Om negen uur haalt Jan me uit
mijn séparétje, waar ik voortreffelijk in geslapen heb. We ontbijten met
eigengebakken brood, en gaan dan aan het werk in de tuin. Het moet er een
beetje netjes uitzien als de eigenaar terug komt! En dat kan ook best, met een
beetje moeite. Het is prachtig weer, veel te warm voor deze tijd van het jaar.
Daarop komt een terugslag! We maken een eigen douche: de tuinslang erop! Het is
een belachelijk gezicht, die naakte kerels op een rijtje wachtend op de verfrissende
straal water. Als de eigenares op zo’n moment zou komen, dan zou ze beslist een
beroerte krijgen.
Echt luieren, lui luieren, dat is
de kunst. Eerst in een stoel luieren, dan op de deken in de zon, als het te
warm wordt in de schaduw, wat lezen, slapen enz. Je komt er zelfs niet toe een
dagboek bij te houden! Het eten halen is een ellende. Steeds voor niets lopen,
maar ze gaan het nu beter organiseren: er wordt een witte vlag gehesen als er
eten te halen is. Dat wordt al beter. Maar het eten zelf is water met wat vlees
en vet. En dan een beetje brood. Boter zie je niet, ook geen ander belegsel.
Dat wordt vervelend met dat eten.
‘s Avonds komt er een pijnlijk
moment. Het probleem van Jan Egberts heeft me veel van mijn plezier hier
bedorven. {Het betreft hier niet Jan E. maar Skrobohatyj. Waarom Oos deze pijnlijke vergissing maakt is niet duidelijk.} Vanavond staat hij plotseling voor ons. Ze komen met veel bagage op
een grote handkar aan. Wat zijn we begonnen. We praten ’s avonds wat met ze, en
ze zien gelukkig in dat de toestand pijnlijk kan worden. We krijgen een kopje
echte thee voor het naar bed gaan.
Japan heeft gecapituleerd volgens
de berichten die van Russen komen. Na het lange verzet van Duitsland komt dit
wel onverwacht. Verder schijnt Molotov de conferentie van San Fransisco
verlaten te hebben omdat Argentinie als lid werd opgenomen of iets dergelijks.
Dit is een minder prettig bericht. Laten ze nu in Godsnaam even wachten tot we
thuis zijn, vóór ze ruzie maken! Je leeft steeds tussen hoop en vrees.
Met onze buurlui maak ik vanavond
een praatje. Een echte gezellige arbeider uit Zuid-Frankrijk, met een heerlijk
accent. Zelf sta ik met mijn onafscheidelijke pet op het beeld in mijn kleine
broekje, hangend over de omheining. De twee ganzen die ze in de tuin hebben,
hebben ze zelf meegebracht! Veel nieuws hoor ik er niet. De Fransen hebben in
hun taal een bulletin, waar op staat dat ze in aan maand allemaal naar huis
worden getransporteerd. 40.000 per dag, gedeeltelijk per vliegtuig. De oude
verhaaltjes, maar geldt dit ook voor degenen die in door de Russen bezet gebied zitten?
Jan :
Vrijdag 11 Mei 1945.
Vanmorgen moesten we vroeg op om
brood en soep te halen. Tenminste, ons was gezegd dat we om 7 uur Russischen
tijd (d.i. 6 uur gangbare tijd) verzamelen moesten bij een van de kanonnen van
de luchtdoelstelling om brood en soep te halen. Enfin, Witkop en ik waren op de
genoemde tijd present, en hebben daar twee uur zitten wachten. Toen was er nog
niets georganiseerd. De verbindingslieden wisten van niets. Tenslotte werd dan
gezegd dat de leider van de Franschen, een officier, zou waarschuwen wanneer
de keuken klaar was. De verbindingsmannen zouden dan ieder hun eigen groep
waarschuwen. Daar wij vrij ver buiten het eigenlijke kamp liggen, komt het er
voor ons op neer, dat we elk uur met een emmer er op uittrekken om eens even
poolshoogte te gaan nemen. Maar de organisatie was weer niets. Er is niemand,
die er aan denkt, een aankondigingenbord te installeren, waarop inlichtingen
staan. Maar misschien komt dat mettertijd nog wel in orde.
Er wordt nu beweerd, dat wij zeer
binnenkort vertrekken gaan, direct nadat de Fransche en andere krijgsgevangen
van de lijst afgevoerd zijn. En die zouden ten getale van 40.000 per dag
gerepatrieerd worden. Hopelijk gaan wij ook met de trein, want om met deze
voorjaarshitte te loopen, daarvoor voel ik absoluut niets. Bovendien moet ik
dan veel te veel bagage achterlaten.
Tegen het eind van den middag hebben
ze een kleine verbetering ingevoerd bij de etenshalerij: als de soep klaar is,
wordt aan een van de kanonnen een groote witte vlag geheschen. Nu heb je
tenminste een aanknoopingspunt. De soep, die we kregen, was op zichzelf niet
slecht, maar het is geen kost, om er van in leven te blijven: dunne weliswaar
goed vette bouillon met vleesch erin; hoeveelheid ca. ¾ l per dag. Verder kregen
we brood, en wel 250 gr. Maar dat was brood van gisteren. Aan de kost ontbreekt
nog wel het een en ander.
Maar we hebben gelukkig een goede aanvulling is onze plundervoorraad. Vanmiddag hebben we bv. een koningsmaal
samengesteld uit rijst (van het Stettinner Bahnhof) en rhabarber (uit eigen
tuin). Het smaakte voortreffelijk!
Een heel pijnlijke geschiedenis
was, dat Skrobohatyj vanavond terug kwam, met een heele berg bagage. We hebben
ze opgeborgen in een klein kamertje, achteraan de bungalow, waar een bed stond.
Maar tevens hebben we eens heel ernstig met het echtpaar gesproken, en we zijn
tot een voor beide partijen bevredigende oplossing gekomen: nl. dat zoolang de
status quo gehandhaafd blijft, ze hier blijven wonen, en zich erg rustig en
koest houden. Verandert de toestand, en kunnen ze niet in de transporten komen,
dan gaan ze hier weg. Ik was blij, dat het gesprek gebeurd was, want ik voelde
me tegenover de anderen niet vrij meer. Maar goddank is dat gevoel nu weg.
Ter wille van het eten hebben we
er toe moeten overgaan den Russischen tijd in te voeren, d.w.z. de klok een uur
vooruit te zetten 6 uur M.E.T. is 7 uur Russische tijd.
(Skorobohatyj bracht een
radiobericht mee, dat Japan gecapituleerd had. Dat beteekent voor ons dus
waarschijnlijk, dat we niet meer naar Indie behoeven als actief soldaat. Maar of
het voor de politieke ontwikkelingen nu zoo gunstig is, durf ik niet te
beoordelen.
De Amerikanen paradeeren Zondag op
Unter den Linden. De Siegessäule is ingepakt met portretten van Stalin,
Churchil en Truman, en met Engelsche en Russische opschriften.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten