Utrecht 23 Oct. 1943
Lieve Oswald, sinds mijn vorige
brief (vandaag, Zaterdag, een week geleden) een heleboel correspondentie, nl.
brief VII (van 8 Oct.) in het begin van de week en je brief van 16 Oct. die je
niet genummerd hebt, gisteren morgen. In je briefkaart VI verzocht je geen eten
meer te sturen, in je brief VII wéér en in je brief van 6 Oct. (die zullen wij
dan VIII noemen) wéér. Na ontvangst van je briefkaart heb ik ook niets meer
gestuurd, maar wat onderweg was kon ik niet terug halen. Dat krijg je dus nog,
of je hebt het nu waarschijnlijk al. Ná het pak waarin je costuum zat, is er
geloof ik nog één pak gegaan; neen er zijn er zelfs nog 2 gegaan. Dat van 11
Oct. was nl. onderweg toen ik je briefkaart VI van 30 Oct. kreeg!! Dus komen er
volgens berekening nog twee standjes! Óók gezellig. Enfin, die laat ik rustig
over me heen gaan; er komt misschien nog een dag dat je blij bent met die
rommel, die je nu natuurlijk in de weg zit, vooral nu je weer naar het lager
moet! Ik ben nu in ieder geval gerust. Als er iets gebeurt hoef je niet te
verhongeren en misschien kun je nog anderen helpen. Ik heb n.l. iedere keer dat
ik een pak maakte gedacht aan de jongens die daar zitten en geen moeder hebben.
Wie zorgt er b.v. voor de jongens Booy? Weet je dat de gedroogde appeltjes heel
lekker zijn om zóó, tussentijds, op te knabbelen? Wie weet hoe een groot
genoegen je den een of den ander doet als je hem een handjevol van die dingen
toestopt! Niet je hospita of zoo, die bedoel ik niet, maar degenen die zooals
jij daar verlaten zitten en nièt zooals jij overladen worden met pakketten! Wat
een idee van die hosp. van je om te denken dat je haar wat toe zou stoppen!!
Dat is toch wel het toppunt. Dat zou zijn “en gros et en détail” mee laten eten. Wij hebben al moeite genoeg om
er zelf te komen; mijn medelijden gaat alléén uit naar de verlatenen, die,
zooals jij, eenzaam rond scharrelen in den vreemde.
Verder, met veel belangstelling je
dubbele brief van 19 Oct. gelezen. Dus de kogel is door de kerk en je verhuist.
Maar waar blijft Bob nu? Je zegt wel dat hij niet mee gaat, maar je zegt niet
wat er van hem wordt? Ik vermoed dat hij in de kamer blijft tot er plaats komt,
maar kan hij die zware huur alléén betalen? In ieder geval ben ik maar blij dat
je nu gerust kan zijn omtrent je behuizing, en dat je een redelijk lager hebt.
Sinds de vorige week is het huis plotseling vol geraakt. Zaterdag had ik de
Sillemannen voor ’t weekeind! Om ±5 uur , ik was aan ’t babbelen in de keuken,
komt Ellie vreselijk geagiteerd beneden. Dat, er stond een officier voor de
kamer! Daar had ik alles voor de logé’s klaar!! Hij was gelukkig héél geschikt
en is in een hotel gaan slapen. Zondag om kwart vóór tien stond hij weer voor
de deur. Toen heb ik de Sille. Snel uit bed gejaagd en heb met Ellie alles
klaar gemaakt. Maar hij is toen toch maar tot 3 uur weggebleven! Enfin, hij zit
er nu in. ’t Is een zéér rustige, pijnlijk nette man. En dat na Verschoor! Je
merkt niets van hem. Hij is den helen dag weg en komt hier alleen slapen. Wij weten
onze rust niet, na dien woelwater.
Verder heb ik geen nieuws voor je.
Alles volgens het oude recept. O ja, tòch. Ik ben nog niet klaar met vertellen.
De kamer was bestemd geweest voor Grietje Brink die nu weer in Utr. is. Dus
moesten wij Maandag plotseloos het zolderkamertje in orde brengen. Zij zit nu
in het kamertje waar jij sliep. Wij hebben er één bed uit gehaald en het een
beetje gezellig gemaakt. Het gaat nu best. Van jou gekregen de plaat (die mij
niet interesseert) en de enigszins zwart geworden jas van Gr. Br. De rolletjes
Panflavin gevonden. Bedankt. Ik had ook juist bij de Jager een doos bemachtigd
en aan jou gestuurd. Zij zijn dus blijkbaar weer tegelijk in Berl. en hier in
de handel gebracht. Aan tante Olga laten schrijven kan ik niet, want ik weet
het adres van Suzanne bij wie zij in huis moet zijn, niet. Grand-père zal ’t
wel weten. Nu lieve honkeleponk! Ik wacht gelaten de twee verontwaardigingen
volgende op de pakketten van 4 en van 11 Oct.! Dag schattebout. Houd je maar
taai. Hè, wat wou ik dat je gauw terug komt! Wat zal ik je dan een lekkere
pakkerd geven! Dag lieve puk.
Een zoen van je
Moeder.
Met Suzanne wordt in deze brief
waarschijnlijk Solange Suzanne Ponsard bedoeld, dochter van Gaston Ponsard een
volle neef van moeders kant van Grandpère. Deze Gaston is 15 jaar jonger dan Grandpère, woont in de buurt van Annecy in de Franse Alpen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten