12 mei 2019

Amsterdam 5 Mei 1944 van Paps : We hebben een klein kastje met bijen van Peters in de tuin voor de vruchten en zo.


Dr G. de Bruin
Amsterdam 5 Mei 1944
Mijn beste jongen,
We hebben weer een paar minder prettige dagen achter de rug na het zware bombardement van Berlijn op Zaterdag j.l. Gelukkig kregen we j.l. Woensdag het bericht dat in de Lindenstrasse 35 bij de A.E.G. alles in orde was. Dat neemt dan de spanning plotseling weer weg en het is of er een pak van je hart valt. Je kunt nu wel zeggen dat de kans op een ongeluk betrekkelijk gering is, maar van onze kant bezien we dat toch wel wat anders en als er dan weer in de krant staat: enorme aanval op de Rijkshoofdstad, dan denk je niet aan de grote kans dat je niets overkomen zal zijn, maar alleen maar aan de kleine kans dat zulks wel het geval zou zijn. Enfin, zijn nu weer gerustgesteld … tot de volgende keer.
Ik schreef je de vorige keer dat Dick Dolman ziek was. Zijn toestand is spoedig daarna zeer verergerd, en is thans hopeloos. Hij heeft een nieraandoening die hem snel heeft gesloopt. Van Dinsdagmorgen af ligt hij eigenlijk al te sterven; Maandagnacht is zijn familie geroepen, maar het eind was er gisterenavond nog niet en vanmorgen heb ik nog geen bericht gehad, dus vermoedelijk leeft hij nog. Het is erg jammer; hij is pas 52 jaar en ik verlies veel aan hem. Hij was zoo’n prettige, aardige man die altijd voor je klaar stond. Ja, zoo zie je de een na den ander vertrekken en het zijn dikwijls de besten die het eerst gaan.
Eergisteren kwam Klaas Booy bij mij aanlopen, hier op het kantoor. We hebben een uurtje gezellig zitten praten over alles en nog wat; hij is een aardige jongen, rustig en niet van de domsten. Het doet altijd goed weer iemand te spreken die jou leven daar in Berlijn kent en er van weet te vertellen. Ook hij was over de verlofmogelijkheden voor jullie tamelijk pessimistisch en ik vrees helaas ook, dat daarvan voorlopig niet veel zal komen. Dat is wel erg onaangenaam maar we zullen er wel in moeten berusten. Laat ons maar hopen dat je binnen niet al te langen tijd voor goed zult kunnen terugkomen. Ik krijg nu ook wel sterk den indruk dat de oorlog op een eind loopt, al zal dat einde nog heel wat verschrikking met zich kunnen brengen en vermoedelijk wel alles overtreffen wat we tot nu toe hebben medegemaakt. Maar als het niet anders kan en daar ziet het naar uit, want geen der partijen schijnt iets te willen weten van een compromis, dan zal het maar moeten en zullen we hopen dat we ook daar heelhuids doorheen komen. De laatste grote botsing zal hevig, maar vermoedelijk kort zijn en spoedig het einde aan den oorlog medebrengen. Moed en vertrouwen is wat we in zoo’n tijd nodig hebben en daarnaar moeten we maar streven.
Tegenwoordig heb ik het weer zoo druk als een ventje. Op de laatste commissarissenvergadering heb ik het oude taalgebruik in de overeenkomst met de staat weer eens ter tafel gebracht en nu voor het eerst een niet afwijzend gehoor ontmoet. Het resultaat was toen natuurlijk dat mij verzocht werd een wijziging voor te bereiden. Dit is gemakkelijk gezegd maar een reuzenwerk, dat nu niet direct op mijn gebied ligt bovendien. Maar in den loop der jaren heb ik reeds veel verzameld wat er toe dienen kan, en ik heb al heel dikwijls de zaak bestudeerd, zoodat het de kwestie is de gegevens te ordenen en het gehele geval op te zetten. Mijn juridische knobbel zal hierbij op de proef worden gesteld, maar heb daarom ook Oom Johan en vervolgens niet te vergeten Maarten achter de hand. Dat neemt niet weg dat ik zelf de wenselijke wijzigingen zal moeten vaststellen en verdedigen, de anderen kunnen mij hoogstens helpen bij een juridische redactie. Enfin, dit geval houdt me nu voorlopig wel een paar maanden bezig, zo niet langer, en al is dat werk nu niet het aangenaamste en al ligt het mij nu niet bijzonder, ik ben er blij om dat ik tenslotte na zooveel jaren eindelijk gehoor heb gevonden bij de commissarissen, die het vroeger als een soort hobby van mij beschouwden, maar nu wel inzien dat verandering op enkele punten niet achterwege kan blijven.
Ziezo de brief is al weer vol en ik hoop maar dat de censor tevreden is over mijn schrift. Ik heb mijn best gedaan en ik geloof dat ik thans vlot leesbaar ben. Huiselijk nieuws is er weinig. Nog steeds zonder hulp, maar mams is gelukkig wat redelijker geworden en laat ook eens wat over haar kant gaan. Lili druk aan de studie voor het staatsexamen. Tante Anna is naar Heemstede omdat tante Bep weer ziek is, maar zij komt dezer dagen weer terug. Grietje Brink nog altijd de zelfde, rumoerig en opgewekt en dan weer ineens diep in de put en vermoeid. Ze is niet sterk en moet hard werken. ’s Avonds om 10 uur valt ze altijd om van de slaap en hangt als een zoutzak in elkaar.
We hebben een klein kastje met bijen van Peters in de tuin voor de vruchten en zo. Jouw bijen komen weer terug als de linde bloeit. Ze halen wel best volgens Peters. Nu jongen, maar weer tot de volgende keer. Hou je maar haaks.
Een poot van je
Vader



Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Toegift 1945 - 1985

Invalidenstraße anno 1945: Invalidenstraße anno 1985: Kabelwerk Oberspree anno 1985: Oh ja! ...