Maandag 1 Mei
De dag van den Arbeid zoals dat
hier gewoonte is met rust geëerd. Wat een waanzin, vrij en dat later, op
een Zondag, inhalen! Wij niet, maar we moeten dan ook in het vervolg 54
uur per week werken. Zaterdag bekend geworden, gaat Dinsdag in “zo zijn onze
manieren”.
Jan {Egberts} verwacht, maar hij komt niet. Naar Buch om zieke Pels {Reijken} op te zoeken. Reis ging vlot,
in Buch achter de grootste hoop mensen aangelopen en na 20 min. lopen in een
ziekenhuis aangekomen. Daar gevraagd. Blijkt dat er 4 ziekenhuizen in Buch
zijn! Zuster is zeer vriendelijk en belt voor me op. In het Hufeland ligt
mijnheer Pels Rieieken. Sie sagen doch selber ganz deutlich: J. Jot dan heizt
es doch auch Rieken. Tegen een dergelijke logica kun je natuurlijk niet
op als Hollander.
Tenslotte ervaren dat Pels in het
“Hufeland” ziekenhuis ligt in gebouw 12. Halverwege terug naar het station,
links af en een enorm complex gebouwen tegemoet. Helemaal achterin, als je
denkt dat je verkeerd bent, is huis 12 in zicht. Klein vergeten gebouwtje. Na veel
misverstanden Pels achter zijn raampje gelokt. Hij vertelt de geschiedenis van
zijn ziekte, een bloempje van Duitse geneeskundige wetenschap. Overigens deze
keer goed afgelopen. Pels hoeft tenminste voorlopig niet te werken en dat is
prettig. Gasten moeten daar in de regen staan, en krijgen geen kopje koffie. Om
half vier, na ruim een uur kouten, opgestapt. Pels heeft een brief van Tim
ontvangen, die getuigde van een seniliteit en luiheid die de ondergedokenen
bestrijden moeten. Eindelijk eens een brief die wat dat betreft openhartig is.
Nog even naar Jan Egberts, om te
horen of hij er nog is. Witkop gewaarschuwd dat de vergadering een dag later
doorgaat. Bij iedere halte nat geregend, het was echt op zijn Hollands.
Gedroomd dat mams haar tas had
laten staan bij de Gutenbergse Buchhandlung! Wat kun je toch dromen.
Om onduidelijke reden plakt Oos deze stripjes vandaag in zijn dagboek. Ze zijn van zilverpapier, zoals het vroeger om chocoladerepen zat (zeer dun (rijst)papier met een nog veel dunner laagje aluminium daar op), en zo'n 15 cm lang. Radar afleiding was het doel. Door deze stripjes tijdens de vlucht gedoseerd uit een vliegtuig te werpen creëerden de geallieerden met één betrekkelijk klein vliegtuig op de Duitse radar het beeld van een grote aanvalsformatie bommenwerpers. Radar was betrekkelijk nieuw en onderscheid maken tussen verschillende vormen van reflectie was nog niet mogelijk. De lengte van 15 cm komt overeen met de golflengte van de Duitse radar en geeft zo de beste reflectie. Een vlucht waarbij deze stripjes worden uitgeworpen stond bekend als een storingsvlucht. Er moeten er heel wat uit de lucht gekomen zijn tussen Engeland en Berlijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten