09 mei 2020

Woensdag 9 Mei 1945. Oos : Gisteren zeiden ze 12 uur, nu moeten we om negen uur al weg zijn. We slepen alles op het perronwagentje.

Woensdag 9 Mei 1945
Voor een school, bij de Rosenthalerplazt, in het zonnetje, zit ik te schrijven. Het begin van onze reis gaat niet voorspoedig. We staan vroeg op, half zeven, omdat we meteen om 8 uur weg willen in verband met de legering in het verzamelkamp. Als we goed en wel op zijn, komen de soldaten al om ons weg te sturen. Gisteren zeiden ze 12 uur, nu moeten we om negen uur al weg zijn. We slepen alles op het perronwagentje van Adzard, en na veel gescharrel is alles torenhoog opgetast. Met een stuk geleend touw binden we zo goed mogelijk onze spulletjes zeevast. Het wordt een vrolijke bende, een van de Russen ziet een gitaar en beduidt Eddy Nieuwerkerk er op te spelen. Een andere Rus heeft een mondharmonica, en dan begint de poppenkast. Eerst geeft de Roo weer eens een buikdansje weg, en dan een van de meest norse en vervelende Russen een prachtige nationale dans.
Een van de Russen heeft een prachtige Stalinsnor, en vraagt aan iedere voorbijganger of hij D. is of niet. Antwoorden ze ja, dan maakt hij een perverschlijk gebaar zoals alleen Hendrik in de NIA-societeit dat kon doen. Zoveel minachting, zo uit de hoogte, het is kostelijk.
Als de Fransen hun hele wijnvoorraad hebben opgeladen, en ook de balen rijst en de coupons stof, dan gaat de reis beginnen. Er wordt gefloten en de stoet zet zich in beweging.
Er staan overal verkeersagenten, die ons veel last berokkenen, er is iets aan het handje of zo. Dat merken we ook wel als er ±20 zware T34 tanks voorbij rijden. Wat een zware krengen zijn dat, maar in de stad zijn er wel ettelijke kapot geschoten.
De parade zit ons nog meer dwars, we vertrokken om 10 uur van huis en om twee uur zitten we nog bij Rosenthalerplatz. Het is gelukkig prachtig weer, dus dragelijk.
Jaap Terborg wil beslist mee, hoewel zijn hoofdwond er slecht uitziet. Zijn hele gezicht is gezwollen.

De "lagerkarte" is niet meer nodig. Oos stopt hem in zijn dagboek.

Jan : 

Woensdag 9 Mei 1945.
 We waren vanmorgen al vroeg in de weer, in de bedoeling, om 8 uur te vertrekken. Maar om 8 uur verscheen er een stel Russen, dat ons er om 9 uur uit wilde hebben. Onze plannen er vroeg tusschenuit te knijpen waren dus in duigen gevallen, en om ca. 10 uur ging het heele lager op stap. Vóór dien hadden we nog een demonstratie gehad van een echte Kozakkendans, gegeven door een van de onderofficieren, die ons begeleidde. Maar tenslotte ging en we met veel horten en stooten op stap. Tot we in de buurt van de Alexanderplatz kwamen, waar we bij een verzamelplaats, in Hoogduitsch betiteld: “Sammlung Punkt die Rusische Seite und Auslender”. Het wachten hier duurde ontzettend lang, daar we niet over de Alexanderplatz mochten wegens de voorbereidingen voor de grooten parade van morgen, het was warm en we werden melig. Tevens maakten we ons al gedachten over het slapen vanavond, hoe en waar.
De trek zag er zeer gevarieerd uit. Er waren zeer vele Franschen en Italianen, die waarschijnlijk van het land kwamen, en die zich van een paard en huifkar voorzien hadden, precies de Zuid-Afrikaansche treks. Wij maakten echter met ons gestolen wagentje van de postrijer geen al te slecht figuur. Dat wagentje heeft ons echter vandaag heel wat zweet gekost, dankzij het ideale Berlijnsche plaveisel, maar het heeft zich kranig gehouden.
In de Weinmeisterstrasse, waar we zoo lang wachten moesten verscheen plotseling onze oude vriend Skorobohatyj op het toneel, met zijn verloofde. Hij vroeg me onomwonden, of hij zich niet bij onze groep mocht aansluiten, daar hij te laat er van door had gewild. Hij verzocht ons hem als “Hollander” op te nemen, en hem op deze wijze te laten proberen, naar het Westen te gaan. wat mij betreft, ik heb er geen bezwaar tegen, hem op deze wijze te helpen, maar de anderen voelen er niet veel voor, en dat brengt mij in een vrij pijnlijke positie. Maar we zullen even moeten afwachten. Voorlopig hebben ze zich bij ons aangesloten.
De tocht was verschrikkelijk. We hebben 11 uur gesjouwd over een stukje waarover je normaal 3 uur loopt. En dat met onzen wagen, die naar schatting ca. 1 ton woog. Over Lichtenberg, Friedrichsfelde (U-Bahn, en door het park van het kasteel), kwamen we in Biesdorf, langs alle mogelijke slingerende omwegen, en over uitgezocht beroerde straten, allen met keien bestraat.
In Biesdorf was het een ontzettend ongeorganiseerde rotzooi. In een oude luchtdoelbatterij hadden ze een paar barakken gebouwd, die natuurlijk bij lange na niet toereikend waren voor de duizenden buitenlanders. De meesten kampeerden dan ook of in de open lucht, of in de munitiebunkers van de stelling, of hadden een bungalow in de volkstuintjes in de buurt gerequireerd. Toen we er aankwamen, begon het al aardig donker te worden. Allereerst moesten we nationaliteitsgewijze geteld worden, wat enorm veel moeite koste, maar tenslotte lukte het dan toch. Maar eten kregen we niet. De organisatie was zoo mogelijk nog beroerder dan bij de Duitscher.
Goddank hadden de Vries en van Dijk ondertusschen beslag gelegd op een bungalow, weliswaar vrij ver weg van het lager, maar nu hadden we tenminste een dak boven ons hoofd. Het mooiste was, dat er een pomp in de tuin staat, die werkelijk koud water geeft.
Dat gisterenavond om 11 uur de onvoorwaardelijke capitulatie voor alle Duitsche legers te Reims ondertekend is, werd vandaag hier in de buurt gevierd door het afschieten van alle lichtkogels en lichtspoormunitie die er was, hetgeen een fantastisch vuurwerk opleverde. Maar ongevaarlijk was het niet, want twee meter voor me vlogen twee kogels in een boom. Een ander teeken van de geallieerde overwinning was te zien aan de Frankfurter Allee, waar een groote eerepoort was opgericht met Amerikaansche, Engelsche en overwegend Russische vlaggen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...