Maandag 28 Mei 1945
Met veel moeite staan we ongeveer
half negen paraat voor de tweede inschrijving, met het doel bij elkaar te komen
in één groep. We doen een beetje schuw omdat we bang zijn weer teruggehaald te
worden bij een anderen groep, maar niemand herkent ons. Na veel geharrewar,
tellen, opstellen bij vijf man op een rij, hetzelfde nog eens met vier man,
zijn we tenslotte 100 man sterk netjes schriftelijk vastgelegd. We marcheren
naar het bureau, waar Hollands Glorie staat te wachten. Die Hollandse vrouwen
vormen de aanleiding tot prachtige opmerkingen, en ze geven zelf sappige
antwoorden. “Kraag de pestpokke, kleerelijer”, “Droogneuker”, “Kraag de
kleerekanker rothoer”, “Godversodemieterse rotjonge”, “Leg niet te
sodemietere”, “Ben je uitgeneukt?”
Vier uur duurt de bevalling, dan
hebben we een groep, en we hebben een plaats aangewezen gekregen waar we moeten
kamperen. Nu wordt de zaak: verhuizen. We nemen afscheid van de hut van
Kasimir, en vinden dat we een net huis achterlaten. We nemen wel wat pannen,
potten, matrasjes en zo mee, maar dat mag geen naam hebben. Twee ritten met de
wagen en het is voor elkaar. Maar we zijn meer moe dan van de tocht uit de
Invalidenstrasse naar Biesdorf.
Er komt een complicatie: Witkop is
door zijn groep gevonden. Het blijkt dat de Russen zich streng houden aan de
groepen van 100 man. Als er één man aan mankeert, blijft de groep op de weg
staan zegt men. Witkop wordt nu met Koopmans weggehaald, de groep loopt al uren
naar hem te zoeken. Witkop kan zich natuurlijk slecht verdedigen, en gaat
tenslotte mee. Nu ligt onze groep uit elkaar. Thijs Vinks, die zich ook
ingedrongen had, wordt ook weggehaald. Nu is onze groep onvolledig. Wat
te doen? Twee kerels er bij halen die in de open gevallen plaatsen komen. We
gaan nog op zoek, maar het lukt niet. Alleen voor Thijs een heel vervelend
kereltje.
De stemming is in mineur vandaag,
nadat Jaques en Andries weg zijn. Er zijn er die nog ernstige moeilijkheden
verwachten, anderen denken gelukkig alleen aan eten en slapen. Portegies zit nu
in onze groep. Ze hebben een zieke, waarschijnlijk longontsteking.
We hebben veldbedden meegenomen,
en liggen dus goed. Helaas heb ik wéér buikloop vannacht drie keer moest ik er
uit. Hopelijk draait dit niet op dysenterie uit.
Jan :
Maandag 28 Mei 1945.
…
Net dachten we, dat we alle
moeilijkheden overwonnen hadden toen twee zeer boze lieden uit de groep waar
Jaques Witkop en Andries Koopmans zich gisteren in gemeld hadden. Deze kwamen
deze menschen opeischen, daar volgens de nieuwste verordeningen iedere groep
precies 100 man moet hebben, daar anders het vertrek niet plaatsvindt. De oude
groep van Jaques had zich zelfs de moeite getroost een opsporings- en voorgeleidingsverzoek
voor Witkop en Koopmans aan de commandopost aan te slaan! Enfin, ze konden
niets anders doen dan zich bij hun oude groep aan te sluiten. Maar nu zaten wij
weer met een manco van drie man (Thijs Vinks had zich vanmorgen bij ons gemeld,
om niet alleen in een groep te hoeven zitten, maar was ook gesnapt). Met eenige
moeite hebben we gelukkig plaatsvervangers kunnen vinden. Heelemaal officieel
is het nog niet, maar we zullen maar hoopen dat het niet opvalt. Russische
administratie van de namen was toch maar phonetisch.
Vanmorgen hoorde ik de eerste
onvriendelijke opmerkingen over mijn baard. Ik stond met Fred en nog enkele
anderen te praten toen iemand ineens vroeg: “Jij hebt zeker de baardschurft?” De
meeste menschen negeren de baard tactisch.
Met de plaatsvervangers wil het
toch niet zoo vlot. Ze zijn met hun drieën, en er zijn maar twee plaatsen
disponibel. Dus was het die menschen niet al te zeer kwalijk te nemen dat ze
weigerden. Maar nu zitten wij nog zonder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten