07 april 2020

Zaterdag 7 April 1945. Oos : Jammer dat ik dat niet geweten heb, deze gladde aal had me wel naar Holland geholpen twee maanden terug.

Alarm nr. 267 van 22:50 tot 23:15.

Zaterdag 7 April
Mijn baasje, de dikkerd kankert omdat de Brabander vannacht weer stil is gaan staan. Nu moet ik maar vertellen waar dat wel aan ligt. Ik ben niet eens van mijn stoel meer opgestaan, en ik heb mijn voordracht verder voorbereid of er niets gezegd was. Zó grof kun  je hier optreden zonder dat het spaak loopt.
Na werktijd naar Portegies. Die snapt niet dat ik dat vet (ruil tegen een fles wijn) beslist nodig heb. Hij zit dan zelf brood met worst, of liever: worst met brood, te eten en ik zit er naar te kijken met een hongerige maag. Ik ben bijna uit mijn slof geschoten, dit werd me te bar.
Fischer opgebeld vandaag. Hans ligt in het ziekenhuis naast een jongen die Fischer kent, en die beweert dat Fischer weer in Berlijn zit. Frl Bumsel krijg ik aan de telefoon. Inderdaad is Fischer terug geweest, maar slechts twee keer een weekje. Hij zit nu al weer zes weken in Holland. Hij is afgesneden en kan niet meer terug, of hij moet nog onderweg zijn. Jammer dat ik dat niet geweten heb, deze gladde aal had me wel naar Holland geholpen twee maanden terug.
Merkwaardige avond. Als ik thuis kom vind ik Jan Egberts en Jan de Boer hevig bomend over de berichten van hedenmiddag. Overal is er nog beweging in het Westen, de afstand tot de Amerikanen wordt steeds geringer. Het wordt hoog tijd dat we vertrekken. Of niet? Wie kan raad geven? De Fey-Mesdag, een Hollandse student van de K-N-O, is vertrokken met twee weken leeftocht aan bonnen bij zich. Naar het laatste station van de voorsteden treinen en daarna lopen. Daar voel ik nog niet veel voor. Als je nu adressen had was het wat anders, maar waar zul je zo onderkomen?

Aangezien de beperkingen van het reizigersverkeer Woensdag begint, en dit inhoudt dat de S-Bahn voor Jan niet meer toegankelijk zal zijn, wordt het moeilijk afspreken. Elke keer denk ik: het zal wel de laatste keer zijn dat we elkaar zien hier in D.
Als Jan weg is vertelt Jan de Boer, dat er van Borsig weer 400 man moeten gaan scheppen. Veel studenten waren er bij, misschien moest hij ook wel mee met het volgende transport. De Lagerführer zei, dat je je ook vrijwillig kon melden, en dat het scheppen aan het Westfront was.
Ga je mee? We dringen ons in dat transport in en gaan naar het Westen. Even sta ik te kijken. Je eerste reactie is: ben je gek, dat gaat niet. Maar dan kom je even bij, je gaat bedenken dat je toch ook wel eens iets wagen moet om te winnen, en dat dit een prachtige gelegenheid is zonder risico een heel eind naar het Westen te komen. We steken een pijp op, en nemen een borrel, maar denken direct aan de consequentie: onze rugzak. Die moeten we hebben, en dus gaan we gauw naar Frau Lisureck, hoewel het al tien uur is, en nemen koffers en rugzak naar boven. Het is verbluffend hoe weinig we hoeven te pakken, het gaat vanzelf. We zijn goed voorbereid! Er komt alarm. We wijden Bob in ons geheim in, en geven hem volmachten. Hij staat wel gek te kijken.
We bomen nog wat na, en gaan dan op de nieuwe kamer te bed. Als v Duren weg moest, zou hij ’s morgens om zes uur naar ons toe komen om afscheid te nemen. Wij zouden meteen mee kunnen. v Duren weet overigens niets van ons plan…
Bij het ontwaken kan ik niet zeggen of ik blij ben dat van Duren niet voor mijn bed staat, of niet. Eigenlijk ben ik en beetje blij geloof ik, je bent zo gehecht aan een regelmatig leven, dat je er niet makkelijk afscheid van neemt.

Jan : 

Zaterdag 7 April 1945.

Dus hij was het er mee eens. Zelden heb ik zoo’nuitwerking gezien op iemands gezicht na het uitspreken van de drie woorden: “Ga je mee?”.
Onderdehand kwam er nog alarm, dat niets om het lijf had, van 10.50 – 11.15. Wat was ik blij, dat ik nog niet in bed lag.
En buiten al deze rompslomp zijn we weer eens verhuisd ook, naar een andere kamer, aan de overzijde van de gang. We zitten nu weer met ons tweeën, en bovendien hebben we er een groot balcon bij. De kamer is indertijd in Februari {bij een dagaanval in elkaar gewaaid, maar nu weer mooier dan ooit opgeknapt. Alleen ligt hij op het Noorden en is dus vrij koud.
 Bij ons uit het Kabelwerk zijn vandaag 440 man vertrokken met de schepactie, alleen uit Mühenberg al 400 man . 30 stuks van de Gummifabrik.
Dr Nowak is vandaag plotseling per auto voor eendringende zakenreis naar Göttingen vertrokken, vlak bij Kassel. Ik geloof vast dat hij er vandoor gaat, die held. Onderweg verliest hij dan nog zijn partijspeldje, niemand kent hem daar, en wie zal hem dn nog wat doen?


Weer Duitse praktijken van het oostfront die aan de westelijke geallieerden worden toegeschreven:



Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...