Zeist 16 Juli
1944. Is geworden
31 Juli. Vergeten te posten. Schrijf het niet aan To
Beste Oos,
Eindelijk is het vandaag weer
eens mooi weer; ’t is nog wel pas ½12 ’s morgen, maar dit hebben we dan ten
minste al weer gehad. ‘k Begrijp gewoonweg niet dat het dit jaar geen zomer wil
worden; zo’n dag dat het de hele dag prachtige stralende blauwe lucht was
hebben we alleen met Pinksteren maar gehad. Eigenlijk wel prettig dat het niet
zo schitterend is, want als ’t lekker warm en mooi weer is, is ’t nog veel akeliger
om ziek te zijn. ‘k Krijg er toch zo meer dan genoeg van. En dan nog ’t idee dat ik, al ben ik weer uit
mijn bed, toch nog lang niet beginnen mag; dat zal wel Januari worden, àls ik
nog beginnen mag. Het meisje dat bij me ligt, heeft iets over uit bronchitis,
een klein plekje is er te zien bij doorlichten, en die moet eerst eens een ½
jaar naar huis en dan zullen ze wel zien of ze weer aan de gang kan. Als ik dat
moet kan ik vast niet meer als 2e jaars beginnen, omdat ik er dan zo
vreselijk lang uit ben. Je begrijpt dat ik het verschrikkelijk zou vinden om
weer hemelaal opnieuw te moeten beginnen, maar er helemaal mee ophouden zou ook
ontzettend zijn, want wat moet ik dan beginnen dat niet te lang duurt en dat ik
ook prettig vind. Maar ik zal me maar geen zorgen maken voor de tijd, daar val
je van af, zegt men, en van mij 69
Kg kan ik geen pondje missen.
Weet je dat Wim Gijsel thuis is?
Vorige week Zaterdagavond is hij gearriveerd; je begrijpt dat ze thuis allemaal
reuze in hun schik waren dat hij er weer was; hij is vrij gekomen omdat hij
theologie studeert. Donderdag is hij bij mij geweest; hij zag er nogal mager en
slecht uit en had maar erg weinig te vertellen. Heb jij je ook een Duits accent
aangemeten, om mee te pronken als je weer thuis bent? ‘k Houd er niet van, maar
dat zal wel een beetje vanzelf gaan misschien, als je er zo lang bent. Hij
schijnt bevriend geweest te zijn daar met de dochter van de dominee waar hij in
huis is geweest; iedereen spreekt er schande van dat hij naar een Duits meisje
gekeken heeft. ‘k Vind ’t ook geen manier, als je bedenkt wat jullie en wij
allemaal te verduren hebben in deze oorlogsjaren. ‘k Zal er hem nog wel eens
naar vragen en zo nodig op zijn kop
geven je weet natuurlijk nooit wat er nu van waar is, want “men” zegt zoveel!
Vanmiddag zijn jouw en mijn pa op
bezoek geweest; ze hebben zich kinderlijk vermaakt met kijken hoelang ze hun
adem in konden houden; na 2x oefenen kwam, jouw vader tot 55 sec. en de mijne
tot 60 sec., maar toen zagen ze dan ook paars. Dat is met ’t oog op paps zijn
gasmaskeroefening; dan moet je 5 minuten je adem kunnen inhouden met het oog op
verwisselen ervan. Op ’t ziekenhuis hebben ze laatst oefening gehouden met
traangas. Er waren een paar maskers die niet goed pasten en die mensen huilden
zich een ongeluk. Verder is er hier weinig nieuws, altijd hetzelfde: eten,
slapen, lezen. We zij op ’t ogenblik aan het griezelen van een Havank. Op blz.
62 had ik al 2 moorden en één brutale inbraak
diefstal van staatspapieren. En ’t boek heeft 352 blz. ‘k Kan mijn plezier dus
nog wel op. Dit alles wordt gelezen onder een gezellig radiomuziekje,
grammofoonplaten van Charles Trenet. ’t Kan gewoon niet knusser, allen ‘t bed
moet weg zijn. Tot gezelschap onze nieuwe poes, een paar maanden oud, luisterend
naar de naam “Romulus”. Moet je ’t mormel zien! Tot een volgende keer,
Veel liefs
Je To
Ik schrijf je volgende week weer eens. Dag
Arike
Geen opmerkingen:
Een reactie posten