Zaterdag 9 October
Lieve Oos,
Ik schaam me haast zolang als ik
gewacht heb je te schrijven. Ik heb het ook allemachtig druk, werkelijk geen
seconde meer over; àls ik er een over heb, ga ik gauw even een paar zangoefeningen
doen. Mams heeft je vanmorgen geschreven, het komt toevallig zo uit, maar je
zult onze brieven toch wel niet tegelijk krijgen. We hebben alweer ±14 dagen
geen bericht van je ontvangen, ik kan die postbode, onschuldig slachtoffer van
een misplaatste woede, wel iets áándoen! De belangrijkste post die we hier
krijgen is altijd een periodiek terugkerende verzameling girobiljetten en
reclames van “Skimulaus” welke laatste nog steeds voor Maarten zijn, en die hoe
langer hoe slechtere waar, als hoe langer hoe beter wordend betitelen.
Zoals mams schreef zijn we gisteren
bij de Miliï geweest (voor dat avondje vrij werk ik me in ’t weekend een
hoedje) ik geloof niet dat mams schreef wat voor ’n drama ze in de nacht van zaterdag
op zondag beleefd hebben. Taat was niet erg lekker, en wilde naar de WC gaan.
Hij wilde naar beneden gaan omdat de WC boven zo’n lawaai maakt als je
doortrekt. Toen hij boven aan de trap stond kreeg hij een duizeling, flauwte of
zo, en hij sloeg pal voorover met een ontzettende klap de trap af. De buren
zeiden de volgende morgen dat ze wel een geweldige slag hadden gehoord, maar
toen niets meer en dat ze toen maar weer zijn gaan slapen. Mijnheer en mevrouw
vonden hem beneden liggen voor de vestibuledeur, als een vod in elkaar, levenloos,
en bebloed aan zijn hoofd. Mevrouw begon vreselijk te jammeren dat haar jongen
dood was, mijnheer wilde helpen maar viel flauw, half over Taat heen. Toen Pump
kwam, zag ze dat toneel. Mijnheer lag met wijdopen ogen te rollen zonder iets
te zien. Het dienstmeisje werd half hysterisch, resultaat was dat Pump +
vriendin die gelogeerd was, de boel op poten hebben gezet, dokter opgebeld,
mijnheer bijgebracht, mevrouw gekalmeerd, kussens onder Taats hoofd. Ze
constateerden dat hij nog ademde. De dokter kwam, en schrok eerst erg. Gelukkig
was het bloeden alleen maar uit een wond op zijn voorhoofd. Verder heeft hij
een hersenschudding en moet 6 weken op zijn rug blijven liggen. Het viel
iedereen als ook den dokter, erg mee dat het alleen maar een hersenschudding is
geworden. Bovendien is zijn linker kant helemaal opgezwollen, arm, vingers,
schouder, langs de muur geschaafd. Hij ligt nu in bed nors te doen, omdat hij
zich best voelt, en helemaal geen zin heeft om te blijven liggen. Het is toch
een ontzettende emotie geweest. Ik kwam er zondag even en toen waren ze er nog
zo van onder de indruk, ik zelf ook trouwens, toen ik het hoorde. En ze zaten
maar te luisteren naar elk geluidje dat maar van boven kwam. Maar nu laat het
zich gelukkig nogal behoorlijk aanzien, geen complicaties voorlopig.
Vanavond een seconde bij Maarten
en Nel geweest. Petertje ligt nu in een pracht van een bed met spijlen, dat je
ook als box kunt gebruiken. Ze ligt heerlijk op haar rug met alle twee haar
vuistjes aan iedere kant van haar hoofd, als een prinses te slapen in de ruimte
die ze nu heeft. De wieg wordt echt te klein! Jammer dat je haar niet van ’t
begin af aan hebt kunnen zien groeien, maar als je terug komt zal ze vast nog
wel zo klein zijn, dat je nog genoeg te zien zult hebben dat er aan haar
verandert. Een paar dagen geleden een brief aan Jan van Truus geschreven. Hij
is al twee maal van kamer veranderd; hij schreef dat je er niet rustig kan
werken. Laten we hopen dat hij er nu een heeft waar het niet zo’n lawaai is. Ik
geloof dat ik van deze brief maar weer een etappe epistel ga maken, voor
vandaag vind ik het welletjes.
Ziezo, daar gaat ie maar weer
voor niets. Het is vandaag donderdag en ik ben naar cathechesatie geweest, waar
ik mezelf zeer aangenaam bezig gehouden heb met ’t bestuderen van de
verschillende types die er zijn. Er zijn 2 nieuwe jongens bij gekomen, een zeer
onbeduidende met een brilletje op die geen woord zegt, en een andere, een
vriend van Hajo, een jongen om in een lijstje te zetten. Hij is 17 jaar, en het
is zo’n geweldige bonk van een jongen als ik nog nooit gezien heb. Hij is niet
dik maar gewoon een uitgave van een gespierd mannetje in reuzenformaat. Handen
als kolenschoppen, maar heel sympathiek, schouders waar hij gelijk wijlen Atlas
de wereld op zou kunnen torsen. Gezicht ook grof maar aardig, en hij spreekt
het Frans goed uit. Iedereen stond verstomd toen hij daar in die smalle
deuropening verscheen. En ik hoorde le Cornu hem “Alemann” of zoiets noemen, ik
snapte maar niet hoe hij heten kon. Vandaag kwam ik er achter, en ik heb me
krom gelachen. Le Cornu is altijd nogal achterlijk wat namen betreft; nu vroeg
hij hem vanmiddag zijn voornamen, en die
waren Johan Albert. Toen ging me een licht op! Hij was natuurlijk toen hij jong
was altijd “Hanneman” genoemd. En le Cornu noemde hem nog zo! O o, het idee om
zo’n geweldige reus Hanneman te noemen, was werkelijk te komisch. Ik zat op
mijn eendje te lachen, en niemand snapte waarom. Het is ook zo’n gezellige,
ongecompliceerde jongen, helemaal niet bang voor de meisjes of zo. Een echte
beer, maar wel “gelikt”, want hij haalt altijd zo netjes zijn hand uit zijn
jaszak als hij je op straat ontmoet, en kijkt heel vriendelijk. (en is altijd
beleefd) een prachttype. Ik vind reusachtig leuk om me te verdiepen in beschouwingen
over zulke lieden. Je hebt er op cathechesatie zo de tijd voor. Je moet de
groeten hebben van Willy Vos. Ze woont nu een paar huizen verder, op 123; we
zijn nog nooit bij elkaar op bezoek geweest omdat we ’t allebei zo druk hebben.
Aan Hajo en Jaques (= Ko) heb ik je groeten nog niet overgebracht, want die
komen later en gaan later weg, zodat je ze niet spreken kan zonder le Cornu
erbij.
Het is nu Vrijdag, een avond
waarop ik het niet zo druk heb omdat ik op zaterdag geen lessen heb, alleen
pianoles en ik moet zelf les geven. Vandaag Frans Twaalfhoven les gegeven; ik
moest je de groeten terug doen van de hele familie. Frans was zo verkouden als
een snip, zoals de hele wereld, als je ’t mij vraagt. Ik in de zon op de
vensterbank, en hij was erg enthousiast en kwam ook op de vensterbank zitten,
zo zaten we, en onze beentjes hingen buiten ’t raam, we zaten heerlijk in de
zon. Het lijkt me dat het voor onze achterburen wel een gek gezicht geweest is.
De zon werd ons te warm(!) en toen naar binnen gingen viel Frans bijna van ’t
platje af. Ja, ik lach me altijd een ongeluk, het is zo’n blaagje, met al zij
zeventien jaren. Als hij iets fout vertaalt, en ik zeg: “kijk nog eens goed”,
dan begint hij meteen een reuze verhaal op te hangen over het enige woord dat
hij goed vertaald heeft, en doet dan net of ik hem tegenspreek, terwijl ik dan
alleen maar hoe langer hoe harder moet lachen, en hij hoe langer hoe harder
begint te oreren. Zijn lessen zijn altijd een lachuurtje voor me. ’t Mooie is,
als hij ’t merkt, dan begint hij pas te lachen over ’t feit dat hij zo gek
gedaan heeft, zo duurt het nog langer, toch zijn de resultaten bevredigend te
noemen, pas geleden heeft hij op school een 8- voor een vertaling gehad. Bewijs
dat die jongen hersens heeft maar niet weet hoe hij ze gebruiken moet en
daarvoor een steuntje nodig heeft. Het is enig om zulke reëele resultaten van
je werk te zien. En dat is nog maar een kleine bijzaak voor me op het ogenblik.
We hebben in geen 14 dagen meer
iets van je gehoord, maar dat heb ik al geschreven geloof ik. Ik zet boven de
brief de datum waarop ik hem wegstuur, maar ik ben er 3 dagen eerder mee
begonnen. Laatst kwam er een aangetekend brief, wij blij, laat hij nou voor
Arike zijn, van Wim Gijzel, die het verkeerde nummer op ’t adres had gezet. Ik
was gewoon woest. Hij heeft zich waarschijnlijk vergist omdat ik aan Schop en
hem ook eens geschreven heb. Misschien hebben ze me teruggeschreven, en de
nummers omgewisseld. Nu, ik houd op. Je moet de groeten hebben van de Malie en
van Leonie, ze is nu ook heilgymnastiek aan het doen, en ’t bevalt haar best.
Ondertussen werkt ze toch nog bij Tellier.
Vele kusjes en vele groeten aan al
jou vriendjes, niet vergeten!
Lily
P.S. ik heb een bééldige foto van
mezelf en de poes, misschien krijg je die wel eens in handen.
Vanmorgen 2 brieven ontvangen, van
1 october, en een v Gr.père via jou. Je schrijft dat we aangetekend moeten
schrijven maar dat mag niet meer. Waarom weet ik niet. Denk nog eens
goed na over dat tekenen. Zijn er geen andere dingen waar je onder valt?
Dag, Lily
Oos gaat vanavond naar de Opera