Alarm nr. 216 van 20:10 tot 20:55.
Maandag
Riess geeft weer een staaltje van
zijn domheid. Ik vertel dat er geen serum is tegen cholera, “Rur” en Pest.
Tegen dysenterie (Rur) zou hij zich niet laten inenten, want dat was maar
onzin, een beetje Notir slikken en dan was alles over!
Alarm. In de kelder van A3 zoals
gewoonlijk. Kuschel is er ook, we kruipen met zijn drieën op een plaatsje waar
tenminste twee muren bescherming naar buiten bieden. Ze beginnen al dadelijk
met bommen te gooien, en nog wel tamelijk dichtbij. Langzamerhand wordt het ernstiger,
en ten slotte dansen we in de kelder. Een juffrouw zit te gillen, het licht
gaat uit en er vallen nog maar steeds bommen. We mogen de kelder niet uit. Het
alarm begon om half twaalf, en om één uur is alles afgelopen. Gevaar voor een
blindganger houdt ons in de kelder. Als we buiten komen (half drie) is er een
grote rookwolk over de fabriek. Brandende schepen liggen in de Spree, de
F.M.K.-hal staat volledig in brand. Verder liggen er twee kraters vlak voor het
gebouw, geen twintig meter van het lab! De kopertrekkerij heeft ook twee
treffers.
Riess is weer even op stap door de
fabriek, en pas tegen vieren komt hij terug. De hele fabriek is dan al
uitgestorven, en wij gaan ongeveer als laatsten weg. Met een stoomlocomotief
voor de S-Bahn worden we naar Kölnische Heide gebracht. Vandaar over de rails
naar Braunauer strasse, met de trein naar Neuköln en daar een stukje met de
U-Bahn, verder naar huis lopen. De U-Bahn is in de Fr.strasse wel op tien
plaatsen van grote gaten voorzien. Het brandt overal.
We lopen door Elsasserstrasse en
dan door de Bergstrasse naar huis. Het hoekhuis staat in brand, ik wed er bijna
om dat ik onze hoek zie branden, maar gelukkig is het niet zo. Wat een
bof! Alleen de kamers aan de achterkant zijn door de detonnatie van de brisantbom
door elkaar geschud. Veel stof en glasscherven, maar verder gaat het best.
Pannekoeken gebakken, en dankbaar naar bed. De Fransen van de kamer achter
komen bij ons slapen. Morgen niet naar de fabriek zegt Lisureck! Ze
geeft je de excuses in de mond.
Jan :
Maandag 26 Februari 1945.
Vandaag hadden we weer eens een
paar min of meer heete uurtjes. Om 11.40 werd en alarm gegeven, en we hoorden
al direct dat het mis ging worden, want de flakzender sprak al van “Bomberstürme”.
Het werd dan ook flink mis, en we hebben op de fabriek heel behoorlijk zitten
schudden. Een aantal hallen zijn getroffen, resp. uitgebrand, en verder is er
ergens een kabel getroffen, want halverwege ging het licht in de kelder uit, en
bleef zoo tot het einde. Gelukkig waren er menschen genoeg met zaklantaarns. …
Ons lab heeft weer eens gezwijnd,
de bommen zijn er ca. 10
meter naast gevallen. Een groote hoeveelheid bommen is
in de Spree gevallen en diverse schepen die er toevallig lagen zijn gezonken. Na
het alarm waren onze Italianen met ijzerdraadjes op de ingedeukte kaai aan het
hengelen naar doode visschen, die in massa ronddreven. …
Tenslotte zijn we van de Belle
Alliance Platz naar huis geloopen, de heele Friedrichstrasse uit. Hier telden
we achtereenvolgens 9 gaten in de straat, die tot in de U-Bahntunnel waren
doorgeslagen. Geen wonder dat er hier zooveel dooden zijn gevallen. …
… Verder hebben de huizen aan de
overzijde van de straat als een hel gebrand, en hebben wij op het
binnenplaatsje een aantal staafbrandbommen gehad, die echter niet ontploft
zijn. Het was dus wel een tocht door het oog van de naald. Veel schade hebben
we, zooals gezegd, niet, afgezien van een paar kapotte raamkozijnen in onze
kamer, en wat stukken plafond die naar beneden zijn gekomen. De kamer aan de
overzijde van de gang is echter geheel onbewoonbaar, daar zijn de binnenmuren omgewaaid.
We hebben dientengevolge een Franschman (Barnathan) en een Belg (Ferny) bij ons
op de kamer gekregen.
’s Avonds kwam er weer alarm, van 8.10 – 9.05, tijdens hetwelk we Frau Lisurek hoorden zeggen: “Maar jullie gaan toch niet naar de fabriek toe, morgen?” waarop ons plan meteen gemaakt was: …
’s Avonds kwam er weer alarm, van 8.10 – 9.05, tijdens hetwelk we Frau Lisurek hoorden zeggen: “Maar jullie gaan toch niet naar de fabriek toe, morgen?” waarop ons plan meteen gemaakt was: …
Daar de sirenes bij ons nog steeds
niet werken, werden de respectievelijke signalen gegeven door rondrijdende auto’s.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten