en Hector, verstuurd.

Na de geallieerde landingen bij Algiers eind 1942 en het daarop volgende offensief naar het oosten, zijn Olga en Hector uit Bône gevlucht naar Meskoutine (prèt de Guelma) en zijn daarmee aan de geallieerde kant van het front terecht gekomen. Correspondentie kan nu alleen nog via Rode-kruis-brieven.
In januari stuurt Olga bericht dat zij het goed maken en waar ze zijn en eind februari kan Grpère melden dat hij het goed maakt, goed bericht heeft van zijn dochter in Utrecht en dat één van de nichten uit la Haute Beaume bij hem is. Deze brieven zijn bewaard gebleven.
Dan mist er een bericht, maar het antwoord daarop is wel bewaard gebleven.

Grandpère:

... ... ... Désolé Hector malade Moi toujours invalide jambes et pieds; oeil gauche vision compromize Espérer malgré tout.

Genouy

Wat erg dat Hectro ziek is. Zelf nog steeds gehandicapt aan benen en voeten; zicht in linker oog is slecht. Houdt ondanks alles goede hoop.

Langer mocht een Rodekruisbrief niet zijn! Bovendien werden deze brieven door beide partijen zorgvuldig gecensureerd. Dit kon soms maanden duren.






15 februari 2019

Berlijn 15 Febr. 1944 Brief 44 De philharmonie is nu totaal uitgebrand, erg jammer.


44
Berlijn 15 Febr. 1944
Lieve P.M.L
De laatste dagen veel post gekregen, helaas niet steeds met goed nieuws. Daar is dan eerst Grandpère, die schrijft dat hij geëvacueerd moet worden. Dat is nog een ramp bij de ramp dat hij zonder verzorging zit. Ik heb zijn laatste brief overgeschreven op een kaart (43). Na lange aarzeling; ik weet niet of het goed is voor mams deze ellende allemaal te horen, maar verzwijging is ook weer zoiets dat je niet graag doet. Er zit niets anders op te hopen dat alles gauw ten einde is, we kunnen niets doen. Ik zal vragen of hij een berichtje stuurt van wat er met hem gebeurt enz. en daarop zal Mams misschien toestemming kunnen krijgen naar Fr, te reizen.
Zelf ben ik ook niet helemaal in orde, de laatste tijd heb ik last van mijn ingewanden, en blijf daarom vandaag maar wat op bed liggen, om te zien of het zo over wil gaan. Ik zal Jan bellen en vragen of hij vanmiddag even komt, dat is gezellig. Ik had vandaag net weer moeite willen doen om naar Grpère te kunnen, dit zal ik dus maar weer moeten uitstellen.
Gisterenavond heb ik een brief van mams van 3-2-44 ontvangen, gelukkig is mams weer de oude, ik hoop dat Lilie gauw volgt. Je hoeft geen boter te sturen, hoor, hier hebben we extra rantsoenen vanwege de bommen, en we komen dus makkelijk uit. Bovendien heb ik van Bob een blik met vet gekregen, dat hij van zijn tante uit Turkije heeft gekregen, zodat ik makkelijk rond kom. Wat is dat, gaan ze de telefoons ook al wegnemen? Er is natuurlijk wel grote behoefte aan, er zijn er bij ons b.v. ettelijke honderden verbrand.
Ik lees nog wat oude brieven door, en ik lees dus weer over dat ongeluk in Ouderkerk. Wat is dat beroerd. Ik herinner me dat paps vaak gezegd heeft, dat een stilstaande fabriek ook heel erg gevaarlijk was, hetgeen nu blijkt. Tante M en oom T {Marie en Theo, niet nr 100 maar de andere zus en zwager van Paps} heb ik een nieuwjaarswens geschreven, maar niets terug ontvangen.
Tabak heb ik tegenwoordig genoeg. Op het lab rook ik niet (verboden) en er zij veel extra rantsoenen uitgedeeld. Ik kan dus best wat naar huis sturen.
Ik dacht dat ik heel wat te vertellen had, maar het blijkt erg tegen te vallen. Ik was van plan jullie even aan het nadenken te zetten door een lang verhaal op te hangen over de Russinnen die hier werken (ook verplicht) en die bang zijn hun hoofdje kwijt te raken als ze in Russ. handen vallen. Maar dan krijgen jullie misschien weer verkeerde gedachten over mijn geestesgesteldheid. Die meisjes hebben het anders erg slecht, over het algemeen. Met de studentes kun je praten omdat ze Duits geleerd hebben. Ze eten altijd soep en brood, en hebben b.v. geen dekens om te slapen. Ze hebben dus wel belang bij een spoedig einde aan de oorlog.
Ik heb zojuist twee brieven geschreven, één naar Eva Genouy, om te vragen of ze vooral Grandpère niet wil vergeten. En één aan Grandpère zelf. Ik hoop toch zo dat hij naar de Alpen gaat, en niet daar in de buurt blijft. Verder gaat het leventje zoals gewoonlijk zijn gangetje. Gisterenavond hebben we hier op de kamer een gezellige avond gehad. Bob had een grote Groninger koek gekregen van een prof. om te delen met de Groninger studenten van het lager. Daar er maar twee zijn, vonden ze het wel wat bar zo’n grote koek op te eten, en dus werd er een avondje van gemaakt, dat erg gezellig was. Het is jammer dat de jongens uit Hirschgarten nu zo ver weg zitten, we zien ze natuurlijk veel minder, en we kunnen er ook niet makkelijk heen. Vooral niet zolang we nog met alarm moeten rekenen ’s avonds. Ik zal blij zijn als de dagen wat langer worden.
De philharmonie is nu totaal uitgebrand, erg jammer, ik heb er prachtige concerten gehoord. Zondag heb ik in de foyer er van, (die staat nog) een concert voor piano en vioolconcert gehoord van Florizel von Renten. Ik schrijf zoveel de laatste tijd, het kan wel zijn dat ik dit al geschreven heb.
Ik weet nog niet zeker of deze brief weg kan, omdat ik te laat hoorde dat de brieven Zaterdag al ingeleverd hadden moeten zijn. Dat is vervelend schrijven als je niet weet of de moeite voor niets is. Ik schrijf op mijn bed, vandaar dat het schrift extra slecht is!
De brief moet af zijn, geen tijd meer
Veel liefs
Oswald

P.S. dinsdagavond- Bombardement, niet in onze buurt.
Alles in orde dus
OB

Vanavond alarm van 20:50 tot 22:15

Berlijn 15-2-44 Brief 43 Hier de brief van Grandpère van 29-1-44 Hoe zou het nu met hem zijn? Wie weet waar hij heen getransporteerd is.


15-2-44
43
Hier de brief van Grandpère van 29-1-44


{Oos schrijft dat de brief van de 29e is maar Grand-père’s 5 kan gemakkelijk voor een 9 worden aangezien. Het is dus de brief van de 25e}  

Bien reçu ton coli, reçu avec joie car il me rend
un grand service. Ces jours ci, je me sans un peut
fatigué, le froid, les préocupations, les ennuis de
toutes sortes qui nous…… continuent a agraver
l’ état des malades. Comme je te l’ais écrit, il
nous faut évacuer la ville avant de 15 février ;
il me va falloir livrer ma maison,etc. …
J’ai écrit à st Hippolyte d. Géorge (?) mais je n’ai encore
aucune réponse. Je voudrai … emporter du linge etc.
mais comment ? On ne trouve pas de camion.
… …
J’écris de plus en plus mal, mes doigts sont
comme mort à cause du froid. Nous n’avons pas
de charbon ; on n’en trouve pas. J’ai encore un peu de
bois , mais mais il s’achives et le temps demeure froid.
J’ai bien quelques provisions de p. de terre, mais comment
vais-je les emporter ? … Je comptais en planter dans
ma vigne. Mais pour qui sera la récolte ? Nous sommes
de plus en plus comme brebis sans berger, on ne sait
ceque l’on dois faie pour bien faire et on va à l’aventure.
Ecris moi pourtant a mon adresse habiluelle. On me fera
suivre si je suis parti. Ne me laisse pas sans nouvelles
car tu es le seul de la famille avec qui je puisse corres-
pondre. Vu mon grand âge te mon infirmité et aussi
la maladie, je me demande souvent si je viverai encore
assez longtemps pour revoir ma famille, je
crains que non. En tout cas, je
suis avec tous par cœur et par
la pensée et demande a Dieu
de les protéger et de les bénir.
Adieu mon cher petit fils je t’embrasse
toi et toute la famille bien tendrement.

Ton grandpère dévoué   Genouy

Ziehier de brief van Grandpère. De brief van 29 Jan. Hoe zou het nu met hem zijn? Wie weet waar hij heen getransporteerd is, en of hij zelf iets gevonden heeft. Ik zal Eva G. schrijven en vragen of ze zich ermee bemoeien wil. Zelf zal ik er wel niet heen kunnen.

Het blijkt hiermee ook dat ook Oos moeite heeft met het lezen van het handschrift van Grand-père. Bepaalde passages slaat hij over, andere zijn voor een andere uitleg vatbaar. Kortom anno 2019 is niet 100% duidelijk wat Grpère bedoeld heeft op te schrijven. De strekking is echter luid en duidelijk.


14 februari 2019

Berlijn 14 Febr. 1944 Brief 42 Lieve Mams, als je denkt dat ik die prachtige “zonlichtzeep” voor mijn kleren gebruik

Berlijn 14 Febr. 1944
42  Lieve P.M.L.
Zaterdag brief gekregen van Grand-père, die erg in de mineur was, hij wordt n.l. geëvacueerd en wel op zijn laatst op 19 Febr. Het is dus de hoogste tijd om te proberen er heen te gaan. Een officieel bewijs heb ik natuurlijk niet, alleen een bewijsje dat gr.p. oud en ziek is. Ik zal proberen vervroegd verlof te krijgen en toestemming om naar Fr. te reizen. Eenvoudig is het niet, de meest directe wijze voor het bereiken van dit doel is versperd, ik zal omwegen moeten inslaan. Brief Paps van 5 Febr. Ontvangen. P. hoeft zich niet ongerust te maken over mij, het zal wel weer in orde komen. Maar het is erg moeilijk gevoel uit te schakelen, dat kan wel als je op 600 KM afstand zit maar niet als je er in zit. En als ik nu maar gerust was oven het “doel” dat deze middelen zou moeten heiligen, dan was het nog wat.
Lieve Mams, als je denkt dat ik die prachtige “zonlichtzeep” voor mijn kleren gebruik, dan heb je het mis, sinds mijn verblijf hier was ik mijn gezicht daarmee hoor!
Nog even iets over de brief van Grand-père. Het erge vindt hij, dat hij alles moet achterlaten, en maar twee koffers mag meenemen. Als hij uit zichzelf gaat, geldt dit geloof ik niet. Hij wil naar St Hippolyte of zo, niet te ver weg, maar hij voorziet moeilijkheden. De Alpen zijn te ver weg. Er bestaat nog een kans dat hij mag blijven. C’est mais evacuation de toutes les villes du Littoral. Ik zal direct schrijven om een officiële verklaring, die ik dan aan Mams zal sturen dan kan ze eventueel ook wat proberen.
Veel liefs
Oswald
P.S.  Grand-père omhelst jullie allemaal in gedachten. OB


Sunlight was een merk zeep dat ook na de oorlog nog lang verkocht werd. De blokken zaten twee aan twee aan elkaar en waren zo verpakt. Dit exemplaar is vermoedelijk na-oorlogs maar zou net zo goed de reis naar Berlijn heen en terug gemaakt kunnen hebben. De rechter helft is bewaard gebleven. Vermoedelijk uit zuinigheid "nog" niet gebruikt maar bewaard voor nog slechtere tijden of in het na-oorlogse geval voor "als het weer oorlog wordt".



Zo nu en dan plakt een van de jongens een krantenknipsel in zijn dagboek:

Erbitterde Schlacht im Raum südwestlich Breslau. 14 Febr.
Verbitterde veldslag in het gebied ten zuidwesten van Breslau.

Montpellier 25 / I / 44 Brief van Grand père : Le bon Dieu, notre seul secour et notre seul espoir dans ce furieux monde, ne nous abandonnera pas.

Ook bij deze brief mag niet onvermeld blijven dat velen zich ingezet hebben voor het maken van een zo getrouw mogelijke interpretatie van Grand-père's handschrift.


Montpellier 25 / I / 44
Mijn lieve kleinzoon,
Je pakje heb ik goed ontvangen, met veel plezier de … ontvangen want het komt goed van pas. De laatste tijd ben ik een beetje moe; de kou, de zorgen en allerlei problemen die we voortdurend ondervinden blijven de toestand van zieken verergeren.
Zoals ik je geschreven heb worden wij verplicht voor 15 februari te evacueren; ik zal mijn huis, mijn meubels en mijn boeken en mijn lijfgoed etc. moeten verlaten om ik weet niet waar heen te gaan.
Ik heb naar St Hippolyte en naar Ganges geschreven maar heb nog steeds geen antwoord gekregen. Ik zou linnengoed en kleren mee willen nemen, maar hoe? Er zijn geen vrachtauto’s te vinden; het is allemaal heel moeilijk. En wat is het triest om alles achter te moeten laten, en hoe vinden we het terug, als we ooit weer keren.
Enfin, de goede God, onze enige toevlucht en onze enige hoop in deze arme wereld zal ons niet verlaten. Ik maak me altijd zorgen over jou, ondanks dat je me bezweert dat dat niet hoeft, doe ik dat toch.
Ik hoop dat deze brief je weer veilig en gezond zal bereiken.
Pakjes en brieven komen goed aan zonder tekenen van vertraging.
Ik schrijf steeds slechter. Ik heb dooie vingers vanwege de kou.
We hebben geen kolen meer; die zijn niet meer te vinden. Ik heb nog wel wat hout, maar dat is bijna op en het weer blijft koud.
Ik heb nog wel een goede voorraad aardappelen maar hoe kan ik die meenemen. We hebben veel betaald om ze hier te krijgen en we moeten ze meenemen! Dat is een probleem dat niet makkelijk op te lossen is.
Ik was van plan ze in mijn wijngaard te planten. Maar voor wie is dan de oogst, als ik niet hier ben. En verder, ik neem aan dat we terug komen, kunnen we wel terugkomen? We lijken steeds meer op schapen zonder herder, we weten niet meer wat te doen om goed te doen, en we gaan het avontuur aan.
Schrijf mij toch naar mijn gewone adres. Men zal het mij wel nasturen als ik vertrokken ben. Laat mij niet zonder bericht, want je bent de enige van de familie waar ik mee kan corresponderen.
Wees erg voorzichtig met al die bombardementen. Gezien mijn hoge leeftijd, en mijn gebrekkigheid, en, ook de ziekte, vraag ik mij vaak af of ik lang genoeg zal leven om mijn familie ooit terug te zien, ik vrees van niet.
In ieder geval ben ik met mijn hart en mijn gedachten bij allen en vraag ik God ze te beschermen en te zegenen.
Adieu, mij lieve kleinzoon, ik omhels je, jou en de rest van de familie innig.

Je toegewijde grootvader
Genouy


P.S. Hedenmorgen een brief uit Parijs ontvangen met nieuws van je moeder.






Montpellier le 25 / I / 44
Mon cher petit-fils
Bien reçu ton coli, reçu avec jouie et …
car il me rend grand service.
Ces jours-ci je suis un peu plus fatigué; le froid,
les préocupations , les ennuis de toutes sortes qui
nous comblent continuent à aggraver l’état des malades.
Comme je te l’ai écrit, il nous faut évacuer la ville
avant le 15 février ; il me va falloir laisser ma maison,
mes meubles, mes livres, mon linge etc. pour aller je ne
sais encore où! J’ai écrit à St Hippolyte et à Ganges ;
mais je n’ai  encore aucune réponse. Je voudrais pouvoir
emporter du linge et de la literie; mais comment? On ne
trouve plus de camion; du moins c’est difficile, très difficile
et qu’il est triste de tout abandonner! Qu’alons nous
retrouver si nous retrouvons nos maisons?
Enfin! Le bon Dieu, notre seul secour et notre seul
espoir dans ce pauvre monde, ne nous abandonnera pas.
Je me fais toujours souci à cause de toi ; malgré tes
conseils de ne pas m’inquiéter, je m’inquiète tout de même.
J’espère que cette lettre te trouvera encore sain et sauf.
Les colis et lettres m’arrivent assez bien et sans beaucoup
de retard.
J’écrit de plus en plus mal; mes doigts sont
comme morts, à cause du froid.
  
Nous n’avons plus de charbon; on n’en trouve pas.
J’ai encore un peu de bois, mais il s’ achève et le
temps demeure froid.
J’ai bien quelques provisions de p. de terre, mais comment
vais-je les emporter? On a payé très cher puor les
avoir ici et il faut les emporter! C’est un problème
pas facile à résoudre.
Je comptais en planter dans ma vigne. Mais
pour qui sera la récolté, si je ne suis pas là? Et
puis, , je suppose qu’on puisse revenir, pourra-t-on
revenir? Nous sommes, de plus en plus, comme
des brebis sans berger ; on ne sait ce que l’on
doit faire pour bien faire, et on va à l’aventure.
Ecris-moi pourtant à mon adresse habituelle On
me fera suivre si je suis parti.
Ne me laisse pas sans nouvelles, car tu es le seul de
la famille avec qui je puisse correspondre. 
Sois bien prudent avec tous ces bombardements.
Vu mon grand âge et mes infirmités et, auassi le maladie
je me demande souvent si je vivrai encore assez long-
temps pour revoir ma famille; je crains que non.
En tout cas, je suis avec tous par le cœur et par
la pensée et demande à Dieu de les protéger et bénir.
Adieu, mon cher petit-fils, je t’embrasse, toi et toute la
famille bien tendrement.

Ton Grand-père dévoué.

Genouy

PS  Reçu ce matin lettre de Paris et nouvelles de ta mère.

13 februari 2019

12 februari 2019

Zaterdag 12 Februari. Jan: ’s Avonds naar een domineesche in Köpenick geweest, Frl. Rose,


Jan in zijn dagboek

Zaterdag 12 Februari.
’s Avonds naar een domineesche in Köpenick geweest met ons vieren, Frl. Rose, een kennis van Ad en Cor. Bornewasser en ik moesten piano spelen, en het ging natuurlijk hopeloos slecht, vierhandig. Er was nog een soldaat, Hagemann, die ook wat zou spelen. Hij ontpopte zich opeens als concertpianist. Als we dat vooruit hadden geweten hadden Hans en ik niet gespeeld.

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...