Utrecht 6 oct ‘43
Lieve Oos,
Vandaag is ‘t 5 maanden geleden
dat je vertrokken bent. Wanneer zul je terug kunnen komen? Ik vraag het me af
en hoop maar heel gauw! Sinds mijn
vorige brief geen bericht van je gehad. Het was wel te voorzien nu wij 2
brieven op één dag hadden gekregen, maar het is toch vervelend. Er kwam
gisteren hier een brief voor Arike van Wim Gijzel. Die sufferd had 127 op ’t
adres gezet. Ik heb den briefbesteller maar gouw naar de overkant gestuurd en
heb gauw bij Ar. geïnformeerd hoe het met de behuizing stond. Maar Wim schreef
helemaal niet over een lager. Als hij er niet in hoeft hoop ik dat het met jou
ook zo zal lopen. Hier is alles goed. Gisteren weer een keurig pakket voor je
verzonden met v.G.e.Loos. Het wordt nu druk bij het afsturen. Ellie heeft het
gedaan en zij zei dat ze in de gang in de rij stonden. Nu moet er gezegd worden
dat je op ’t kantoortje waar je pakjes brengen moet, je niet meer kunt
verroeren als je er met z’n drieën staat. Als vierde kan ik er nog wel bij,
maar voor een dikkerd is ’t uitgesloten. Dus moest Ellie
gisteren wachten, wat wel het ergst is wat haar gebeuren kan. Die haastig
gebakerde! Maar als zij 30 min. heeft moeten wachten is zij toch in 35 uit en
thuis. Ik vermoed dat zij als een bezetene rijdt. In het bewuste pak zat weer
van alles en nog wat. Geen kleren deze keer en ik brand van nieuwsgierigheid om
te weten of de kleren goed over gekomen zijn! Ik heb ze zo onopvallend mogelijk
ingepakt om den aandacht niet te trekken van mogelijke gauwdieven. Ik denk
tenminste dat je ervan opgekeken hebt dat uit die dozen die grote stukken
kwamen. Ik hoop dat ze niet al te erg verkreukeld waren! De laken heb je zeker
ook wel gevonden?
Gisteren zijn Pap, Lilie en ik bij de fam. Milius naar een
heer gaan luisteren die ons inwijdt in de manier om ons denken te verbeteren.
Ik merk, met dat ik erover begin, dat het geen doen is dat uit te leggen; daar
praten wij dan nog wel eens over. Ik heb mij geweldig ingespannen te begrijpen
waar het over ging, maar ik vrees dat ik niet deug voor dergelijke
filosofischachtige ingewikkelde dingen. Mevr. Milius praatte er heel rustig
over, of het heel gewoon was. Ik heb er alle eerbied voor. Moet je rekenen dat
ik altijd gedacht heb dat ik nog al aardig denken kon, maar ’t is blijkbaar
helemaal mis! Ik voel mij héél dom. Volgende week komen wij weer gezellig bij
elkaar. Het zal mij benieuwen of ik er ooit mijn mond zal durven open doen voor
iets anders dan om ’t kopje bouillon te prijzen of zoo….! Verleden week ben ik
naar den Haag geweest voor iets nieuws. Daar stond in de krant een mededeling
voor menschen die familie hebben in ’t zuiden van Frankrijk. Ik ben natuurlijk
gaan horen wat zij te vertellen hadden. Het is een bureau dat gesticht is voor
het behartigen van de belangen van Ned. in Z Fr. Grandpère is wel geen Ned.
maar zij zullen zorgen dat wij kunnen corresponderen. Ik ben erg benieuwd hoe
het zal gaan. Vind alleen een bezwaar dat ik dan 2 enveloppen per brief nodig
zal hebben, want ik moet dan den brief voor Gr. P. eerst aan dat bureau zenden.
Mijn eerste werk moet nu weer zijn enveloppen te verzamelen. Maar ’t zal toch
wel heerlijk zijn als ik regelmatig kan schrijven en Gr.Père ook, over
Marseille. De duisternis begint weer, met den wintertijd. Afschuwelijk is toch
dat gescharrel in die donkere straten. Je schijnt het gek te vinden dat ik den
inhoud van de pakjes aanpas aan de doos. Maar dat is m.i. normaal. Ik kan toch
geen lege hoekjes in zo’n doos laten! Als er nog één is zoek ik wat om er in te
stoppen. Maar dat wil niet zeggen dat je het met alle geweld moet eten! Je kunt
het bewaren. Er kan nog best een tijd komen dat wij niet meer kunnen sturen en
dan zal ik blij zijn te weten dat je wat in voorraad hebt. Je kunt het nu in je
houten koffer opbergen. Het fruit bevalt zeker wel! Aan de boom zitten nog veel
appelen, maar we kunnen er niet bij en de spreeuwen eten ze op! Jammer hè! Nu
lieverd, ik wou dat er maar gauw een brief van je kwam.
Een stevige pakkerd
van
je moeder.
Petertje is een lekkeren dot. Als de broer van Cor over komt
neemt hij weer een paar foto’s mee en kan je ’t juweel met haar Oma
aanschouwen. Dààg
Grietje heeft de jas niet nodig doe geen moeite kan later
wel Dààg
P.S.
Nog steeds vergeten je te zeggen dat wij 24 sept van
Wesselink een kaart kregen met je groeten.
Het is niet onmogelijk dat het bijgaande foto betreft.
Het is niet onmogelijk dat het bijgaande foto betreft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten