Alarm nr. 279 van 20:55 tot 22:25. De eerste Russen.
Alarm nr. 280 bombardement nr. 62 van 22:35 tot 23:40.
Maandag 16 April 1945
De S-Bahn is weer volkomen in de
war, en we komen dan ook weer een uur te laat. Riess kijkt erg verbaasd, en
doet of hij dacht dat we verdwenen waren. Het eten van gisteren is toch bij het
scheppen uitgedeeld, waar Riess en Kontovsky hebben wat voor ons meegenomen,
hetgeen we erg waarderen.
Vanmorgen zijn de Russen tot de
grote aanval over gegaan. Ten overvloede wordt het nog eens in het
Wehrmachtsbericht gezegd. De mensen die buiten wonen hebben het allemaal
gehoord.
Heikens wordt plotseling door
Griet gehaald, haar ouders hebben opgebeld en gezegd dat ze direct thuis
moesten komen, want “de brug” werd opgeblazen. Ze wonen in Smökwitz. Ik
waarschuw Heikens nog, zich in deze tijden niet van zijn landgenoten te
verwijderen, maar hij bedenkt zich niet eens.
Spanning, spanning en nog eens
spanning. Bij Frau v Schreibershofen zetten we een kunstruit in, een van
appanol. Dat gaat best, net melkglas. Boterhammetjes met jam gegeten, zoals
altijd, en het smaakt natuurlijk weer prima. We zitten heerlijk op het balkon,
in het ondergaande zonnetje. Wat een spanning.
De strijd in het Westen wordt
geringer, in het Oosten begint het weer volle kracht. Wordt Berlijn door Iwan
of door Tommy veroverd?
Het is nog niet goed donker, negen
uur ongeveer, als we op het station aankomen, en er al alarm komt. Dat moeten
Russen zijn, zegt iedereen direct. De Engelsen hebben n.l. een vaste tijd, half
elf. Na een half uurtje is er niets gebeurd: veilig (“vorentwarnung”). Dan, als
ik huis gearriveerd ben, plotseling gezoen, schieten, duikvluchten, een hele
kermis breekt los. Dan weer alarm, tenslotte veilig. Als we goed en wel
besloten hebben naar bed te gaan, weer alarm. Nu zijn het de Engelsen, en dus
hol ik naar het station. Dit grapje duurt tot kwart voor twaalf.
Barnatan ondervraagd over de
diefstal. Niets wijzer geworden. Helaas wist hij er al van, ik kon dus niet
zijn eerste reactie beoordelen.
Jan :
Maandag 16 April 1945.
…
Ze gaan hier in Berlijn nu
heerlijk krap in hun stroom zitten, de heele fabriek heeft vandaag van 9 tot
half één zonder stroom gezeten en de menschen zijn naar huis gestuurd met de
mededeling, dat ze voorloopig ’s nachts werken.
Het stelen in het lager wordt hoe
langer hoe gekker. Nu hebben ze van Jan van den Braak 20 pond aardappels uit zijn
kast gestolen. Straks wandelen ze met onze rugzakken nog uit de kelder weg. Ik
zal maar een deel van mijn etenswaren ergens anders gaan opslaan. Alleen krijg
je dan weer als groot bezwaar, dat er dan heel goed een toestand kan intreden,
waarbij je thuis zit te verhongeren en je niet naar je geëvacueerde voorraad
toe komen kan.
…
Op één bom na, die vlak in onze naaste
omgeving viel, is er niets gebeurd.
Bij Eckert in de buurt vielen twee
bommen, voor het alarm gegeven was. dergelijke aardigheden krijg je nu,. Nu
kunnen ze de vliegtuigen niet tijdig genoeg meer constateren. Maar de
toestanden gaan net worden als in het Ruhrgebied, alleen waren ze er daar beter
op voorbereid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten