13 december 2018

Berlijn 13 Dec ‘43 Brief 24 Op het ogenblik probeert men landgenoten zoveel mogelijk bij elkaar te zetten.


Berlijn Köpenick 13 Dec ‘43

Languit lig ik op mijn bed, gekleed in een zwembroekje. Meer niet, maar ook niet minder. Half op mijn linkerzijde lig ik te schrijven. Zoeven stonden op die stoel die als tafel fungeert, nog mijn eetgamel en drinkbeker. Mijn buikje is vol, en dan komen de brieven aan de beurt. Ja, een beschrijving van het lager, dat is niet zo eenvoudig. Stel je voor, een lange gang, met aan weerszijden kamertjes en verder: en conversatiezaal met vier grote tafels, een kamertje voor de lagerführer, een keuken en een washok met bad en een WC (in viervoud). Links van de gangkamertjes voor 2 personen, rechts voor vier. Totaal 20 kamers. Ik ga eens een poging doen onze kamer te tekenen.
Wat zeggen jullie ervan, een prachttekening is dit, geweldig! De verhoudingen zijn ongeveer goed als je de bedden dan maar als maatstaf neemt weet je hoeveel ruimte er voor ons over blijft.
No. 5 is de luie stoel van Edzard Engelkens, die heeft hij n.b. van huis laten komen. Het is zo’n tuinstoel, opklapbaar. De Fransman is deze week verhuisd naar een andere kamer, en daarvoor is Edzard in de plaats gekomen. Jammer voor mijn Frans, ik verleer weer wat ik in de eerste maanden geleerd heb.
We komen om kwart vóór 5 van de fabriek, en gaan dan inkopen doen, brieven weg brengen enz. enz. Het brieven wegbrengen combineren we meestal, boodschappen ook wel, maar niet zo vaak. Dan gaan we koken, daar heb ik wel meer over geschreven, jullie weten wel hoe mijn vrijgezellenpotje er uitziet en smaakt. Daarna lezen we wat, of, zoals vanavond,dan komen de brieven aan de beurt. Mijn Duitse lectuur heb ik afgewisseld met wat Franse, ik lees op het ogenblik: “Les Aventures de Télémaque”, van Fénelon. De avonden zijn anders zo om tegenwoordig, er is geen sprake van “lange winteravonden”.
Op het ogenblik probeert men landgenoten zoveel mogelijk bij elkaar te zetten. Daar is veel voor te zeggen, maar het is ook wel eens aardig andere volken te leren kennen, en dat doe je het beste als je met ze samen woont. Het lager bevat een mengelmoes van Europesche volken, Witrussen, Serven, Tsjechen, Denen, Fransen, Belgen en Hollanders. Langs de buitenkant van de barak zit de verwarming. (onder der drie ramen). Van buiten zitten luiken, dat is eenvoudig voor de verduistering. De barak is grotendeels opgebouwd uit platen van geperste houtvezel of iets dergelijks, met het gevolg dat het direct warm is als er gestookt wordt, en direct koud als de verwarming (stoom) uit is. De barak ligt op een stuk terrein van de AEG, waar ook de ontluizings inrichting (!) staat, aan de rand van de stad Köpenick het is ongeveer 10 min. met de tram van de fabriek af. Er wonen geen arbeiders in deze barak, alleen “Angestelter”, dus kantoorpersoneel. Over het algemeen vrij ontwikkelde lieden.
Zaterdagavond heb ik pannekoeken gebakken, voor de gasten van Zondag. Het is een heel werk hoor, die pannekoeken, en je moet je bedwingen om ze niet direct op te eten als ze uit de pan komen! Ze hebben Zondag best gesmaakt met flink wat suiker, en een sigaartje vooraf, en een biertje toe. Verder heb ik nog van de koek gepresenteerd, die smaakt ook geweldig, hoor! Die Zondagmiddagen zijn altijd erg gezellig, je hoort dan nog eens iets anders dan steeds de zelfde verhalen van de mensen waar je dagelijks mee omgaat. Jan {Egberts} heeft een strop gehad, hij was zo ongeveer arts van een paviljoen geworden, en nu is hij verdrongen door een Duitse arts, en weer “schrijver” geworden!
OB

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...