21 april 2019

Utrecht 13-4-‘44 Brief Mams: Ik was bang dat ik je pakken niet meer op tijd zou kunnen kloppen en schuieren.


Utrecht 13-4-‘44
Mijn lieve Oswald,
’t Is alweer bijna 14 dagen geladen dat ik geschreven heb. De tijd gaat gauw en ik heb nauwelijks tijd meer om brieven te schrijven, want ik heb weer helemaal geen hulp. Gre is weer ziek en een andere werkster die 1x per week zou komen is 1x geweest en toen weggebleven. Zij had het niet naar haar zin gehad, zei ze later tegen Eeltje! Enfin, dan maar niet. Gelukkig is ons huis nog netjes in de verf en hebben wij geen vaste kleden waar de mot zich in kan nestelen. Dus het ziet er nog wel netjes uit al wordt er niet hard in gewerkt. Lieve Oosje, wij hebben gisteren en vandaag een pakje van je gekregen. Gisteren met sigaretten en boeken en vandaag eindelijk wat brood. Wij hadden verleden week bericht gekregen dat er een pakje brood en suiker voor ons in Zevenaar lag. Paps heeft naar den Haag moeten schrijven om een invoervergunning en nu is het vandaag gearriveerd. Ik heb er om 12 uur al een sneetje van gegeten! ’t Is net het boerenbrood dat wij als kind in Auvergne aten. Maar wat was nu de suiker? Er zat verder zeeppoeder, zeep, boeken, de poeder voor Lily en een doosje sigaretten in. Zij hadden de doos aan één kant open getrokken en de zeeppoeder rolde al op de stoep. Ik heb ze opgeveegd en weer in de doos gedaan. Je bent een dot dat je al die pakjes stuurt, maar kom je nu zelf niet te kort? En ik ben nu zoo slordig met het pakjes verzenden voor jou! Dat komt omdat ik zoo veel andere dingen moet doen en die pakjes samenstellen is nog een heel gedoetje, dat weet je nu ook wel, niet? Wij hebben een hoop heerlijk blikgoed van Arie v.d. Linde gekregen voor je. Hij kwam het brengen verleden Zaterdag. Heb jij bericht van Gr.père? ik kreeg gisteren een brief van Mevr Lecointre en laat nu toch die arme Zelie overleden zijn! Vind je ’t niet verschrikkelijk dat Gr.père dat ook nog mee moet maken. Hoe moet het nu toch met die stumper! Hij moet toch zien dat hij je naar zich toe krijgt! Maar hij wil niet hier heen heb ik begrepen. Maar hij kan daarom toch wel vragen of je hem haalt. Als je er bent kan zijn gezondheid hem het reizen beletten, maar dan ben je er toch tenminste geweest. Of ik moet er heen! Maar ik zou jokken als ik niet bekende dat ik tegen de reis op zou zien. Al die volle treinen! Ik ben geen heldin in de drukte. En ik weet ook niet waar hij heen moet. In ’t huis in St Hipp. Zal hij nu niet kunnen, nu hij Zelie niet meer heeft. Ik krijg er nachtmerries van als ik aan al die narigheid denk! Maar kom, wij moeten den moed niet verliezen. Ik wou dat die ellendige oorlog maar eens afgelopen was. Hoe langer het duurt hoe meer ellende er immers komt. Van Yvonne hoor ik dat de Duitschers over ’t algemeen denken dat het nog lang zal duren. Ik hoop dat zij zich ter dege vergissen en dat de veelbegeerde vrede onverwachts over ons daalt. Heb ik je al verteld dat Lecornu met het aannemen goed gepreekt heeft? En met Paschen ook. Wij waren erg tevreden. Zelfs Lily vond het goed. Nu lieve schat. Dààg. Daar komt Tante Anna al aan voor ’t bakje koffie.
Een stevige, lekkere pakkerd van je
Moeder.

P.S. Heel dun gesneden en met kaas belegd is dat brood van je heerlijk. Maar je mag het niet meer sturen hoor: Wij hebben het nu geprobeerd, nu moet je ’t zelf lekker oppeuzelen. Paps en ik hebben je kleren motvrij ingepakt. Ik was bang dat ik je pakken niet meer op tijd zou kunnen kloppen en schuieren. Dag lieve schat. Een stevige zoen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...