18 december 2019

Maandag 18 December 1944. Oos : We spreken er ’s ochtends nog over, dat er iets in de lucht hangt vóór Kerstmis.

Alarm nr 171 begin niet vermeld tot 22:00

Maandag 18 Dec.
Eckert begint met een prachtig verhaal, een vervloekt vervelende dag. We vroegen hem of hij gisteren nog een kerstboom gegapt had, zoals hij zijn kinderen beloofd had. Hij was er niet een toegekomen: ’s morgens om een uur of elf trok Eckert er op uit met de collectebus, en hij belde zo hier en daar aan voor een “kleine spende für das W.H.W.”. Daar doet me een half bezopen majoor de deur open en zegt “Komm herein Kamarad, komm herein” en hij moest zijn jas uittrekken en mee drinken. Ten slotte komt hij om drie uur slingerend met de collectebus naar huis…
We spreken er ’s ochtends nog over, dat er iets in de lucht hangt vóór Kerstmis, en daar komt me ’s middags het bericht van een Duits offensief. Het wordt aangekondigd op een marnier die hier gebruikelijk is, en het ziet er naar uit dat de Amerikaanse positie niet prettig is. Wat zal het een verschrikkelijke Kerstmis worden in Holland, als ook de hoop op een spoedig einde niet meer aanwezig is….
Bij het inkopen doen in de “Hallen” is er weer reden tot enorme ergernis. Ten eerste de eieren: die moeten nu door de Ausländer bij één winkel gehaald worden, bij een partij pik natuurlijk en die heeft natuurlijk nooit eieren. De extra toedeling haring krijg ik niet in handen omdat de juffrouw het nodig vindt alleen aan vaste klanten waar te leveren. Bij de anderen winkel staat er een rij van twintig mensen, bij de groentewinkel staan er ook veel mensen. Ik ga dus alleen met een flesje melk naar huis, de rest van het programma kon ik niet afwerken.
Op de kamer is het bar koud, we stoken vandaag en morgen niet, omdat er geen kolen meer zijn, en de paar stukjes die er over zijn wil ik op mijn verjaardag stoken. Het valt niet mee in de kou. Ik stop me vol met lekkere stamppot, en kruip dan maar in mijn bed. Een paar klanken gehoord van de Lohengrin en andere opera’s. Als ik op het punt sta in bed te kruipen, komt onze vriend Nolet op bezoek. Hij probeert ons er weer bovenop te kletsen, maar dat lukt hem niet erg. Gelukkig komt en alarm, want Nolet is ook zo’n vent die niet weggaat. Het “Luftwarnünkje” duurt tot tien uur, en dan kruipen we schielijk in ons bed, dat tenminste warm is.

Jan : 


Maandag 18 December 1944.
Dietloff is weer eens een keer door Ziegenhagen opgestookt, dat ik niets deed. Hij heeft me nu de loopende controle van een aantal bunakwaliteiten opgedragen, aan de hand van de Defobepaling.
Overigens gaat hij zelf weer op reis, naar de thiokolfabriek. Heel toevallig moet hij juist tegen de Kerstdagen daar gaan reclameeren, en nog veel toevalliger staat die fabriek dicht in de buurt van de plaats waarheen zij dochter geëvacueerd is.
De kou en het weermachtsbericht werken nu niet direct samen tot een rooskleurige stemming.
Het nieuwe Duitsche offensief komt wel volkomen onverwachts. Maar ik geloof wel dat het een sprong van een kat in doodsnood is. … Ik krijg temeer deze indruk, daar practisch sinds 2 maanden nooit meer gesproken is van Duitsche “Schlacht-, Jagd- und Kampffliegerverbände”. Het kon wel eens een herhaling zijn van het zomeroffensief van 1918. ik ben alleen benieuwd of er nog nieuwe strijdmiddelen zijn gebruikt. Ik vermoed van wel. Alleen hoop ik dat ze maar niet met gas zullen beginnen, want dat betekent het einde van alles.
Maar bovendien ligt het er dik bovenop, dat het ook voor een groot deel een propagandistische zaak is, om het volk voor Kerstmis een morele zet te geven. Maar ik moet er niet aan denken hoe of ze nu thuis met Kerstmis zullen zitten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...