2 Juni 44
Met Bob en Jan de B en verder
“Fräulein Irene” (van Fr. Rose) naar het kabaret der Komiker. Dat geheel, de
zaal en zo, is erg aardig, maar het stuk zelf lijkt nergens naar. Alleen zo nu
en geestig. Rieß vertelde dat er vroeger veel politieke grapjes gemaakt werden,
maar tegenwoordig is dat uit. Vroeger zaten daar veel Joden in, dat kan ik me
wel voorstellen. Overigens was het hinderlijk dat Fr. Irene er was, want dat is
toch maar een raar sufferdje. Vooral dat afschuwelijke schele, je weet nooit
welke kant je uit moet kijken, dan kijkt het ene, dan weer het andere oog je
aan.
Maar ach, het is weer eens wat
anders. Vooral als je ’s middags zo hard gewerkt hebt, in het zweet jouws
aanschijns, zoals ik (aan de Spritzmachine!) dan is het wel weer eens goed wat
vrolijks te zien.
Er is in het lab een nieuwe figuur
opgetreden, een Italiaan. Hij is natuurlijk ook verneukt, maar nog een beetje
meer dan wij geloof ik! Voor zover ik begrepen heb, dacht hij hier een poosje
te gaan werken, en dan weer naar huis te gaan. Niet waar! In het paradijs van
den arbeid kun je best wat gaan werken, dat is geen bezwaar. En nu moest hij
kabels versjouwen, de arme talen leraar, of “professor” zoals aangekondigd
werd. Ik zal nooit dat gezicht van de “slavendrijver”, die ons ook van de trein
gehaald heeft, vergeten. Ook met de Italiaan kwam hij heel belangrijk doend,
aanlopen en excuseerde zich: ja het was er slecht met de arbeiders, goeie waren
zijn haast niet te krijgen, maar hier had hij nog een professor in de talen……
De man blijkt een rang hoger te
zijn dan de chef!! Hij spreekt behoorlijk Frans, en het is verder te zien dat
het een beschaafd man is.
Jan in zijn dagboek:
Vrijdag 2 Juni 1944. {238}
Vanavond naar
het beroemde “Kabater der Komiker” geweest. Ze speelden daar “Was sagen Sie zu
diesem Herrn?” eerlijk gezegd viel het me heel erg tegen. Veel humor zat er
niet in, en sprankelend van geestigheid was het ook niet. Maar het is dan ook
niet meer in handen van Joden, zooals vroeger.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten