Berlijn 15 Oct ‘43
Lieve Paps Mams en
Lily
Ook deze brief moet ik weer
beginnen met een verkeerde stemming, ik ben erg boos dat jullie zo veel sturen.
Appels, peren, dat is best, maar deze week zit er in het pak (5 Oct) weer te
veel: suiker, rijst, melkpoeder, genotjes (merkwaardige naam voor sigaren!)
appeltjes en bruine bonen. (Eigenlijk ook te veel: kaas en koek) Dat ik
werkelijk te veel heb kunnen jullie hier aan afleiden, dat ik tegenwoordig te
veel broodbonnen heb. Heus mams, één pak als dit in de twee à drie weken is
ruimschoots genoeg.Dat ik werkelijk bóós ben zullen jullie hieraan merken, dat
ik terug ga sturen wat ik teveel ontvang. Ik begrijp, dat jullie denken dat ik
het hier niet best heb, omdat jullie het zelf niet goed hebben, maar meet de toestand
hier niet af naar die in Holland, hier is het wat eten betreft veel beter. Het
roggebrood van de vorige week heb ik verdeeld tussen Bob en de hospita, omdat
ik het niet op kon, nu is er alwéér één terwijl ik dat van twee weken geleden
nog niet op heb. Dit is te gek. Thuis zou ik een dag lang een lelijk gezicht
zetten, en dan hadden jullie het wel begrepen, maar hier zit ik me maar op te
winden, en met dat stomme papier wordt
je het nooit eens! Jullie ziet, ik ben helemaal niet in de stemming om erg dankbaar
te zijn voor de goede gaven die ik allemaal toegestuurd krijg. Misschien word
ik het nog wel voor het einde van mijn brief.
Mijn pen wil op het ogenblik niet
zoals ik wil. Ik heb me lekker dik aangekleed, het begint langzamerhand koud te
worden. De hospita stookt wel, maar nog niet de hele dag. Het is prachtig
herfstweer, Zondag zal ik proberen er weer van te genieten. Vorige week Zaterdag
ben ik naar het luchtvaartmuseum geweest. Het was erg aardig, heel merkwaardig
overigens, alle mogelijke vliegtuigen vredig door elkaar te zien staan. De
“Spin” van Fokker staat er, en verder de Do X, dat reusachtige vliegtuig dat
vroeger ook in A’dam is geweest. Verder veel oorlogsvliegtuigen.
Zondagmorgen ben ik naar de Franse
kerk geweest, maar tot mijn grote teleurstelling werd er in het D. gepreekt. Er
wordt eens in de maand in een andere kerk nog in het Frans gepreekt, volgende
maand ga ik daarheen. Ik zal de dominee ook eens opzoeken. ’s Middags ben ik
bij Jan Agberts geweest, en we hebben een aardige wandeling gemaakt door de
bossen. Er komen al prachtige herfstkleuren waar ik volop van kan genieten.
Maandag hebben we op de kamer de
verjaardag van Bob gevierd, erg gezellig. Je staat eigenlijk versteld dat je
nog zo prettig dergelijke feesten kan vieren, zo echt op de oude manier. Zijn
broer was hier, en een paar oude vrienden, en dan wat nieuwe vrienden van hier.
Donderdagavond ben ik naar een concert geweest, waar de viool stukken voor viool en orkest van Beethoven gespeeld werden,
door het “Städtische Orkester” en Richard ….., zijn naam weet ik niet meer. Het
was erg mooi. Vooral de romance in F deed me veel aan huis denken, Lily heeft
er een grammofoonplaat van. Het is toch maar prettig dat je nog eens naar zulke
dingen toe kan gaan. Het wordt anders al erg vroeg donker, met die wintertijd,
en koud is het ook al. Mijn winterjas draag ik nog niet, die komt pas als ik
goed weet dat het winter is.
Hoe is het met de bijen? Het is
natuurlijk niets geworden met de heide, denk ik zo, anders had ik het wel
gehoord. Deze week zijn er trouwens geen brieven gekomen, misschien
morgenochtend nog.
Kan Mams niet vragen of
Appenzeller naar tante Olga schrijft? Dat moet kunnen in theorie.
(Red: Vermoedelijk is deze brief incompleet)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten